ECLI:NL:GHDHA:2025:2435

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
25 november 2025
Publicatiedatum
24 november 2025
Zaaknummer
200.336.590/01
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot erkenning en tenuitvoerlegging van een buitenlands arbitraal vonnis in Nederland

In deze zaak heeft Vipshop (China) Co., LTD. een verzoek ingediend bij het Gerechtshof Den Haag om erkenning en tenuitvoerlegging van een buitenlands arbitraal vonnis. Het hof heeft op 25 november 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep, waarbij het verzoek is toegewezen. Vipshop had eerder een arbitrageprocedure aangespannen tegen verschillende verweerders, waaronder een VOF en een BV, naar aanleiding van een geschil over de levering van medische mondkapjes. De arbitrage vond plaats onder de auspiciën van de China International Economic and Trade Arbitration Commission (CIETAC). De arbitrageovereenkomsten waren gebaseerd op Chinees recht en voorzagen in geschilbeslechting door een arbiter in Shenzhen, China. Het hof oordeelde dat, ondanks het ontbreken van een gelegaliseerd origineel van de arbitrageovereenkomsten, de erkenning en tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis kon plaatsvinden, omdat aan alle vereisten was voldaan. De verweerders hadden eerder geprobeerd de arbitrageovereenkomsten ongeldig te verklaren, maar dit was door de Chinese rechter afgewezen. Het hof concludeerde dat het arbitraal vonnis bindend was en dat de verweerders niet vrijwillig aan de uitspraak hadden voldaan. Het hof heeft Vipshop verlof verleend tot tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis in Nederland en de verweerders in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Civiel recht
Team Handel
Zaaknummer hof : 200.336.590/01
Beschikking van 25 november 2025
in de zaak van
Vipshop (China) Co., LTD.,
gevestigd in Guangzhou, Volksrepubliek China,
verzoekster,
advocaat: mr. B.A. Keizers, kantoorhoudend in Amsterdam,
tegen

1.[verweerder 1],

wonend in [woonplaats],
2.
[verweerder 2],
wonend in [woonplaats],
3.
[verweerder 3] B.V.,
gevestigd in [vestigingsplaats],
4.
[verweerder 4] VOF,
gevestigd in [vestigingsplaats],
verweerders,
advocaat: mr. D.Y. Li, kantoorhoudend in Groningen.
Het hof noemt verzoekster hierna Vipshop en verweerders samen [verweerders] en verweerders afzonderlijk respectievelijk [verweerder 1], [verweerder 2], de BV en de VOF.

1.De zaak in het kort

1.1
Vipshop verzoekt verlof om een tussen haar en [verweerders] gewezen buitenlands arbitraal vonnis te erkennen en ten uitvoer te leggen.
1.2
Het hof wijst het verlof toe, omdat aan alle vereisten is voldaan.

2.Het procesverloop

2.1
Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
  • het op 22 december 2023 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift van Vipshop, met bijlagen;
  • de brief van mr. Dorresteijn van 26 april 2024;
  • de e-mail van mr. Dorresteijn van 2 mei 2024;
  • de brief van mr. Dorresteijn van 14 oktober 2024;
  • de brief van mr. Keizers van 23 mei 2025, met bijlagen;
  • de brief van mr. Keizers van 15 september 2025, met bijlagen;
  • de e-mail van mr. Keizers van 6 oktober 2025, met bijlage;
  • het op 8 oktober 2025 ingekomen V6-formulier van mr. Keizers, met bijlagen;
  • het proces-verbaal van het verhoor als bedoeld in artikel 987 jo. 1075 Rv gehouden op 9 oktober 2025.
2.2
Uitspraak is bepaald op vandaag.

