ECLI:NL:GHLEE:2008:BC9780

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
16 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
600302
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Overmacht bij tekortkoming in distributieovereenkomst tussen Friesland Foods en Hoogtwegt

In deze zaak gaat het om een geschil tussen Friesland Coberco Dairy Foods B.V. (hierna: Friesland Foods) en Afvalstoffen Transport Friesland B.V. (hierna: ATF) over de nakoming van een distributieovereenkomst. De tekortkoming van Friesland Foods in de levering van FCDF-melkpoeder aan Hoogtwegt werd veroorzaakt door een brand bij ATF. Het gerechtshof oordeelt dat deze brand een overmachtsituatie opleverde voor Friesland Foods, waardoor zij niet gehouden was om Hoogtwegt schadeloos te stellen. De relevante bepalingen uit de distributieovereenkomst, met name artikel 6 sub n onder II, bevestigen dat Friesland Foods in geval van overmacht niet aansprakelijk is voor schadevergoeding aan Hoogtwegt.

Het hof heeft het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 9 juni 2004 vernietigd, voor zover het de schadeposten 'Hoogtwegt' en 'Campina' betreft. De rechtbank had deze schadeposten toegewezen, maar het hof concludeert dat Friesland Foods niet in gebreke was, gezien de overmachtsituatie. De schadeposten, die in totaal € 130.004,56 bedroegen, zijn niet toewijsbaar. Het hof heeft ATF veroordeeld om een bedrag van € 355.966,04 aan Friesland Foods te betalen, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de proceskosten aan de zijde van Friesland Foods begroot.

De uitspraak benadrukt het belang van de bepalingen in de distributieovereenkomst en de gevolgen van overmacht in contractuele relaties. Het hof heeft de proceskostenveroordeling ten laste van ATF gehandhaafd, waarbij het salaris voor de procureur is vastgesteld op basis van het liquidatietarief. Deze uitspraak biedt inzicht in hoe overmacht kan worden ingeroepen in civiele zaken en de verantwoordelijkheden van partijen in contractuele overeenkomsten.

