ECLI:NL:GHLEE:2003:AF5664
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. Pruiksma
- mr. Drion
- mr. Fransen
- Rechtspraak.nl
Waardebeschikking onroerende zaak en geschil over vastgestelde waarde
In deze zaak gaat het om een waardebeschikking die door de gemeente is afgegeven voor een onroerende zaak, gelegen aan de a-straat 7 te L. De waardebeschikking, gedateerd op 21 februari 2001, stelde de waarde van het object vast op f.9.587.000,-- (€ 4.350.390,--) per waardepeildatum 1 januari 1999. Belanghebbende, de eigenaar van het pand, heeft bezwaar aangetekend tegen deze beschikking, maar de heffingsambtenaar handhaafde de waarde in zijn uitspraak van 13 maart 2002. Hierop heeft belanghebbende beroep ingesteld bij het Gerechtshof Leeuwarden, dat op 21 februari 2003 de zaak in behandeling nam.
Tijdens de zitting op 29 november 2002 werd het standpunt van belanghebbende toegelicht door zijn gemachtigde, die stelde dat de vastgestelde waarde te hoog was. Hij voerde aan dat de gecorrigeerde vervangingswaarde lager zou moeten zijn, met argumenten gebaseerd op de "Waarderingsinstructie" en het "Taxatieboekje (her)bouwkosten 1999". De heffingsambtenaar daarentegen verdedigde de vastgestelde waarde met een taxatierapport van een registertaxateur, dat volgens hem goed onderbouwd was.
Het hof heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig afgewogen. Het hof concludeerde dat de heffingsambtenaar de waarde niet te hoog had vastgesteld, en dat de door hem gehanteerde uitgangspunten voor de waardebepaling redelijk waren. Het hof oordeelde dat de waarde van de onroerende zaak niet op een te hoog bedrag was vastgesteld en verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond. De uitspraak werd op 7 maart 2003 aangetekend verzonden aan beide partijen.