2. De feiten.
Blijkens de gedingstukken en op grond van het verhandelde ter zitting staat als onbetwist, dan wel onvoldoende betwist, tussen partijen vast:
2.1 Belanghebbende, opgericht op 17 februari 1997, heeft als daadwerkelijke activiteiten de import van haardhout vanuit Estland en de doorverkoop daarvan in Nederland. Voorts heeft belanghebbende in 1998 de activiteiten van handelsonderneming E overgenomen, bestaande uit het drijven van handel –meestal betreffende voedingsmiddelen- met personen in het voormalige Joegoslavië.
2.2 Omdat voor het jaar 1998 door belanghebbende geen aangifte voor de vennootschapsbelasting werd ingediend heeft de inspecteur ambtshalve een aanslag opgelegd. Het daartegen gerichte (pro forma) bezwaarschrift is na enge tijd gemotiveerd door het indienen van een aangifte zonder jaarstukken, uitkomend op een belastbare winst en een belastbaar bedrag van negatief f. 2.604,--.
2.3 Uit een daarna in 2001 en 2002 ingesteld boekenonderzoek bleek de inspecteur dat belanghebbendes administratie bestond uit een niet-ordelijk bijeengehouden, onduidelijke en onvolledige verzameling van gegevens. Belanghebbende is toen in de gelegenheid gesteld de administratie op orde te brengen, waartoe belanghebbendes gemachtigde activiteiten heeft ontwikkeld. De daarbij opgestelde jaarstukken kwamen uit op een belastbare winst voor 1998 van f. 21.316,-- en een te verrekenen verlies over 1997 van f. 13.495,-- zodat de gemachtigde concludeerde tot een belastbaar bedrag voor 1998 van f. 7.821,--.
2.4 De nieuwe administratie vertoonde de volgende kenmerken:
- er is geen kasadministratie bijgehouden;
- er zijn geen bescheiden betreffende kasmutaties van de houtverkoop, noch van de handel met de Joegoslaven;
- diverse valutatransacties die het gevolg zijn van leveringen aan het buitenland zijn buiten de boeken gehouden;
- niet alle inkopen van goederen zijn geboekt en er ontbreken inkoopfacturen;
- er ontbreken verkoopfacturen zodat leveringen aan het buitenland vaak alleen via de financiële weg worden getraceerd;
- er zijn geen voorraadlijsten en van geëxporteerde goederen is niet altijd een bewijs van uitvoer aanwezig;
- er zijn veel veronderstellingen en aannames die niet door bescheiden worden gedekt;
- pas in een later stadium bleek dat de directeur–groot aandeelhouder ook nog een bankrekening in Duitsland had;
- op de aangiften voor de omzetbelasting voor de jaren 1998 en 1999 is nooit melding gemaakt van export van goederen;
- aanvankelijk bedroeg de voorraad hout volgens de jaarstukken per 31 december 1998 f. 25.514,--, waarna belanghebbendes directeur telefonisch meedeelde dat die voorraad kleiner was, en volgens een brief van 20 oktober 2002 van de gemachtigde de voorraad f. 2.998,-- diende te bedragen.
2.5 Op vragen van de inspecteur betreffende de telkens wisselende gegevens zijn verschillende verklaringen gegeven. Zulks geldt ook voor de in de jaarstukken vermelde voorraad hout en de verschotten, waarvan uiteindelijk is gesteld dat deze als sluitpost fungeerden.
2.6 Bij een eerder boekenonderzoek bij de directeur/grootaandeelhouder van belanghebbende betreffende omzetbelasting voor de jaren 1996 en 1997 is geconstateerd dat deze geen boekhouding voerde en geen kasboek bijhield. Hem is toen een waarschuwing uitgereikt.
2.7 Op het tijdig ingediende bezwaar van belanghebbende heeft de inspecteur bij de bestreden uitspraak de aanslag verminderd.