ECLI:NL:GHDHA:2025:1729

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
2 september 2025
Publicatiedatum
28 augustus 2025
Zaaknummer
200.341.634/01
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van indirect bestuurders voor schulden van vennootschap jegens handelscrediteur

In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van (indirect) bestuurders van de vennootschap FAG jegens Benelux Overseas, een handelscrediteur. De rechtbank had eerder de vordering van Benelux Overseas jegens FAG toegewezen, maar de vordering tegen de (indirect) bestuurders afgewezen. Benelux Overseas stelde dat de bestuurders opzettelijk hadden gefrustreerd dat de vennootschap haar verplichtingen niet nakwam, door bijvoorbeeld geen informatie te geven over de verkoopopbrengst van sinaasappels en door de vennootschap leeg te halen voor de overdracht aan een nieuwe bestuurder. Het hof oordeelde echter dat er geen bewijs was voor deze beschuldigingen en dat de bestuurders niet persoonlijk aansprakelijk konden worden gesteld. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en veroordeelde Benelux Overseas in de proceskosten van het hoger beroep.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Civiel recht
Team Handel
Zaaknummer hof : 200.341.634/01
Zaak- en rolnummer rechtbank : C/10/658219 HA ZA 23-468
Arrest van 2 september 2025
in de zaak van
Benelux Overseas B.V.,
gevestigd in Amsterdam,
appellante,
advocaat: mr. H.F.C. Hoogendoorn, kantoorhoudend in De Bilt,
tegen

1.Agricola Valencia Europe B.V.(voorheen: [naam] Beheer B.V.),

gevestigd in Vlaardingen,
geïntimeerde,
niet verschenen,
2.
[geïntimeerde 2],
wonend in [woonplaats],
geïntimeerde,
advocaat: mr. E.P.J. Verweij, kantoorhoudend in Rotterdam.
Het hof noemt partijen hierna Benelux Overseas en [geïntimeerden]
Geïntimeerden worden afzonderlijk [beheer] en [geïntimeerde ] genoemd.

1.De zaak in het kort

1.1
Het geschil gaat in hoger beroep om de vraag of de (indirect) bestuurders van een vennootschap aansprakelijk zijn jegens een schuldeiser van de vennootschap in verband met het onbetaald laten van een geleverde partij sinaasappels. Egypt Overseas Co. heeft een partij sinaasappels verkocht en vanuit Egypte verscheept aan de Nederlandse vennootschap Fruit Advisor Group (FAG). FAG heeft de partij doorverkocht, maar Egypt Overseas Co. grotendeels onbetaald gelaten. Benelux Overseas, aan wie Egypt Overseas Co. haar vordering heeft gecedeerd, heeft daarop vorderingen ingesteld jegens FAG uit hoofde van de tussen partijen gesloten overeenkomst en jegens [beheer] en [geïntimeerde ] in privé als (indirect) bestuurder van FAG op grond van bestuurdersaansprakelijkheid.
1.2
De rechtbank heeft de vordering van Benelux Overseas jegens FAG uit hoofde van de overeenkomst toegewezen. De vordering jegens de (indirect) bestuurders op grond van onrechtmatige daad is afgewezen. Het hiertegen door Benelux Overseas ingestelde hoger beroep slaagt niet.

2.Procesverloop in hoger beroep

2.1
Het verloop van de procedure in hoger beroep blijkt uit de volgende stukken:
  • de dagvaarding van 16 april 2024, waarmee Benelux Overseas in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 17 januari 2024;
  • de memorie van grieven van Benelux Overseas, met producties;
  • de memorie van antwoord van [geïntimeerde ], met producties.