Uitspraak

Arrest d.d. 16 april 2008
Rolnummer 0600302
HET GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN
Arrest van de derde kamer voor burgerlijke zaken in de zaak van:
Afvalstoffen Transport Friesland B.V.,
gevestigd te Drachten,
appellante,
in eerste aanleg: gedaagde,
hierna te noemen: ATF,
procureur: mr. J.V. van Ophem,
voor wie gepleit heeft mr. C. Banis, advocaat te Rotterdam,
tegen
Friesland Coberco Dairy Foods B.V.,
gevestigd te Meppel,
geïntimeerde,
in eerste aanleg: eiseres,
hierna te noemen: Friesland Foods,
procureur: mr. J.B. Dijkema,
voor wie gepleit heeft mr. R.P.J.L. Tjittes, advocaat te Amsterdam.
De inhoud van het tussenarrest d.d. 19 september 2007 wordt hier overgenomen.
Het verdere procesverloop
Ter uitvoering van het tussenarrest heeft Friesland Foods een akte overlegging productie genomen.
Vervolgens heeft ATF een akte genomen.
Ten slotte hebben partijen de stukken wederom overgelegd voor het wijzen van arrest.
De verdere beoordeling
1. Friesland Foods heeft bij akte de Distributieovereenkomst Melkpoeders (hierna: de distributieovereenkomst) in het geding gebracht, die zij in juli 1999 met Hoogtwegt International BV heeft gesloten.
2. In deze overeenkomst - waarin Hoogtwegt International wordt aangeduid als Hint - is onder meer het volgende bepaald.
Artikel 1 § 2 - specifieke definities:
"Producten" Melkpoeder bereid volgens het verstuivings- of walsenprocédé in grootverpakking of bulk;
"FCDF producten" Producten verkregen in een productielocatie FCDF;
Artikel 2 - doelstelling samenwerking partijen
1) De samenwerking beoogt primair het tot waarde brengen van de FCDF-producten op de diverse markten in de wereld.
2) FCDF brengt de producten voort als onderdeel van haar activiteiten die zich met name richten op de maximale valorisatie van de grondstof melk. De verwerking van melk tot melkpoeder heeft onder de huidige marktomstandigheden voor FCDF in belangrijke mate het karakter van een (onvermijdelijke) "restmelk verwerking". Productie van melkpoeder representeert doorgaans een lage valorisatiegraad van de betreffende melk, maar is tegelijkertijd - afhankelijk van beschikbaarheid en alternatieve verwerkingsmogelijkheden - noodzakelijk ter verduurzaming van de grondstof melk.
4) In het kader van de onderhavige samenwerking wordt door FCDF de verkoop en distributie van melkpoeder op een gecentraliseerde wijze, duurzaam buiten de eigen organisatie geplaatst.
Artikel 4 - uitwerking doelstelling op hoofdlijnen
§6 - voortbrenging producten door FCDF
1) FCDF beoogt de maximale valorisatie van melk. In dat kader is de beslissing tot het voortbrengen van de producten de bevoegdheid van FCDF. FCDF zal in overleg met Hint echter zorg dragen voor een voldoende mate van continuïteit in de productie van de FCDF-producten ten behoeve van de marktgedreven component in een omvang als in nader overleg door Hint en FCDF zal worden vastgesteld.
4) Slechts die FCDF-producten zullen worden geproduceerd waarvoor een feitelijke markt bestaat of naar verwachting zal ontstaan. Beslissingen in dat kader worden in overleg tussen partijen genomen (.....)
5) Productie van met name mager melkpoeder kan in een bepaalde periode noodzakelijk zijn ter verduurzaming van de grondstof melk bij gebreke van ander mogelijke of gewenste aanwendingsrichtingen. Productie daarvan met het oog op voorraadvorming behoort alsdan tot de mogelijkheden.
Artikel 6 - overige verplichtingen FCDF
FCDF neemt de verplichting op zich
n) Hint te vrijwaren en zonodig schadeloos te stellen terzake van iedere vordering tot schadevergoeding, boete, en/of kosten verband houdende met of voortvloeiende uit:
I ...
II. niet of niet tijdige levering van FCDF-producten aan Hint, behoudens overmacht aan de zijde van FCDF;
3. Friesland Foods heeft gesteld dat zij op grond van het bepaalde in artikel 6 sub n van de distributieovereenkomst gehouden was om Hoogtwegt schadeloos te stellen, nu zij niet in staat was tijdig melkpoeder aan Hoogtwegt te leveren. Friesland Foods heeft daaraan toegevoegd dat van overmacht geen sprake was, aangezien er destijds op de markt nog melkpoeder te verkrijgen was.
4. ATF heeft er naar het oordeel van het hof terecht op gewezen dat de distributieovereenkomst, zoals blijkt uit de hiervoor in rechtsoverweging 2 aangehaalde bepalingen, in onderlinge samenhang gelezen, Friesland Foods verplicht tot het leveren van FCDF-producten aan Hoogtwegt, dat wil zeggen melkpoeder verkregen in een FDCF-locatie. De distributieovereenkomst houdt geen verplichting voor Friesland Foods in om andere dan FCDF-melkpoeder aan Hoogtwegt te leveren.
5. Friesland Foods was als gevolg van de brand bij ATF genoodzaakt haar volledige productiecapaciteit aan te wenden om de mogelijk verontreinigde melk te verwerken tot melkpoeder die - in afwachting van nader onderzoek - niet meteen kon worden gebruikt. Dientengevolge was zij niet in staat om Hoogtwegt de overeengekomen hoeveelheid direct te verwerken FCDF-melkpoeder te leveren.
6. De tekortkoming van Friesland Foods in de nakoming van de distributieovereenkomst - tot levering van de overeengekomen hoeveelheid FCDF-melkpoeder aan Hoogtwegt - vond zijn oorzaak in de brand bij ATF.
Nu dit een omstandigheid was die niet aan Friesland Foods kon worden toegerekend, leverde dat overmacht voor Friesland Foods op.
Uit het bepaalde in artikel 6 sub n onder II van de distributieovereenkomst vloeit voort dat Friesland Foods in geval van overmacht niet gehouden is om Hoogtwegt schadeloos te stellen.
7. Het onderdeel 'Hoogtwegt' van de schadevordering van Friesland Foods komt dan ook niet voor toewijzing in aanmerking, nog daargelaten dat gesteld noch gebleken is dat Friesland Foods daadwerkelijk een schadevergoeding aan Hoogtwegt heeft voldaan of toegezegd.
8. In zoverre slagen de grieven VI en VII.
Slotsom
9. Uit hetgeen hiervoor en in rechtsoverweging 42 van het tussenarrest van 19 september 2007 is overwogen vloeit voort dat het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 9 juni 2004 slechts niet in stand kan blijven, voorzover daarbij de schadeposten 'Hoogtwegt' en 'Campina' zijn toegewezen. Deze posten, opgenomen in de bij de inleidende dagvaarding gevoegde specificatie van de schade sub 5.3 en 6, bedragen fl. 280.640,-- (€ 127.348,88) respectievelijk
fl. 5.852,34 (€ 2.655,68), derhalve in totaal € 130.004,56.
10. Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen en zal, opnieuw rechtdoende, ATF veroordelen om een bedrag van € 355.966,04 (€ 485.970,60- € 130.004,56) aan Friesland Foods te voldoen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 30 juni 2000. Het hof zal de proceskostenveroordeling ten laste van ATF handhaven, met dien verstande dat het salaris voor de procureur gelet op de hoogte van het toe te wijzen bedrag nader zal worden begroot op basis van tarief VI (2 punten) volgens het tot 1 november 2004 geldende liquidatietarief, derhalve op een bedrag van € 3.448,--.
11. ATF zal, als de grotendeels in het ongelijk te stellen partij, worden veroordeeld in de kosten van de procedure in hoger beroep. Deze kosten worden voor zover gevallen aan de zijde van Friesland Foods wat betreft het salaris voor de procureur tot op heden begroot op € 11.420,50 (3,5 punt, tarief VI).
De beslissing
Het gerechtshof
vernietigt het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 9 juni 2004;
en opnieuw recht doende:
veroordeelt ATF om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Friesland Foods te betalen een bedrag van € 355.966,04 (zegge: driehonderdvijfenvijftigduizend negenhonderdzesenzestig euro en vier cent) vermeerderd met de wettelijke rente 0
veroordeelt ATF in de kosten van de procedure in beide instanties en begroot deze kosten gevallen aan de zijde van Friesland Foods tot op heden
in eerste aanleg op € 3.697,18 aan verschotten en op € 3.448,-- aan salaris voor de procureur en
in hoger beroep op € 5.669,-- aan verschotten en op € 11.420,50 aan salaris voor de procureur;
verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mrs. De Bock, voorzitter, Onnes-Wind en De Jong, raden, en uitgesproken door de rolraadsheer ter openbare terechtzitting van dit hof van woensdag 16 april 2008 in bijzijn van de griffier.