ECLI:NL:GHLEE:2003:AF5218
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.S. Pruiksma
- F.J.W. Drion
- H.H.A. Fransen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de beschikking vaststelling verkrijgingsprijs aandelen in de inkomstenbelasting
Op 21 februari 2003 heeft het Gerechtshof Leeuwarden uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij mr. X, belanghebbende, in beroep ging tegen een beschikking van de inspecteur van de Belastingdienst. De zaak betreft de vaststelling van de verkrijgingsprijs van aandelen per 1 januari 1998, in het kader van de Wet op de inkomstenbelasting 1964. De inspecteur had de verkrijgingsprijs vastgesteld op f 902.000,-, waarbij hij onder andere goodwill en onderhanden werk in aanmerking had genomen. Belanghebbende was van mening dat er op die datum een substantiële zakelijke goodwill aanwezig was in de maatschap, en berekende deze op bedragen variërend van f 175.000,- tot f 2.485.000,-.
Het hof oordeelde dat de eigenschappen, kwaliteiten en hoedanigheden van belanghebbende als notaris niet overdraagbaar zijn aan een derde, en dat de in de maatschap aanwezige winstcapaciteit niet in betekenende mate wordt gegenereerd door omstandigheden buiten deze persoonlijke kwaliteiten. Het hof concludeerde dat er geen aanleiding was om aan te nemen dat er zakelijke goodwill was ingebracht in de BV. De inverdien- en uitgroeiregeling in de maatschapsovereenkomst werd niet als bewijs voor de aanwezigheid van zakelijke goodwill beschouwd.
De uitspraak van het hof was dat het beroep van belanghebbende ongegrond werd verklaard, en de beschikking van de inspecteur werd gehandhaafd. De proceskosten werden niet vergoed. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door de voorzitter in aanwezigheid van de griffier.