3.Feitelijke achtergrond

3.1
De rechtbank is in het bestreden vonnis onder 2.1 tot en met 2.12 van een aantal feiten uitgegaan. Met grief 1 voert Benelux Overseas aan dat deze feiten geen volledig beeld geven van de situatie zoals die is ontstaan als gevolg van het handelen door [geïntimeerden] De feiten zijn volgens Benelux Overseas te summier vastgesteld. Aangezien de door de rechtbank vastgestelde feiten verder niet in geschil zijn, zal ook het hof deze feiten tot uitgangspunt nemen, aangevuld met feiten die door Benelux Overseas zijn gesteld voor zover deze relevant zijn en door [geïntimeerden] niet zijn betwist. Op de overige door Benelux Overseas gestelde feiten zal voor zover relevant in de beoordeling nader worden ingegaan. Het gaat in deze zaak om het volgende.
3.2
In februari 2022 heeft de Egyptische vennootschap Egypt Overseas Co. (hierna: Egypt Overseas) zestien containers met elk 1.664 dozen sinaasappels laten verschepen van Egypte naar Rotterdam. Op de vervoersdocumenten is Fruit Advisor Group vermeld als
consigneeen als
notify party.
3.3
Fruit Advisor Group is de handelsnaam van Hub Consultancy Europe B.V. (in dit arrest aangeduid als FAG). FAG is opgericht op 24 november 2020. Op het moment van de oprichting was [beheer] de statutair bestuurder en enige aandeelhouder van FAG. [geïntimeerde ] is de statutair bestuurder en enige aandeelhouder van [beheer].
3.4
In een e-mail van 22 maart 2022 heeft [betrokkene 1] (hierna: [betrokkene 1]) namens FAG het volgende geschreven aan [betrokkene 2] (hierna: [betrokkene 2]) van Egypt Overseas:

(...) Hereby 1 send you the complete set of all orange containers. We did a payment of € 25.632,16, that is the total amount of advance payments minus all the costs. After this we wait for the final account sale and then make the final calculation. (...)
3.5
In een e-mail van [betrokkene 1] aan [betrokkene 2] van 8 april 2022 staat onder meer het volgende:

(...) We have received the oranges on consignment, which means that we have to arrange the THC and everything regarding customs clearance and storage and further sell the product at a price that is in line with the market. This is what we did, but the market went down hard. We sold the oranges all on the basis of a down payment after approval by the customer. In most cases, the deposit was € 3 per box. We have now settled all containers on the basis of this down payment with deduction of all costs incurred by us. [betrokkene 2] has all 16 settlements in his possession and no significant comments have been made about it. In addition to the down payment, we give our customers a target price, which we want to receive for the Oranges. This price is based on the then prevailing market price and the expectation of what the prices will do. This is normal in the business. This is not a fixed price, which has also been explained to [betrokkene 2] several times. After a period of 3 weeks we expect our customers to return a result which we use to make the final statement. This final settlement is indeed taking too long and we are chasing our customers to deliver this quickly. In addition to the price, we also have the piece of VAT that we initially deducted from the first settlement, but which of course will be paid to you after receipt from the tax authorities. We do quarterly declaration, so we will receive the payment back sometime at the end of May. (...)
3.6
In reactie op een brief van de advocaat van Egypt Overseas heeft [betrokkene 1] in een email van 5 mei 2022 onder meer het volgende geschreven:

