2.1 Belanghebbende is op 3 juli 1997 opgericht door de Stichting B te Z (hierna: Stichting B), welke stichting tevens enig aandheelhouder in belanghebbende is, terwijl de statutaire doelstelling van belanghebbende is het verkrijgen, beheren en exploiteren, alsmede het verhuren en leasen van machines, instrumenten, apparatuur en andere roerende en onroerende zaken ten dienste van de gezondheidszorg.
2.2 De stichting B is op 18 april 1997 opgericht door de directeur algemene zaken bij het a-Ziekenhuis, terwijl haar vestigingsplaats dezelfde is als die van het a-Ziekenhuis.
2.3 Bij de oprichting van belanghebbende werd namens de Stichting B gehandeld door de sectormanager bij het a-Ziekenhuis.
2.4 Tot enig directeur van belanghebbende werd benoemd de sectormanager faciliteiten bij het a-Ziekenhuis, waarbij tussen belanghebbende en die sectormanager geen arbeidsovereenkomst werd gesloten en hem geen beloning uit hoofde van zijn functie bij belanghebbende toekwam.
2.5 Belanghebbende is gevestigd op hetzelfde vestigingsadres als het a-Ziekenhuis.
2.6 De Stichting B heeft statutair ten doel het verlenen van financiële diensten aan rechtspersonen die werkzaam zijn op het terrein van de gezondheidszorg, het deelnemen in en het voeren van de directie over rechtspersonen of ondernemingen met een gelijk of aanverwant doel en het bevorderen van de gezondheidszorg in het algemeen.
2.7 Het bestuur van de Stichting B bestaat uit tenminste drie personen, waarvan voor de benoeming van twee bestuursleden onder andere de instemming vereist is van het a-Ziekenhuis.
2.8 In juli 1997 is door de ABN-AMRO Bank een zakenrekening geopend ten name van de Stichting B, welke rekening wordt gebruikt voor betalingen ten behoeve van belanghebbende, waarbij voor deze rekening geldt dat daarvoor de condities gelden als die welke gelden voor het a-Ziekenhuis.
2.9 Op 12 augustus 1997 is een "overeenkomst krediet faciliteit" gesloten tussen het a-Ziekenhuis en de Stichting B, inhoudende dat het a-Ziekenhuis voor de duur van tien jaren een krediet faciliteit in rekening-courant ter beschikking stelt aan de Stichting B ten bedrage van f.6.000.000,-- waarbij de stichting een rente verschuldigd is van 0,5% per jaar, welke overeenkomst blijkens artikel 2 ten doel heeft:
"Geldnemer (stichting B) zal de opgenomen gelden uitsluitend bestemmen voor het verstrekken van leningen ter financiering van de aanschaf van apparatuur en inventarissen ten behoeve van de verhuur. Financiering van andersoortige activiteiten door de geldnemer is niet toegestaan anders dan met de uitdrukkelijke instemming van de geldgever."
2.10 Eveneens op 12 augustus 1997 is een "overeenkomst krediet faciliteit" tussen de Stichting B en belanghebbende gesloten, waarbij aan belanghebbende voor de duur van tien jaren een krediet faciliteit in rekening-courant ter beschikking wordt gesteld ten bedrage van f.6.000.000,-- met een verschuldigde rente van 0,5% per jaar, welke overeenkomst blijkens artikel 2 ten doel heeft:
"Geldnemer (X BV) zal de opgenomen gelden uitsluitend bestemmen voor de kosten in verband met de aanschaf van apparatuur en inventarissen ten behoeve van de verhuur. Financiering van andersoortige activiteiten door de geldnemer is niet toegestaan anders dan met de uitdrukkelijke instemming van de geldgever."
2.11 Op 12 augustus 1997 is tussen het a-Ziekenhuis als huurder en belanghebbende als verhuurder een "mantel-overeenkomst van huur en verhuur" gesloten, welke overeenkomst de volgende bepalingen kent:
"Artikel 1. Omschrijving van apparatuur en inventarissen
Verhuurder verklaart te verhuren aan huurder, gelijk deze verklaart te huren van verhuurder de in aparte contracten, aan te duiden als "objectcontracten", omschreven apparatuur en inventarissen.