3.Feitelijke achtergrond

3.1
Vipshop en de VOF, waarvan [verweerder 1] en [verweerder 2] de vennoten waren, hebben op 14 april 2020 drie overeenkomsten gesloten voor de koop en levering van in totaal 50 miljoen medische mondkapjes voor een totaalbedrag van € 14.939.000,- (hierna: de koopovereenkomsten). De koopovereenkomsten voorzien steeds in Chinees recht als toepasselijk recht en geschilbeslechting door de
China International Economic and Trade Arbitration Commission (CIETAC) South China Sub-Commission for arbitration, voor een unus arbiter met als zetel Shenzhen, China.
3.2
Vipshop heeft van april tot september 2020 ruim 21 miljoen mondkapjes geleverd. De VOF heeft toen niet voor deze leveringen betaald.
3.3
Vipshop en de VOF hebben in september een aanvullende overeenkomst (hierna: de aanvullende overeenkomst) gesloten, waarin een lagere prijs voor de nog niet geleverde medische mondkapjes en een lager aantal door Vipshop te leveren mondkapjes werden overeengekomen. De aanvullende overeenkomst bevat verder een betalingsregeling op basis waarvan de resterende vordering van Viphop van € 9.447.767,- uiterlijk op 31 maart 2023 zou zijn afbetaald. Ook de aanvullende overeenkomst voorziet in Chinees recht als toepasselijk recht en in artikel 13 in geschilbeslechting door de
China International Economic and Trade Arbitration Commission (CIETAC) South China Sub-Commission (Arbitration Center) for arbitration, voor een unus arbiter met als zetel Shenzhen, China.
3.4
Na het sluiten van de aanvullende overeenkomst heeft de VOF € 1.276.000,- aan Vipshop voldaan. Vipshop heeft eind 2020 nog ongeveer 7,8 miljoen mondkapjes geleverd en heeft de levering van de overige 15.442.000 mondkapjes opgeschort, omdat betalingen van de VOF overeenkomstig de betalingsregeling uit de aanvullende overeenkomst uitbleef.
3.5
De VOF is op 29 maart 2021 ontbonden. De BV is op 29 maart 2021 opgericht. De onderneming van de VOF is ingebracht als storting op de aandelen in de BV en wordt vanaf 1 januari 2020 voor rekening en risico van de BV voortgezet.
3.6
Op 24 september 2021 heeft Vipshop een arbitrageprocedure aanhangig gemaakt bij de
CIETAC South China Sub-Commission of the Arbitration Commissiontegen [verweerder 1], [verweerder 2] en de BV en op 15 oktober 2021 ook tegen de VOF, een en ander steeds op de voet van de geschilbeslechtingsclausules in de koopovereenkomsten en de aanvullende overeenkomst (hierna: de arbitrageovereenkomsten). Vipshop heeft in de arbitrage onder meer betaling van het restantbedrag van € 9.447.767,- en kosten gevorderd.
3.7
De arbitrageprocedure (bekend onder zaaknummer SGZ20210168) is gevoerd volgens de
Arbitration Rules of China International Economic and Trade Arbitration Commission. [verweerders] zijn bij Chinese advocaat verschenen in de arbitrageprocedure en hebben verweer gevoerd.
3.8
[verweerders] hebben tijdens de arbitrageprocedure de
Shenzhen Intermediate Court People’s Court, Guandong Provinceverzocht te bepalen dat de arbitrageovereenkomsten ongeldig, dan wel niet-bindend, zijn. Bij vonnis van 9 juni 2022 heeft deze rechterlijke instantie geoordeeld dat de arbitrageovereenkomsten voorshands geldig en bindend zijn.
3.9
Ook in de arbitrage hebben [verweerders] aangevoerd dat zij niet aan de arbitrageovereenkomsten gebonden zijn.
3.1
Bij
Awardvan 21 september 2023 heeft arbiter Xu Sanqiao geoordeeld dat [verweerders] overeenkomstig Chinees recht aan de arbitrageovereenkomsten gebonden zijn en [verweerders] hoofdelijk veroordeeld tot betaling binnen 45 dagen aan Vipshop van € 6.009.887,-, vermeerderd met rente en kosten (hierna: het arbitraal vonnis).
3.11
[verweerders] hebben in China een procedure tot vernietiging van het arbitraal vonnis gevoerd, onder meer op de grond dat zij niet aan de arbitrageovereenkomsten zijn gebonden. Bij uitspraak van 23 april 2025 van de
Supreme People’s Court of the People’s Republic of Chinais de vernietigingsvordering afgewezen.
3.12
Er staat geen rechtsmiddel meer open tegen het arbitraal vonnis. Het arbitraal vonnis is daarmee bindend voor partijen.
3.13
[verweerders] hebben niet vrijwillig aan het arbitraal vonnis voldaan.
3.14
Vipshop heeft ter verzekering van haar vordering met verlof van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag op 22 september 2021 conservatoire (derden)beslagen laten leggen ten laste van [verweerder 1] en [verweerder 2].

