ECLI:NL:GHLEE:2007:AZ8859
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- prof. mr. H.L.C. Hermans
- mr. H. Kalsbeek
- mr. K. Lahuis
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verkrachting binnen huwelijk met twijfel over instemming
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 6 februari 2007 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Leeuwarden. De verdachte was beschuldigd van verkrachting van zijn echtgenote in de periode van 1 november 2000 tot en met 14 november 2003. De rechtbank had de verdachte in eerste aanleg vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit en had hem voor het subsidiair ten laste gelegde feit veroordeeld tot een gevangenisstraf. De officier van justitie ging in hoger beroep tegen de vrijspraak van het primair ten laste gelegde feit en de verdachte werd in hoger beroep bijgestaan door zijn raadsman.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig onderzocht. De relatie tussen de verdachte en het slachtoffer was aanvankelijk goed, maar werd later gekenmerkt door frustraties en ongelijkwaardigheid. Het hof heeft overwogen of de verdachte zich bewust was van het ontbreken van instemming van zijn echtgenote bij de seksuele handelingen. De verklaringen van het slachtoffer waren tegenstrijdig en het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte wist of moest begrijpen dat de instemming ontbrak.
Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat er te veel twijfel bestond over de beschuldiging van verkrachting, waardoor de verdachte van het onder 2 ten laste gelegde feit werd vrijgesproken. De benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, aangezien de verdachte werd vrijgesproken van het ten laste gelegde feit. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd voor zover dat aan hoger beroep onderworpen was en opnieuw recht gedaan.