(...) * Alle sinaasappels zijn verkocht/16 containers. (...)* Er heeft veelvuldig overleg plaatsgevonden aangaande allerhande zaken (prijs/betalingscondities/BL/phyto/verpakking/labels/MRL rapportage) (...)* Er is geen overeenkomst tussen FAG (fruit advisor group) en Egypt overseas. Deze is nooit tot stand gekomen, aangezien wij een andere visie hebben op hoe de markt werkt. Wij hebben aangegeven te willen werken op basis van commissie en dhr [betrokkene 2] wilde met ons een overeenkomst op basis van winstdeling. Ik heb hem meerdere malen uitgelegd dat wij dit niet kunnen accepteren, aangezien er op basis van zijn inkoop gerelateerd aan de marktprijs, praktisch nooit winst wordt behaald. Wij waren op mijn initiatief dan ook in onderhandeling over een nieuwe manier van werken, aangezien het uien-seizoen voor de deur staat. Onze intentie was om te werken aan een langdurige samenwerking op basis van gelijkwaardigheid. Uitgangspunt was dat wij de nederlandse operatie gingen verzorgen en dhr [betrokkene 2] alles van Egypte tot in de haven van Rotterdam. Voor deze activiteiten zouden wij een vaste vergoeding ontvangen per container. (...)
3.7
Bij de e-mail van [betrokkene 1] van 5 mei 2022 is als bijlage het pdf-document “afrekening 16 containers” gevoegd (hierna: de Excel-sheet). Op deze Excel-sheet zijn per container onder meer de gemaakte kosten, de aanbetaling en de verkoopprijs vermeld. Ook is per container een “commissie FAG 8%” vermeld. Onderaan is per container een nader aan Egypt Overseas te betalen bedrag opgenomen.
3.8
In een brief van 19 mei 2022 heeft de advocaat van Egypt Overseas onder meer het volgende geschreven aan FAG:
“(...) Op 5 mei 2022 ontving ik een e-mail van de heer [betrokkene 1]. (...) Als bijlage bij die email bevond zich een PDF-document met als titel "nabetaling per container". Op deze bijlage staan in onderste rij met als naam "Na betaling per container" zestien bedragen genoemd, waarvan er drie rood zijn gearceerd.
Op vrijdag 13 mei 2022 heb ik telefonisch overleg gehad met de heer [betrokkene 1] naar aanleiding van deze e-mail en bijlage en hij heeft mij telefonisch bevestigd dat Excel Sheet erkenning van betaling indiceert. Dat staat dus vast. [betrokkene 1] zou mij alleen nog laten weten wanneer er betaald zal gaan worden. Hiermee is ook de verschuldigdheid erkend. De drie rood gearceerde zijn overigens ook al eerder betaald. Ook daaruit volgt erkenning van verschuldigdheid. (...)
3.9
[betrokkene 1] heeft in een e-mail van 23 mei 2022 als volgt gereageerd op de brief van de advocaat van Egypt Overseas van 19 mei 2022:
“(...) Zoals inderdaad reeds eerder aangegeven is er geen reden om de openstaande bedragen richting Egypt Overseas (...) te betwisten. Wij zijn echter nog in afwachting van een aantal betalingen, waaronder de betaling vanuit de Fiscus. (...)
3.1
Op 27 mei 2022 heeft FAG nog een bedrag van € 4.193,28 betaald aan Egypt Overseas, welk bedrag overeenkomt met het op de Excel-sheet genoemde, na te betalen bedrag ter zake één van de containers.
3.11
Op 9 juni 2022 is [beheer] uitgeschreven als statutair bestuurder van FAG. Op diezelfde datum is [betrokkene 3]hierna: [betrokkene 3]) benoemd tot statutair bestuurder en zijn de aandelen in het kapitaal van FAG door [beheer] voor € 1,- overgedragen aan [betrokkene 3].
3.12
Op 15 augustus 2022 heeft (de advocaat van) Egypt Overseas [geïntimeerde ] persoonlijk aansprakelijk gesteld voor de door haar gestelde schade. In reactie daarop heeft [geïntimeerde ] in een e-mail van 16 augustus 2022 onder meer het volgende geschreven:

(...) U pretendeert dat er zogenaamde "katvanger" constructie is opgezet, het is voor mij een compleet raadsel waar dit vandaan komt en ik lees geen onderbouwde reden hiervoor. Laat duidelijk zijn dat de nieuwe eigenaar van Fruit Advisor Group BV geen nieuwkomer is. [betrokkene 3] heeft al geruime tijd binnen Fruit Advisors Group gewerkt en mede daarom bekend van alle ins en outs binnen het bedrijf. In deze kwestie heeft [betrokkene 3] herhaaldelijk en veelvuldig zelf contact gehad met uw cliënt aangaande de handel welke tussen deze twee partijen heeft plaatsgevonden.
Dit blijkt alleen al uit de tientallen mails die tussen hun beide zijn gestuurd en de honderden app berichten welke hebben plaatsgevonden. Te meer verbaasd het mij dan dat u aangeeft in uw schrijven dat er geen contact mogelijk is of was. Uw cliënt heeft alle contact gegevens van de heer [betrokkene 3]. (...)"
3.13
In een e-mail van 23 augustus 2022 heeft [betrokkene 3] het volgende geschreven aan de advocaat van Egypt Overseas:

