Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 29 september 2023 waarmee [de bewindvoerder] in hoger beroep is gekomen van het tussen Havensteder en [de huurder] gewezen vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 22 september 2023;
- het arrest van dit hof van 5 maart 2024, waarin een mondelinge behandeling is gelast;
- de memorie van grieven van [de bewindvoerder];
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 18 april 2024;
- de memorie van antwoord van Havensteder.
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank
primair:- voor recht verklaart dat de huurovereenkomst buitengerechtelijk is ontbonden;
subsidiair:- de huurovereenkomst ontbindt;
primair en subsidiair:- [de bewindvoerder] in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [de huurder] veroordeelt om:
* de woning te ontruimen en te verlaten;
* € 2.500,- te betalen aan Havensteder, met rente;
met verklaring van uitvoerbaarheid bij voorraad en veroordeling in de proceskosten.
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Mocht Havensteder de huurovereenkomst buitengerechtelijk ontbinden?
- het zonder toestemming onderverhuren, althans ter beschikking stellen van de woning aan een derde (artikel 8.7 AV);
- het daarin prostitutie (laten) bedrijven (artikel 8.8 AV);
- het anders gebruiken van de woning dan als overeengekomen, namelijk voor commerciële doeleinden in plaats van als woonruimte (artikel 7:214 BW);
- het in strijd met goed huurderschap onderverhuren van een woning in een zorgcomplex voor 55-plussers aan een derde die deze illegaal als seksinrichting kon gebruiken (artikel 7:213 BW); en
- het niet tijdig betalen van de huurpenningen (artikel 7:212 BW).
Havensteder heeft ter onderbouwing van de eerste vier tekortkomingen camerabeelden overgelegd waarin een vrouw zichtbaar is die op 26 en 27 oktober 2022 mannen van en naar de woning begeleidt, alsmede een door de huismeester van het zorgcomplex opgesteld overzicht van mannelijk bezoek op 1, 2 en 26 tot en met 31 oktober en 1 november 2022. Zij heeft daarnaast het besluit van 16 november 2022 overgelegd alsmede het daaraan ten grondslag liggende rapport van bevindingen van de betrokken gemeenteambtenaren naar aanleiding van de controle van 2 november 2022. Daaruit volgt dat de vrouw die de gemeenteambtenaren tijdens die controle in de woning hebben aangetroffen aan hen heeft verklaard dat zij in de woning actief was als sekswerker, dat zij € 1.000,- per week betaalde om daar te kunnen verblijven, dat zij daar inmiddels een week was verbleven en € 2.000,- had betaald, en dat een door de ambtenaren aangetroffen bedrag van € 3.000,- aan contanten voor het overgrote deel afkomstig was uit haar activiteiten als sekswerker.
ad hocwerd opgevangen door particulieren, onder andere in door hen gehuurde woningen. [de huurder] wist niets over prostitutie, was niet bekend met de
sitewaarop de vrouw haar diensten aanbood, heeft nooit geld van haar ontvangen en kon vanuit Duitsland geen toezicht uitoefenen op het gebruik van de woning.
.
7.Beslissing
- veroordeelt [de bewindvoerder] in de kosten van de procedure in hoger beroep, aan de zijde van Havensteder begroot op € 3.389,-, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als [de bewindvoerder] deze niet binnen veertien dagen na vandaag heeft betaald;
- bepaalt dat als [de bewindvoerder] niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de uitspraak heeft voldaan en Havensteder haar vervolgens dit arrest betekent, [de bewindvoerder] haar de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 92,-, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als [de bewindvoerder] deze niet binnen veertien dagen na betekening heeft betaald;
- verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.