Artikel 2. Duur van de overeenkomst en de huurprijs
2.1 De in de objectcontracten omschreven objecten worden verhuurd cq gehuurd voor de periode van tenminste 10 jaar, aan te vangen op de 1e van de maand volgend op de levering. Gedurende deze periode van 10 jaar zal het objectcontract niet eenzijdig kunnen worden beëindigd behoudens in gevallen als in deze overeenkomst omschreven.
2.2 De huurprijs zal per object worden bepaald op basis van de netto investeringen, zijnde het te investeren bedrag minus de restwaarde, exclusief BTW. De kosten van afschrijving worden berekend volgens de lineaire methode over een periode van tenminste 10 jaar, gelijk de reële levensduur van het object. De kosten van afschrijving worden verhoogd met het geldende rentepercentage, zoals vermeld in de "Overeenkomst kredietfaciliteit" tussen de stichting B. Voor beheerskosten wordt jaarlijks per object een bedrag in rekening gebracht, zoals is vastgelegd in de "Dienstverleningsovereenkomst" tussen X BV en het a-Ziekenhuis.
Artikel 7. Verplichtingen van de verhuurder
De verhuurder cedeert aan huurder alle door de fabriek afgegeven garanties gedurende de looptijd van het contract. De huurder verklaart alle aansprakelijkheden uit dien hoofde, alsmede de aanspraken voortvloeiend uit eventuele tekortkomingen uitsluitend jegens de fabrikant te zullen uitoefenen."
2.12 Eveneens op 12 augustus 1997 is tussen belanghebbende en het a-Ziekenhuis "een dienstverleningsovereenkomst" voor de duur van tien jaar aangegaan, welke overeenkomst onder meer de volgende bepalingen kent:
Artikel 1. Aard en soort van de dienstverlening
Dienstverlener (a-Ziekenhuis) zal ten behoeve van de opdrachtgever (X BV) de volgende ondersteunende diensten uitvoeren:
- het verrichten van de inkoop en de hierbij behorende administratie
- het voeren van de financiële administratie en de werkzaamheden met betrekking tot het financiële jaarverslag.
Artikel 2. Vergoeding voor de dienstverlening
De vergoeding voor het verrichten van de diensten zal bestaan uit een jaarlijks bedrag van f.150,- (excl. btw) per object en zal eenmaal per kalenderjaar….. in rekening worden gebracht. Voor de hoogte van de vergoeding is het niet van belang, dat de objecten in de loop van het jaar zijn aangeschaft….."
2.13 Op 26 maart 1998 heeft de Stichting B de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid X1 BV opgericht, welke vennootschap eenzelfde statutaire doelstelling kent als belanghebbende.
2.14 Belanghebbende heeft in het tijdvak van de naheffingsaanslag apparatuur en inventaris aangeschaft en in de vorm van een huurovereenkomst ter beschikking gesteld aan het a-Ziekenhuis, waarbij zij de BTW op de kosten van aanschaf van de apparatuur als voorbelasting op de voet van artikel 15 van de Wet in aftrek heeft gebracht en de over de vergoeding voor de verhuur verschuldigde BTW op aangifte heeft voldaan.
2.15 De financiering van de aanschaf van de apparatuur door belanghebbende heeft plaatsgevonden door middel van de kredietfaciliteit, zoals die bij de "overeenkomst kredietfaciliteit" tussen de Stichting B en belanghebbende is overeengekomen.
2.16 Een aantal objectcontracten met een contractwaarde van f.361.735,- was niet door huurder en verhuurder ondertekend, terwijl voorts van een aantal contractnummers van de objectcontracten met investeringen van omstreeks f.2.800.000,- op het moment van het onderzoek door de inspecteur op 19 november 1998 nog geen objectcontracten was opgemaakt, terwijl de betreffende apparatuur of inventarissen al wel aan het a-Ziekenhuis ter beschikking waren gesteld en/of in gebruik waren genomen.