(...) We meet up with [geïntimeerde 2] [opmerking hof: [geïntimeerde ]
] this morning, he will help to get this information straight shortly together with [betrokkene 1] [opmerking hof: [betrokkene 1]
].
As [betrokkene 2] [opmerking hof: [betrokkene 2]
] can explain to you the agreement where made mostly by him with [betrokkene 1], they will be working on it form today on. (...)
3.14
Op 26 augustus 2022 heeft [betrokkene 3] het volgende gemaild naar de advocaat van Egypt Overseas:
“(...) Ik ben reeds een aantal jaar werkzaam binnen Fruit Advisors Groep (Hub consultancy) en altijd onderdeel van het management geweest. Per 09-06-2022 heb ik het bedrijf overgenomen, ik heb notarieel verklaard dat ik de verantwoording neem voor alle gedane zaken en uiteraard ook voor alle toekomstige deals binnen de onderneming.
Afgelopen week heb ik samen met de oud eigenaar X [beheer] BV gezeten om samen te kijken of er een korte conclusie kan worden getrokken betreffende gedane zaken met meneer [betrokkene 2]. Er zijn daadwerkelijk honderden emails en berichten ontvangen van de man (...) maar we komen er niet uit.
Een voormalig werknemer van Fruit Advisors Groep ([betrokkene 1]) heeft veelal alle communicatie gedaan met uw cliënt en heeft zo ook de nodige documentatie. Wij missen veel essentiele documenten in deze kwestie, er word nu uitgegaan van een excel sheet welke mogelijk is verstuurd. Waar wij naar op zoek zijn is het volgende,
1. Getekende overeenkomst tussen partijen waarin duidelijk word vermeld op welke condities er zaken word gedaan, zowel ik als de oud eigenaar kunnen niet terug halen dat er een getekende overeenkomst is. Daarnaast zou deze moeten getekend zijn door de oud eigenaar als de overeenkomst voor 9 juni dit jaar is gemaakt, of door mijzelf als deze na 9 juni is opgesteld.2. Facturen, wij vinden in onze boekhouding geen enkele factuur welke is verzonden door uw cliënt, wel hebben wij aanbetalingen gedaan op basis van container nummers maar echter nooit facturen mogen ontvangen.3. Nu er een overeenkomst mist zijn wij opzoek gegaan in alle whatsapp berichten en emails welke wij hebben ontvangen van uw cliënt, echter maakt dit de zaak nog troebeler, er is werkelijk waar van alles geopperd en geschreven door uw cliënt, dit zoals een winstdeling, 50% marge ,30% marge ect. Kortom er is geen touw aan vast te knopen.
Laat duidelijk zijn dat ook ik wil werken naar een oplossing, ik stel dan ook voor om samen met uw cliënt op korte termijn aan tafel te gaan. Dit om op deze manier alsnog een overeenkomst te kneden en zo ook naar een afwikkeling te werken. Het spijt mij dat het zo gelopen is en de wens om er samen professioneel uit te komen. (...)

4.Procedure bij de rechtbank

4.1
Benelux Overseas heeft FAG en [geïntimeerden] gedagvaard en gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, FAG en [geïntimeerden] hoofdelijk te veroordelen tot betaling van € 100.000,- en in de proceskosten.
4.2
De rechtbank heeft de vordering van Benelux Overseas jegens FAG toegewezen. FAG is veroordeeld om aan Benelux Overseas een bedrag van € 100.000,- te betalen en is veroordeeld in de proceskosten. De vordering jegens [geïntimeerden] is afgewezen. Benelux Overseas is in de proceskosten van [geïntimeerden] veroordeeld. De veroordelingen zijn uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5.Vordering in hoger beroep

5.1
Benelux Overseas vordert dat het hof het vonnis, voor zover het de afwijzing van de vorderingen tegen [geïntimeerden] betreft, vernietigt en opnieuw rechtdoende bij arrest, uitvoerbaar bij voorraad, de vorderingen van Benelux Overseas alsnog geheel toewijst, met veroordeling van [geïntimeerden] in de kosten van de procedure in beide instanties, en [geïntimeerden] veroordeelt tot (terug)betaling van al hetgeen Benelux Overseas op grond van het vonnis aan [geïntimeerden] heeft voldaan.
5.2
[geïntimeerde ] heeft het hof verzocht het hoger beroep af te wijzen en het vonnis te bekrachtigen, met veroordeling van Benelux Overseas in de kosten van het hoger beroep.