4.Het verzoek en de bevoegdheid van het hof

4.1
Vipshop verzoekt het hof om het arbitraal vonnis te erkennen en haar verlof te verlenen tot tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis in Nederland, met veroordeling van [verweerders] in de kosten van deze procedure. Vipshop baseert haar verzoek primair op artikel 1075 Rv, in verbinding met artikel III van het Verdrag over de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse scheidsrechterlijke uitspraken (het Verdrag van New York, hierna ook: het Verdrag) en subsidiair op artikel 1076 Rv.
4.2
Op dit verzoek is het Verdrag van New York van toepassing, nu zowel Nederland als de Volksrepubliek China daarbij partij is. Op grond van artikel 1075 lid 2 Rv is het hof absoluut bevoegd om kennis te nemen van het verzoek en zijn de artikelen 985-990 Rv van overeenkomstige toepassing, voor zover het Verdrag geen afwijkende voorzieningen inhoudt. Nu [verweerders] woonachtig respectievelijk gevestigd zijn in het ressort Den Haag is dit hof ook relatief bevoegd (artikel 985, derde volzin, Rv).
4.3
Artikel 986 lid 1 Rv bepaalt dat het verzoekschrift een keuze inhoudt van een woonplaats binnen het ressort van het hof. Het op 22 december 2023 ingediende verzoekschrift voldeed niet aan dit vereiste. Vipshop heeft op 6 oktober 2025 een verzoekschrift ingediend – en bij exploot van 8 oktober 2025 aan [verweerders] betekend – waarin Vipshop woonplaats kiest binnen het ressort Den Haag. Het verzoekschrift voldoet daarmee aan de daaraan te stellen eisen.
4.4
Op grond van artikel 987 Rv moet voor het verlenen van verlof de partij tegen wie de tenuitvoerlegging wordt verlangd, worden opgeroepen voor verhoor. Deze oproeping geschiedt door een vanwege de verzoeker uitgebracht deurwaardersexploot.
4.5
[verweerders] zijn in de deze procedure bij advocaat verschenen ter gelegenheid van het verhoor als bedoeld in artikel 987 lid 3 Rv op 9 oktober 2025. De aanloop naar dat verhoor is als volgt geweest:
De griffie van het hof heeft Vipshop bij brief van 8 februari 2024 geïnstrueerd [verweerders] op te roepen bij deurwaardersexploot voor het verhoor van 24 mei 2024 om 13.30 uur;
Mr. Dorresteijn heeft op 2 mei 2024 deurwaardersexploten overgelegd van 16 en 20 februari 2024 waarbij het verzoekschrift van 22 december 2023, met bijlagen, aan [verweerders] is betekend en [verweerders] zijn opgeroepen voor het verhoor van 24 mei 2024 om 13.30 uur;
Bij brief van 26 april 2024 heeft mr. Dorresteijn namens Vipshop verzocht om het verhoor van 24 mei 2024 te verdagen tot half oktober wegens een in China aanhangige procedure tot vernietiging van het arbitraal vonnis;
De griffie van het hof heeft [verweerders] bij brieven van 6 mei 2024 de brief van mr. Dorresteijn toegestuurd en [verweerders] verzocht om uiterlijk op 10 mei 2024 te reageren op het verzoek van mr. Dorresteijn;
Bij brieven van 15 mei 2024 heeft de griffie van het hof [verweerders] bericht dat het verhoor van 24 mei 2024 om 13.30 uur geen doorgang zou vinden en tot een nader te bepalen datum werd aangehouden;
Bij brief van 14 oktober 2024 heeft mr. Dorresteijn het hof bericht dat in de in China aanhangige vernietigingsprocedure nog geen uitspraak was gedaan;
