ECLI:NL:GHLEE:2002:AE0764
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P. Pruiksma
- M. de Jong-Braaksma
- Rechtspraak.nl
Navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen 1997
In deze zaak gaat het om een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1997, opgelegd aan mevrouw X. De belastinginspecteur had de navorderingsaanslag opgelegd op basis van het feit dat de inspecteur had vastgesteld dat de heer B, de voormalige echtgenoot van mevrouw X, het hoogste persoonlijke inkomen had genoten in dat jaar. Mevrouw X had eerder aangifte gedaan, maar de inspecteur concludeerde dat zij ten onrechte negatieve inkomsten uit de eigen woning en rente in haar belastbaar inkomen had opgenomen.
De procedure begon met een bezwaar van mevrouw X tegen de navorderingsaanslag, dat door de inspecteur werd afgewezen. Mevrouw X stelde beroep in bij het Gerechtshof Leeuwarden, waarbij zij aanvoerde dat de inspecteur haar het vertrouwen had gewekt dat er geen navordering zou plaatsvinden, gezien de eerdere aanslagen die zonder vragen waren opgelegd. De inspecteur betwistte dit en verwees naar de wettelijke bepalingen die hem de bevoegdheid gaven om na te vorderen.
Tijdens de zitting werd het standpunt van beide partijen besproken. Het hof oordeelde dat de inspecteur terecht de navorderingsaanslag had opgelegd, omdat de negatieve inkomsten ten onrechte in de aangifte waren opgenomen. Het hof concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het vertrouwen van mevrouw X konden rechtvaardigen dat navordering zou uitblijven.
Uiteindelijk verklaarde het hof het beroep van mevrouw X ongegrond, en er werden geen proceskosten aan de inspecteur opgelegd. De uitspraak werd gedaan op 22 maart 2002 door vice-president P. Pruiksma, in aanwezigheid van griffier M. de Jong-Braaksma.