6.Beoordeling in hoger beroep

6.1
Het hoger beroep gaat in de kern om de vraag of [beheer] en [geïntimeerde ] in privé als (indirect) bestuurder van FAG aansprakelijk zijn jegens Benelux Overseas voor de openstaande vordering ter zake de verkoopopbrengst van de aan FAG geleverde partij sinaasappels.
6.2
De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen grond is voor persoonlijke aansprakelijkheid van [geïntimeerden] voor de schuld van FAG aan Benelux Overseas. Hiertegen komt Benelux Overseas op met haar grieven 2 tot en met 5. Het hof zal deze grieven gezamenlijk behandelen.
6.3
Volgens Benelux Overseas zijn [beheer] en [geïntimeerde ] in privé wel degelijk aansprakelijk uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid omdat van meet af aan sprake is geweest van (doelbewuste) frustratie van zowel betaling als verhaal. Dit is, zo stelt Benelux Overseas, terug te voeren op de volgende handelingen:
(i) Het in eerste instantie niet willen geven van informatie over de verkoopopbrengst;
(ii) Het niet informeren van de nieuwe bestuurder van FAG over het lopende geschil met Egypt Overseas;
(iii) Het leeghalen van de vennootschap met als gevolg dat er ten tijde van de bedrijfsoverdracht op 9 juni 2022 niets meer was.
Deze handelingen, dan wel het nalaten om te handelen, hebben ervoor gezorgd dat de netto verkoopopbrengst nooit is voldaan aan Egypt Overseas, wat erop wijst dat [geïntimeerden] als bestuurder van FAG er alles aan hebben gedaan om ervoor te zorgen dat er geen betaling zou plaatsvinden aan Egypt Overseas. Het niet uitbetalen van de verkoopopbrengst door FAG is daarmee het gevolg van de frustratie van betaling door [geïntimeerden], waarvoor [geïntimeerden] persoonlijk aansprakelijk zijn, aldus Benelux Overseas.
6.4
Het hof oordeelt hierover als volgt. Zoals de rechtbank terecht tot uitgangspunt heeft genomen en tussen partijen ook niet in geschil is, kan naast de vennootschap ook diens bestuurder aansprakelijk zijn jegens een schuldeiser van die vennootschap voor het onbetaald en onverhaalbaar blijven van diens vordering indien de bestuurder van deze benadeling persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een persoonlijk ernstig verwijt is – voor zover hier van belang – in beginsel sprake indien de bestuurder wist of redelijkerwijs moest begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade. Dit wordt kortweg aangeduid als frustratie van betaling en verhaal.
6.5
Het hof is van oordeel dat de voornoemde verwijten die Benelux Overseas [geïntimeerden] maakt, niet de conclusie rechtvaardigen dat sprake is van frustratie van betaling en verhaal door [geïntimeerden] Op basis daarvan kan immers niet geoordeeld worden dat [geïntimeerden] persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt van het onbetaald blijven en onverhaalbaar zijn van de vordering van Benelux Overseas jegens FAG. Ter toelichting dient het volgende.
Ad i): Openheid van zaken over verkoopopbrengst
6.6
Het hof deelt het oordeel van de rechtbank dat het enkele feit dat FAG niet aan haar verplichting heeft voldaan om de netto verkoopopbrengst van de sinaasappels aan Egypt Overseas te betalen nog niet meebrengt dat [geïntimeerden] als (indirect) bestuurders van FAG persoonlijk aansprakelijk zijn voor de onbetaald gebleven vordering jegens Benelux Overseas. Daarvoor is, zoals hiervoor overwogen, nodig dat [geïntimeerden] van die benadeling persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt.
6.7
Benelux Overseas stelt in dat kader dat FAG in eerste instantie doelbewust geen informatie heeft willen geven over de verkoopopbrengst van de sinaasappels. Dat [geïntimeerden] dat zouden hebben bewerkstelligd of toegelaten is door Benelux Overseas ook in hoger beroep niet voldoende onderbouwd en ook overigens niet gebleken. Zoals toegelicht door [geïntimeerden] en ook blijkt uit de door Benelux Overseas overgelegde correspondentie, werd het contact met Egypt Overseas over de onderhavige levering van sinaasappels onderhouden met andere medewerkers van FAG, te weten [betrokkene 1] en [betrokkene 3]. Niet in geschil is dat [betrokkene 1] bij e-mail van 5 mei 2022 met de aangehechte Excel-sheet aan Egypt Overseas desgevraagd