2.17 Op 6 april 1998 heeft het a-Ziekenhuis, centrum inkoop en logistiek, door middel van een inkooporder aan belanghebbende het verzoek gedaan om een apparaat als onderdeel van de mantelovereenkomst aan haar te verhuren, hetgeen ertoe heeft geleid, dat op 9 april 1998 X1 BV een inkooporder plaatste bij de leverancier met vermelding van factuur adres X BV, terwijl de factuur van de leverancier de dato 9 april 1998 gericht is aan a-Ziekenhuis, C, ter attentie van crediteurenadministratie met prijzen volgens de offerte, welke factuur vervolgens door X1 BV wordt betaald.
2.18 Bij tien inkooporders van het a-Ziekenhuis is geen overeenstemming tussen de rechtspersoon aan wie de opdracht is gegeven en de rechtspersoon die de opdracht heeft behandeld.
In deze tien gevallen is de opdracht door het a-Ziekenhuis aan belanghebbende gegeven, terwijl de opdrachten door X1 BV zijn behandeld en/of betaald. Het vermelde factuuradres op de inkooporder is in twee gevallen X BV en in de andere gevallen X1 BV. In een geval waar als factuuradres wordt vermeld X1 BV vermeldt de pakbon van de leverancier: "sold to X BV".
2.19 Een inkooporder van belanghebbende resulteert in een nota van de leverancier gericht aan het a-Ziekenhuis, ter attentie van financiële administratie, waarbij gerefereerd wordt aan het inkoopnummer van het a-Ziekenhuis en niet aan de inkooporder van belanghebbende, terwijl de verklaring millenium-proof door de leverancier wordt gericht aan het a- Ziekenhuis, afdeling inkoop, mevrouw D en de pakbon van de leverancier vermeldt: "sold to a-Ziekenhuis, afdeling inkoop".
2.20 Een inkooporder van een belanghebbende aan een leverancier leidt tot twee facturen aan belanghebbende, welke facturen evenwel in de administratie van X1 BV worden verwerkt en door deze worden betaald.
2.21 In een aantal gevallen waarbij door de leverancier goederen geleverd aan belanghebbende, terwijl er gebruikte goederen, eigendom zijnde van het a-Ziekenhuis, werden ingeruild, terwijl op de investeringsoverzichten van belanghebbende het saldo aankoop minus inruil wordt vermeld.
2.22 Een offerte van een leverancier gericht aan belanghebbende wordt door de leverancier ook in copie gezonden aan de heer E, afdeling inkoop a-Ziekenhuis.
2.23 Ondertekening van inkopen en betaalbaarstellingen van facturen vindt mede plaats door mevrouw D, die geen functie bij belanghebbende bekleedt, maar werkzaam is als secretaresse van de sectormanager faciliteiten van het a-Ziekenhuis, terwijl een schriftelijke machtiging tot het verrichten van deze handelingen ten behoeve van belanghebbende ontbreekt. Tevens worden overnameprotocols van apparatuur bij aflevering ondertekend door medewerkers van het a-Ziekenhuis.
2.24 Ten tijde van het onderzoek door de inspecteur op 19 november 1998 zijn van belanghebbende nog geen jaarstukken over 1997 opgemaakt, terwijl er ook geen vergadering van aandeelhouders heeft plaatsgevonden en er geen directieverslagen of vastleggingen anderszins aanwezig zijn, noch een aandelenregister en protocol van uitgifte van aandelen.
2.25 Bij het opleggen van de onderwerpelijke naheffingsaanslag heeft de inspecteur zich op het standpunt gesteld, dat de transacties van belanghebbende als schijnhandelingen dienen te worden aangemerkt, zodat geen plaats is voor aftrek van voorbelasting voor wat betreft de geleverde apparatuur.
Bij de bestreden uitspraak heeft de inspecteur dit standpunt gehandhaafd.