ECLI:NL:GHLEE:2002:AF0696
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- A. Dijkstra
- J. van Dijk
- M. Weenink
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van de kantonrechter in verzet tegen dwangbevel
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beschikking van de kantonrechter van de rechtbank te Leeuwarden, die op 10 juni 2002 de betrokkene niet-ontvankelijk heeft verklaard in zijn verzet tegen een dwangbevel. Dit dwangbevel was op 17 april 2002 uitgevaardigd door de officier van justitie en op 22 april 2002 betekend. De betrokkene, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. M.G. Doornbos, stelde dat zijn verzetschrift tijdig was ingediend op 6 mei 2002, terwijl de kantonrechter oordeelde dat dit pas op 7 mei 2002 was ontvangen, en dus buiten de wettelijke termijn viel.
Het gerechtshof heeft de argumenten van de betrokkene in overweging genomen, waaronder de stempel op het verzetschrift dat aantoont dat het op 6 mei 2002 was ingediend. Het hof concludeert dat het verzetschrift inderdaad tijdig is ingediend, en dat de kantonrechter op onjuiste gronden niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het hof wijst de zaak terug naar de rechtbank te Leeuwarden voor verdere afdoening, met inachtneming van de beschikking van het hof. Tevens wordt bepaald dat de door de betrokkene betaalde kosten in verband met het dwangbevel en het griffierecht aan hem worden gerestitueerd.
De uitspraak van het hof is gedaan door de rechters A. Dijkstra, J. van Dijk en M. Weenink, in aanwezigheid van griffier mr. Hiemstra, en is openbaar uitgesproken op 13 november 2002.