ECLI:NL:GHLEE:2005:AU3824
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- prof. mr. E. Aardema
- mr. G.M. van der Meer
- mr. H. Bakker
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen navorderingsaanslag inkomstenbelasting en heffingsrente
In deze zaak is in geschil of belanghebbende gebonden was aan een vaststellingsovereenkomst die hij met de inspecteur had gesloten. De zaak betreft een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie-volksverzekeringen voor het jaar 1998. Belanghebbende was aanvankelijk aangeslagen naar een belastbaar inkomen van f 51.279,-, maar na navordering werd dit bedrag verhoogd naar f 225.787,-, inclusief heffingsrente. Na bezwaar van belanghebbende werd de navorderingsaanslag verlaagd, maar belanghebbende ging in beroep tegen deze uitspraak. Tijdens de zitting werd door belanghebbende aangevoerd dat er een strafzaak liep die van invloed kon zijn op de uitkomst van deze belastingkwestie en dat hij niet verantwoordelijk wilde zijn voor de heffingsrente die door de belastingdienst was opgelegd.
De inspecteur stelde dat belanghebbende gebonden was aan de vaststellingsovereenkomst die op 10 maart 2004 was getekend, en dat de heffingsrente in overeenstemming was met de wettelijke regeling. Het hof oordeelde dat belanghebbende inderdaad gebonden was aan de vaststellingsovereenkomst, omdat er geen wilsgebreken of andere gronden voor vernietiging waren aangetoond. Het hof concludeerde dat de inspecteur bij de bestreden uitspraak in overeenstemming met de vaststellingsovereenkomst had gehandeld, en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak werd gedaan op 23 september 2005 door het Gerechtshof te Leeuwarden, waarbij de proceskosten niet werden toegewezen.