ECLI:NL:GHLEE:2002:AE9015
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep kort geding
- M. Mollema
- A. Eradus
- J. Meijeringh
- H. Streppel
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep kort geding over ontvankelijkheid en verbeurde dwangsommen
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Leeuwarden werd behandeld, gaat het om een hoger beroep in een kort geding dat betrekking heeft op de ontvankelijkheid van de Stichting tot behoud van Waardebestanddelen ACMN B.V. en Aannemers Combinatie Midden-Nederland B.V. in hun vorderingen. De zaak is ontstaan uit een eerder vonnis van de rechtbank Assen, waarin de voorzieningenrechter op 8 mei 2002 een beslissing heeft genomen over verbeurde dwangsommen. De appellanten, waaronder de Stichting en ACMN, hebben hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis, maar de geïntimeerde, een vennootschap naar Duits recht, heeft betwist dat de Stichting ontvankelijk is in haar vordering.
Het hof heeft vastgesteld dat de Stichting niet ontvankelijk is in haar hoger beroep, omdat niet is aangetoond dat de vordering rechtsgeldig aan de Stichting is overgedragen. De grieven van de appellanten zijn gezamenlijk behandeld, waarbij het hof heeft gekeken naar de ontvankelijkheid en de inhoud van de vorderingen. Het hof concludeert dat de geïntimeerde voldoende heeft gedaan om aan haar verplichtingen te voldoen en dat de vordering van de appellanten niet kan worden toegewezen.
De uitspraak van het hof houdt in dat het eerdere vonnis van de rechtbank Assen wordt bekrachtigd. De Stichting, ACMN en de derde appellant worden veroordeeld in de kosten van de procedure in hoger beroep. Dit arrest is uitgesproken op 16 oktober 2002 door een kamer van het Gerechtshof Leeuwarden, waarbij de voorzitter en de raden de beslissing hebben genomen in aanwezigheid van de griffier.