Bij brief van 23 mei 2025 heeft mr. Keizers het hof bericht over de uitspraak in de vernietigingsprocedure in China en verzocht om het verhoor te plannen. Bij die brief zijn de uitspraak in de Chinese taal en een Engelse vertaling ervan overgelegd;
Het hof heeft mr. Keizers bij e-mail van 6 juni 2025 geïnstrueerd [verweerders] bij deurwaardersexploot op te roepen voor het verhoor op 9 oktober 2025 om 13.30 uur, met vermelding dat de uitspraak in de Chinese vernietigingsprocedure en de Engelse vertaling ervan moesten worden meebetekend;
Mr. Keizers heeft bij e-mail van 15 september 2025 deurwaardersexploten van 18 en 19 juni 2025 overgelegd waarbij [verweerders] werden opgeroepen voor het verhoor op 9 oktober 2025 om 13.30 uur en waarbij de uitspraak in de Chinese vernietigingsprocedure en de Engelse vertaling daarvan zijn meebetekend;
Het hof heeft mr. Keizers bij e-mails van 6 oktober 2025 bericht dat het verzoekschrift van 22 december 2023 geen woonplaatskeuze van Vipshop in het ressort Den Haag bevatte, dat Vipshop gelegenheid kreeg deze omissie te herstellen door een nieuw verzoekschrift in te dienen en dat [verweerders] uiterlijk op 8 oktober 2025 bij exploot moesten worden opgeroepen voor het verhoor van 9 oktober 2025 om 13.30 uur en dat daarbij het nieuwe verzoekschrift, zonder de bijlagen, moest worden meebetekend, met vermelding dat het meebetekende verzoekschrift identiek is aan het eerder betekende verzoekschrift, behoudens de woonplaatskeuze van de verzoekster, en dat de bijlagen ook identiek zijn (en dat die daarom niet nogmaals zijn meebetekend);
Bij e-mail van 6 oktober 2025 heeft mr. Keizers een verzoekschrift ingediend waarin Vipshop woonplaats koos in het ressort Den Haag (dat overigens identiek is aan het eerdere verzoekschrift);
Bij brief van 8 oktober 2025 heeft mr. Keizers deurwaardersexploten van 7 oktober 2025 overgelegd waarbij aan [verweerders] het verzoekschrift van 6 oktober 2025 zonder bijlagen is betekend, met de gevraagde mededelingen (hiervoor, j)) en waarbij zij zijn opgeroepen voor het verhoor van 9 oktober 2025 om 13.30 uur.
4.6
De diverse uitgebrachte deurwaardersexploten zijn rechtsgeldig aan [verweerders] betekend. [verweerders] beschikken dus sinds februari 2024 en juni 2025 – dus tijdig voor het verhoor van 9 oktober 2025 – over de relevante stukken. Dat [verweerders] bij exploten van 8 oktober 2025 nogmaals zijn opgeroepen voor het verhoor van 9 oktober 2025 maakt dit niet anders, omdat zij tijdig – bij exploten van 18 en 19 juni 2025 – voor dat verhoor zijn opgeroepen en de inhoud van het nieuwe verzoekschrift, behoudens de datum en de woonplaatskeuze, niet anders is dan de inhoud van het eerder betekende verzoekschrift. De eis van woonplaatskeuze in het ressort waar het verlof wordt gevraagd is bedoeld om de partij tegen wie de tenuitvoerlegging is gericht, een gemakkelijk bereikbaar adres van de exequaturverlangende partij te verschaffen. Vanaf het begin van de procedure was woonplaatskeuze in Nederland, te Amsterdam. Dat dit adres niet gemakkelijk was te bereiken is gesteld noch gebleken. [verweerders] zijn dus door de oproeping van 8 oktober 2025 niet in hun belangen geschaad.
4.7
De conclusie is dat [verweerders] behoorlijk zijn opgeroepen voor het verhoor van 9 oktober 2025.