gespecificeerde informatie heeft verstrekt over de verkoopopbrengst en de kosten per container van de in maart 2022 aan FAG geleverde sinaasappels. [geïntimeerden] hebben verder toegelicht, onder overlegging van een aantal facturen, dat ongeveer twee containers sinaasappels zijn verkocht aan de vennootschap Together In Fresh B.V. en dat FAG de overige sinaasappels heeft verkocht en geleverd aan partijen DSI en SFI en aan diverse partijen in Frankrijk en een Spaanse partij (rov. 4.17.2 en 4.17.3 van het vonnis). Dit is door Benelux Overseas in hoger beroep niet weersproken. De stelling dat [geïntimeerden] geen openheid van zaken hebben gegeven over wat er nu precies met de sinaasappels is gebeurd, vindt dan ook geen steun in de feiten, laat staan dat dit de conclusie rechtvaardigt dat sprake is van betalingsonwil door [geïntimeerden] Net als de rechtbank volgt het hof Benelux Overseas evenmin in haar stelling dat het op de weg van [geïntimeerden] als voormalig (indirect) bestuurder/aandeelhouder ligt om verdere informatie hierover uit de administratie van FAG boven tafel te krijgen. Benelux Overseas onderbouwt ook niet op grond van welke rechtsplicht een voormalig bestuurder over de betreffende informatie zou moeten beschikken en/of deze zou moeten verstrekken aan een handelscrediteur van de vennootschap.
Ad ii): Bedrijfsoverdracht en het niet informeren van koper
6.8
Benelux Overseas stelt dat het overdragen van de aandelen aan [betrokkene 3] voor een symbolisch bedrag en het niet informeren van [betrokkene 3] over het toen al lopende geschil met Egypt Overseas ervoor hebben gezorgd dat betaling aan Egypt Overseas kort na de bedrijfsoverdracht aan [betrokkene 3] alsnog is gefrustreerd. Voor [geïntimeerden] was immers duidelijk dat de vennootschap niet zou worden voortgezet. [betrokkene 3] had hiertoe namelijk geen enkele mogelijkheid, omdat juist [geïntimeerden] de vennootschap leeg hebben achtergelaten en voor een symbolische waarde van € 1,- aan [betrokkene 3] hebben verkocht. [geïntimeerden] hebben de belangen van Egypt Overseas als schuldeiser dan ook onvoldoende aangetrokken en daarmee onrechtmatig gehandeld, aldus Benelux Overseas.
6.9
Het hof volgt Benelux Overseas hierin niet. Zoals de rechtbank terecht heeft overwogen en door Benelux Overseas ook niet is bestreden, dient het overdragen van de aandelen (en de bestuurderstaak) door [geïntimeerden] aan [betrokkene 3] beoordeeld te worden aan de gewone regels van onrechtmatige daad in de zin van artikel 6:162 BW omdat het geen bestuurshandeling betreft maar een aandeelhoudersbeslissing. Ook is terecht niet bestreden het oordeel van de rechtbank dat om aansprakelijkheid van [geïntimeerden] te kunnen aannemen, het nodig is dat op het moment van de overdracht voor [geïntimeerden] voorzienbaar was dat Egypt Overseas als schuldeiser zou worden benadeeld. Feiten of omstandigheden die die conclusie kunnen dragen, zijn door Benelux Overseas ook in hoger beroep echter niet voldoende onderbouwd gesteld of gebleken. Dit wordt als volgt toegelicht.
6.1
Niet betwist is dat [betrokkene 3] ruime ervaring heeft in de groente- en fruithandel, al sinds de oprichting betrokken was bij FAG, in de functie van
operations managerverantwoordelijk was voor de in- en verkoop van producten en met de andere leden van het managementteam om de twee weken een overleg had om het reilen en zeilen van FAG te bespreken. Evenmin heeft Benelux Overseas weersproken dat [geïntimeerde ], zoals hij ter zitting bij de rechtbank heeft verklaard, begin 2022 een functie als adviseur bij de overheid kreeg aangeboden en die functie heeft aanvaard gezien zijn al langer bestaande wens om te stoppen met de handel in groente en fruit en dat [betrokkene 3], die al werkzaam was binnen FAG, de onderneming wilde overnemen en voortzetten (rov. 4.28 van het vonnis). Tegen deze achtergrond kan, zonder nadere onderbouwing van Benelux Overseas, niet worden aangenomen dat [geïntimeerden] onzorgvuldig hebben gehandeld door de aandelen in FAG tegen een symbolisch bedrag aan [betrokkene 3] over te dragen.
6.11
