ECLI:NL:GHLEE:2004:AO6224
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Mr. Drion
- Rechtspraak.nl
Geschil over rechtsgrond van aanslag forensenbelasting gemeente Smallingerland
Op 19 maart 2004 heeft het Gerechtshof te Leeuwarden uitspraak gedaan in de zaak BK 726/02, waarin de belanghebbende, X, in beroep ging tegen de beslissing van de gemeente Smallingerland over de opgelegde aanslag in de forensenbelasting voor het jaar 2001. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de aanslag van f. 1.090,--, die was gehandhaafd door de ambtenaar op 6 maart 2002. De belanghebbende was in 2001 eigenaar van een woning in Smallingerland, maar stond ingeschreven in de gemeente Apeldoorn. De aanslag was opgelegd omdat zij meer dan 90 dagen in dat jaar de woning ter beschikking had gehouden zonder daar hoofdverblijf te hebben.
Het geschil draaide om de rechtsgrond van de aanslag. De belanghebbende betwistte niet dat zij de woning meer dan 90 dagen ter beschikking had, maar vond het onredelijk dat zij, terwijl zij al gemeentelijke belastingen in Apeldoorn betaalde, ook in Smallingerland belasting moest betalen. Het Gerechtshof oordeelde dat de redelijkheid van de wet niet getoetst kon worden, maar dat de ambtenaar de aanslag op juiste gronden had opgelegd conform de Verordening op de heffing en invordering van forensenbelasting 2000 van de gemeente Smallingerland.
Het Hof verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was om de Verordening onverbindend te verklaren. De proceskosten werden niet toegewezen. De uitspraak werd op 24 maart 2004 aangetekend verzonden aan beide partijen. De mondelinge behandeling vond plaats op 20 augustus 2003, waarbij de belanghebbende aanwezig was, maar de gemachtigde van de ambtenaar niet. De uitspraak werd openbaar gedaan door mr. Drion, in aanwezigheid van de griffier, dhr. Gerrits.