ECLI:NL:GHLEE:2004:AO8648
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Dijkstra
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake niet-ontvankelijk verklaring wegens niet tijdig stellen van zekerheid in verkeersboetezaak
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank te Amsterdam, die op 9 oktober 2003 het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie niet-ontvankelijk heeft verklaard. De betrokkene had in reactie op zekerheidsbrieven een beroep gedaan op verrekening, maar de kantonrechter oordeelde dat hij niet tijdig zekerheid had gesteld voor de betaling van de opgelegde administratieve sanctie. De betrokkene stelde dat hij aan de verplichting tot zekerheidstelling had voldaan door zich te beroepen op compensatie met een nog niet ontvangen bedrag aan schadevergoeding. Het gerechtshof oordeelt dat de kantonrechter de betrokkene niet had mogen verklaren tot niet-ontvankelijkheid zonder hem eerst de gelegenheid te geven om aan zijn verplichting tot zekerheidstelling te voldoen. Het hof vernietigt de beslissing van de kantonrechter en wijst de zaak terug naar de rechtbank te Amsterdam, zodat de kantonrechter een nieuwe termijn kan bepalen voor de betrokkene om alsnog zekerheid te stellen. Het hof benadrukt dat de betrokkene niet mag rekenen op verrekening met andere bedragen die het CJIB aan hem verschuldigd is. De beslissing van het hof is genomen op 8 januari 2004 en is gepubliceerd op 29 april 2004.