ECLI:NL:GHLEE:2002:AE2372
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- A. van den Bergh
- M.J. van der Meer
- H. Stamhuis
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis van de arrondissementsrechtbank te Groningen inzake drugshandel en deelname aan criminele organisatie
Op 8 mei 2002 heeft het Gerechtshof Leeuwarden uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de arrondissementsrechtbank te Groningen, waarbij de verdachte was veroordeeld voor drugshandel en deelname aan een criminele organisatie. De verdachte was beschuldigd van het vervoeren en afleveren van grote hoeveelheden cocaïne, speed, xtc-pillen en hashish, en had deze feiten gepleegd als lid van een criminele organisatie. Het hof oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de hem ten laste gelegde feiten, met uitzondering van enkele andere beschuldigingen die niet bewezen konden worden. De verdachte had gedurende een reeks van jaren grote hoeveelheden verdovende middelen vervoerd en afgeleverd, en had hiervoor aanzienlijke geldbedragen ontvangen. Het hof nam in overweging dat de verdachte niet eerder was veroordeeld voor soortgelijke feiten en dat hij volledige medewerking had verleend aan het justitieel onderzoek. Desondanks oordeelde het hof dat een gevangenisstraf van vier jaar passend was, gezien de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze waren gepleegd. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en legde de verdachte een gevangenisstraf op, waarbij de tijd die hij in voorlopige hechtenis had doorgebracht in mindering werd gebracht op de opgelegde straf. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van het hof, met de voorzitter en twee andere rechters, en de griffier was aanwezig bij de uitspraak.