Dat de discussie met Egypt Overseas speelde op het moment dat de aandelen in FAG en de bestuurstaak werden overgedragen aan [betrokkene 3], maakt dit niet anders. Niet betwist is dat [betrokkene 3] toegang had tot de administratie en andere (financiële) gegevens van FAG. Evenmin heeft Benelux Overseas weersproken dat [betrokkene 3] in zijn hoedanigheid van leidinggevende binnen FAG op de hoogte was van alles wat er binnen de onderneming gebeurde en dat [betrokkene 3] en [betrokkene 1] de enige aanspreekpunten voor Egypt Overseas bij FAG waren en dat zij intensief contact hadden met [betrokkene 2] omdat er regelmatig problemen waren met de kwaliteit van de geleverde producten. Gelet hierop kan dan ook niet worden aangenomen dat [betrokkene 3] niet op de hoogte was van het geschil met Egypt Overseas. Anders dan Benelux Overseas betoogt, bestond er in de gegeven omstandigheden ook geen noodzaak voor [geïntimeerden] om [betrokkene 3] (nader) te informeren over de discussie die speelde met Egypt Overseas. Zelfs indien [geïntimeerden] hebben nagelaten om [betrokkene 3] vóór de bedrijfsoverdracht te informeren over het toen al lopende geschil met Egypt Overseas (hetgeen zij betwisten), dan maakt dit nog niet dat [geïntimeerden] daarmee onrechtmatig hebben gehandeld jegens Egypt Overseas. Een eventuele mededelingsplicht van een verkoper jegens een koper in een aandelentransactie strekt immers niet ter bescherming van de belangen van handelscrediteuren van de vennootschap. Deze dient ter bescherming van de belangen van de koper, in dit geval [betrokkene 3], die zich, zoals hiervoor overwogen, in zijn hoedanigheid van leidinggevende binnen FAG volledig bewust was van de situatie in FAG.
6.12
Evenmin kan worden geoordeeld dat [geïntimeerden] als (gewezen) bestuurder van FAG jegens Egypt Overseas de plicht hadden om te waarborgen dat vennootschapscrediteuren na hun aftreden als bestuurder alsnog werden voldaan. Een grondslag voor een dergelijke verplichting van een gewezen bestuurder is door Benelux Overseas ook niet onderbouwd gesteld.
Ad iii): Leeghalen van FAG
6.13
Tot slot verwijt Benelux Overseas [geïntimeerden] dat zij FAG zouden hebben leeggehaald met als gevolg dat er ten tijde van de bedrijfsoverdracht in juni 2022 niets meer was. Deze stelling is op geen enkele wijze feitelijk onderbouwd en kan dan ook geen grond voor persoonlijke aansprakelijkheid van [geïntimeerden] opleveren.
6.14
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering van Benelux Overseas tegen [geïntimeerden] uit hoofde van onrechtmatige daad en/of bestuurdersaansprakelijkheid niet toewijsbaar is en het vonnis in stand dient te blijven. Dit brengt mee dat de vordering tot (terug)betaling van al hetgeen Benelux Overseas op grond van het vonnis aan [geïntimeerden] heeft voldaan, eveneens moet worden afgewezen.
6.15
Het hof gaat verder voorbij aan het door Benelux Overseas gedane bewijsaanbod, omdat de door haar ten bewijze aangeboden stellingen, indien bewezen, niet tot de conclusie zouden moeten leiden dat [geïntimeerden] aansprakelijk zijn voor de schuld van FAG aan Benelux Overseas.
Conclusie en proceskosten
6.16
De conclusie is dat het hoger beroep van Benelux Overseas niet slaagt. Daarom zal het hof het vonnis bekrachtigen. Het hof zal Benelux Overseas als de in het ongelijk gestelde partij veroordelen in de proceskosten van het hoger beroep.
6.17
Het hof begroot de proceskosten aan de zijde van [geïntimeerde ] op:
griffierecht € 2.175,-
salaris advocaat € 3.572,- (1 punt × tarief V)
nakosten € 178,-(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal € 5.925,-

7.Beslissing

Het hof:
  • bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 17 januari 2024;
  • veroordeelt Benelux Overseas in de kosten van de procedure in hoger beroep, aan de zijde van [geïntimeerde ] begroot op € 5.925,-;
  • bepaalt dat als Benelux Overseas niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de uitspraak heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, Benelux Overseas de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 92,-;
  • wijst af wat in hoger beroep meer of anders is gevorderd.
Dit arrest is gewezen door mrs. G.C. de Heer, R.G.C. Veneman en R.J. van Galen en in het openbaar uitgesproken op 2 september 2025 in aanwezigheid van de griffier.