5.Beoordeling van het verzoek

Vereisten

5.1
Ingevolge artikel III van het Verdrag moet Nederland scheidsrechterlijke uitspraken die zijn gewezen in andere verdragsluitende staten erkennen en ten uitvoer leggen als is voldaan aan de voorwaarden van het Verdrag.
5.2
Artikel IV lid 1 van het Verdrag bepaalt dat de partij die de erkenning en tenuitvoerlegging verzoekt bij haar verzoek moet overleggen: (a) het behoorlijk gelegaliseerde origineel van de uitspraak of een behoorlijk gewaarmerkt afschrift daarvan; (b) het origineel van de arbitrageovereenkomst of een behoorlijk gewaarmerkt afschrift daarvan.
Arbitraal vonnis
5.3
Bij het op 22 december 2023 ingediende verzoekschrift bevindt zich als productie 1 een bundel met (i) een kopie van het arbitraal vonnis in de Chinese taal, (ii) een Engelse vertaling van het arbitraal vonnis, en (iii) een notariële verklaring in de Chinese taal gedateerd 14 november 2023 van Guan Jiaming,
Notary Publicvan
Ghangzhou Haizu Notary Public Officeen een Engelse vertaling daarvan, voorzien van een apostille van de
Foreign Affairs Office of Guandong Province, met zegel, gedateerd 17 november 2023. De bundel en de stukken daarin zijn voorzien van een doordrukwaarmerk met Chinese tekens. Het hof heeft vastgesteld dat dit waarmerk en de apostille origineel zijn. Uit de vertaalde verklaring van de notaris volgt dat stuk (i) een gewaarmerkte kopie van het origineel is en dat het originele stuk authentiek is. Het hof heeft daarmee vastgesteld dat Vipshop een behoorlijk gewaarmerkt afschrift van het arbitraal vonnis heeft overgelegd.
Arbitrageovereenkomst
5.4
Vipshop heeft niet een origineel van de arbitrageovereenkomst of een behoorlijk gewaarmerkt afschrift daarvan overgelegd. Bij het vereiste van artikel IV, eerste lid, aanhef en onder (b) van het Verdrag van New York gaat het erom dat het bestaan en de inhoud van de arbitrageovereenkomst kunnen worden vastgesteld door de rechter aan wie erkenning en verlof tot tenuitvoerlegging van een buitenlands arbitraal vonnis wordt gevraagd. Dat is hier, ondanks het ontbreken van een gelegaliseerd origineel of behoorlijk gewaarmerkt afschrift van de arbitrageovereenkomsten, het geval. Vast staat dat de koopovereenkomsten en aanvullende overeenkomst, waarin de arbitrageovereenkomsten zijn opgenomen, op afstand zijn gesloten via digitale weg (WeChat). De (arbitrage)overeenkomsten zijn daarom niet voorzien van de ‘natte’ handtekeningen van partijen. De door Vipshop bij het verzoekschrift van 22 december 2023 overgelegde arbitrageovereenkomsten (producties 6-9) moeten dan ook als authentieke afschriften worden beschouwd.
5.5
Er bestaat ook geen aanleiding om aan het bestaan of de inhoud van de arbitrageovereenkomsten te twijfelen. [verweerders] voeren in deze procedure niet aan dat de inhoud van de arbitrageovereenkomsten zoals deze door Vipshop zijn overgelegd, niet is wat met Vipshop is overeengekomen. In de diverse procedures die er in China zijn gevoerd (de arbitrageprocedure, de procedure voor de Shenzen Court en de vernietigingsprocedure) zijn [verweerders] bij Chinese advocaat verschenen en is steeds enkel de geldigheid van en de gebondenheid aan de arbitrageovereenkomsten door [verweerders] aan de orde gesteld (maar vergeefs).
5.6
Uit het voorgaande volgt dat, ondanks het ontbreken van een gelegaliseerd origineel of behoorlijk gewaarmerkt afschrift van de arbitrageovereenkomsten, op het verzoek kan worden beslist.
Weigeringsgrond
5.7
In artikel V lid 1 van het Verdrag is geregeld op welke gronden erkenning en tenuitvoerlegging geweigerd zullen worden. Van zo’n grond is niet gebleken.
5.8
