ECLI:NL:GHLEE:2005:AT2484
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Mollema
- Z. Zuidema
- M. Meijeringh
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige opzegging van arbeidsovereenkomst en dringende reden
In deze zaak heeft Mega B.V. in hoger beroep geprocedeerd tegen [geïntimeerde] over de opzegging van een arbeidsovereenkomst. Mega stelde dat er sprake was van een dringende reden voor de onverwijlde opzegging van de arbeidsovereenkomst, en onderbouwde dit met een schriftelijke verklaring van een collega. Het hof oordeelde echter dat de stellingen van Mega niet voldoende aannemelijk waren gemaakt. De bewijsvoering die nodig was om de claims van Mega te onderbouwen, viel buiten het kader van een kort geding procedure. Het hof concludeerde dat er geen dringende reden was voor de opzegging en bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter, waarbij Mega werd veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.
Het hof stelde vast dat de schriftelijke verklaring van de collega van Mega, die op 19 januari 2004 was opgesteld, niet voldoende gewicht had. De verklaring was afkomstig van iemand die in een afhankelijke positie tot Mega stond, waardoor de betrouwbaarheid van de verklaring in twijfel werd getrokken. Het hof benadrukte dat het aan Mega was om de ontslagaanvraag met concrete feiten te onderbouwen, wat niet was gebeurd. De grieven van Mega werden gezamenlijk behandeld, maar het hof oordeelde dat deze geen doel troffen. De beslissing van het hof was om het vonnis van de kantonrechter te bekrachtigen en Mega te veroordelen in de kosten van het geding in hoger beroep.