[verweerders] hebben ter gelegenheid van het verhoor op 9 oktober 2025 nog naar voren gebracht dat de arbitrageovereenkomsten niet geldig zijn en dat [verweerders] er niet aan zijn gebonden. Desgevraagd heeft mr. Li zich op dit punt echter gerefereerd aan het oordeel van het hof. Of [verweerders] aan de arbitrageovereenkomsten zijn gebonden, ligt (daarmee) in deze procedure niet ter beoordeling voor. De Chinese rechter heeft in de vernietigingsprocedure bovendien geoordeeld dat [verweerders] aan de arbitrageovereenkomsten zijn gebonden, en [verweerders] hebben geen steekhoudende argumenten naar voren gebracht die dit anders zouden kunnen maken.
Vertaling
5.9
Vipshop heeft aldus voldaan aan de vereisten voor erkenning en tenuitvoerlegging van het arbitraal vonnis. Aan het uit artikel IV lid 2 van het Verdrag voortvloeiende vereiste van een vertaling van het arbitraal vonnis en de arbitrale overeenkomst uit het Engels in de Nederlandse taal, gewaarmerkt door een officiële of beëdigde vertaler of door een diplomatiek of consulair ambtenaar is weliswaar niet voldaan, maar daaraan heeft het hof geen behoefte, omdat het de Engelse taal voldoende machtig is om van de inhoud van deze stukken te kunnen kennisnemen.
5.1
Het hof passeert het betoog van [verweerders] dat Vipshop in het kader van de goede procesorde [verweerders] een Nederlandse vertaling van het arbitraal vonnis en de arbitrageovereenkomsten moet verschaffen. De beoordeling van het verzoek wordt met het aan [verweerders] verschaffen van Nederlandse vertalingen immers niet anders.
Slotsom en proceskosten
5.11
De slotsom is dat het verzoek tot erkenning en tenuitvoerlegging toewijsbaar is. Deze uitkomst rechtvaardigt dat [verweerders] worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. Omdat het eerste verhoor is aangehouden op verzoek van Vipshop en de betekening op 8 oktober 2025 is ingegeven door een omissie in het verzoekschrift, ziet het hof aanleiding enkel de kosten van de exploten van 18 en 19 juni 2025 (€ 288,94) door te belasten als verschotten. De proceskosten komen daarmee vooralsnog uit op € 3.499,94, bestaande uit € 783,- aan griffierecht, € 2.428,- aan salaris advocaat (2 punten × tarief II) en € 288,94 aan verschotten.
5.12
Het hof gaat ervan uit dat het verzoek van Vipshop zich ook uitstrekt tot de kosten van de gelegde conservatoir beslagen. Nu dit geding als hoofdzaak als bedoeld in artikel 706 Rv heeft te gelden, behoren ook die kosten tot de verschotten. Omdat verlof is verleend (productie 10), zijn het griffierecht (€ 667,-) en advocaatkosten ten bedrage van € 543,- (1 punt à € 543,- (tarief II in eerste aanleg)) toewijsbaar. Dat verdere beslagkosten zijn gemaakt, is niet gesteld of gebleken.
5.13
De in 5.3 bedoelde bundel met stukken wordt na het geven van deze beschikking via aangetekende post bij het kantoor van mr. Keizers bezorgd.

6.Beslissing

Het hof:
  • verstaat dat het op 21 september 2023 te Shenzhen, Volksrepubliek China, tussen partijen gewezen arbitraal vonnis (met kenmerk SGZ20210168) in Nederland wordt erkend;
  • verleent Vipshop verlof tot tenuitvoerlegging van het op 21 september 2023 te Shenzhen, Volksrepubliek China, tussen partijen gewezen arbitraal vonnis (met kenmerk SGZ20210168) in Nederland;
  • veroordeelt [verweerders] in de kosten van deze procedure, aan de zijde van Vipshop begroot op € 4.709,94, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als [verweerders] deze niet binnen veertien dagen na heden hebben betaald;
  • verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mrs. J.W. Frieling, M.C.M. van Dijk en A.J. Swelheim en in het openbaar uitgesproken op 25 november 2025 in aanwezigheid van de griffier.