ECLI:NL:GHDHA:2025:1014

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
28 mei 2025
Publicatiedatum
28 mei 2025
Zaaknummer
22-000366-24
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Woningoverval met geweld en bedreiging, afpersing en diefstal met geweld

Op 28 mei 2025 heeft het Gerechtshof Den Haag uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een woningoverval die plaatsvond op 2 november 2022 in Capelle aan den IJssel. De verdachte, geboren in 2003, werd beschuldigd van het binnendringen van de woning van de aangever, waarbij hij samen met drie anderen de aangever onder bedreiging dwong om zijn toegangscode van zijn mobiele telefoon en bankrekening af te geven. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 28 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Het hof oordeelde dat de verdachte betrokken was bij de woningoverval en dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking met zijn medeverdachten. De verdachte had eerder in het buitenland strafbare feiten gepleegd en de overval had een grote impact op het slachtoffer, die zich in een zeer bedreigende situatie bevond. Het hof weegt de ernst van de feiten zwaar mee in de strafmaat.

Uitspraak

Rolnummer: 22-000366-24
Parketnummers: 10-299862-22
Datum uitspraak: 28 mei 2025
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 24 januari 2024 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte]

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2003,
ten tijde van de behandeling ter terechtzitting in hoger beroep [verblijfplaats]
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte van het onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde vrijgesproken en ter zake van het onder 3 tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van één maand, met aftrek van voorarrest.
De officier van justitie heeft tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in hoger beroep - tenlastegelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 2 november 2022 te Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van de toegangscode van de mobiele telefoon van die [slachtoffer] en/of de toegangscode van de online bankierenapp (die op die mobiele telefoon stond) en/of de pincode van de bankrekening (van die [slachtoffer]), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer] en/of een derde toebehoorde(n) door
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en/of
- ( vervolgens) (direct) bij binnenkomst het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en/of tegen/aan het lichaam van die [slachtoffer] te duwen en/of te trekken en/of die [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen dat hij zijn mobiele telefoon en/of de toegangscode van die mobiele telefoon en/of de toegangscode van de online bankierenapp en/of de pincode van zijn bankrekening moet afstaan en/of
- die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Als je niet de codes geeft, slaan we je in elkaar", althans woorden van gelijke aard en/of strekking;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven anderen op of omstreeks 2 november 2022 te
Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot afgifte van de toegangscode van de mobiele telefoon van die [slachtoffer] en/of de toegangscode van de online bankierenapp (die op de mobiele telefoon stond) en/of de pincode van de bankrekening (van die [slachtoffer]) in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer] en/of een derde toebehoorde(n) door
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en/of
-(vervolgens) (direct) bij binnenkomst het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken
en/of tegen/aan het lichaam van die [slachtoffer] te duwen en/of te trekken en/of die [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen dat hij zijn mobiele telefoon en/of de toegangscode van die mobiele telefoon en/of de toeganscode van de online bankierenapp en/of de pincode van zijn bankrekening moet afstaan en/of
- die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Als je niet de
codes geeft, slaan we je in elkaar", althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 2 november 2022 te Capelle aan den IJssel en/of Rotterdam, althans in Nederland opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door
- het vervoeren van [medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven anderen naar de woning van die [slachtoffer] en/of
- in opdracht van [medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven anderen (meermalen) te gaan
pinnen met de (kort daarvoor) gestolen bankpas en de met geweld afgedwongen pincode van het slachtoffer
en/of
- [ [medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend
gebleven anderen thuis te brengen;
2.
hij op of omstreeks 2 november 2022 te Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een ID-kaart en/of een bankpas en/of een sleutelbos en/of mobiele telefoon, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer], in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en/of
- ( vervolgens) (direct) bij binnenkomst meermalen, althans eenmaal, het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en/of tegen/aan het lichaam van die [slachtoffer] te duwen en/of te trekken en/of die [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en/of
- die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Als je niet de codes geeft, slaan we je in elkaar", althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
- die [slachtoffer] in de slaapkamer op te sluiten;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven anderen op of omstreeks 2 november 2022 te
Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een ID-kaart en/of een bankpas en/of een sleutelbos en/of mobiele telefoon, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer], in elk geval aan een ander dan aan zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of
gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] gepleegd met hef oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
  • naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en/of
  • (vervolgens) (direct) bij binnenkomst meermalen,
althans eenmaal, het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en/of tegen/aan het lichaam van die [slachtoffer] te duwen en/of te trekken en/of die [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en/of
- die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Als je niet de codes geeft, slaan we je in elkaar", althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
- die [slachtoffer] in de slaapkamer op te sluiten;
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 2 november 2022 te Capelle aan den IJssel en/of Rotterdam, althans in Nederland opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door
- het vervoeren van [medeverdachte 1], [medeverdachte 2]
of meer onbekend gebleven anderen naar de woning van die [slachtoffer] en/of
- in opdracht van [medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of
meer onbekend gebleven anderen (meermalen) te gaan
pinnen met de (kort daarvoor) gestolen bankpas en de met geweld afgedwongen pincode van het slachtoffer
en/of
- [ medeverdachte 1], [medeverdachte 2] en/of een of meer onbekend gebleven anderen thuis te brengen;
3.
hij, in of omstreeks de periode van 2 november 2022 tot en met 3 november 2022 te Capelle aan den IJssel en/of Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een geldbedrag (van in totaal 770 euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer], in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen goed onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door gebruik te maken van de mobiele telefoon en/of de online rekening/het bank-account en/of de bankpas en/of bijhorende pincode van die [slachtoffer], tot welk gebruik hij, verdachte, niet was gerechtigd;
4.
hij, op of omstreeks 2 november 2022 te Capelle aan den IJssel tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden, door
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en/of
- ( vervolgens) (direct) bij binnenkomst meermalen, althans eenmaal, het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en/of tegen/aan het lichaam van die [slachtoffer] te duwen en/of te trekken en/of die [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en/of
- die [slachtoffer] in de slaapkamer op te sluiten.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte ter zake van het onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 28 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 primair, 2 primair, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij op
of omstreeks2 november 2022 te Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen
, althans alleen,met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en
/ofbedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van de toegangscode van de mobiele telefoon van die [slachtoffer] en
/ofde toegangscode van de online bankierenapp (die op die mobiele telefoon stond) en
/ofde pincode van de bankrekening (van die [slachtoffer]),
in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten deleaan die [slachtoffer]
en/of een derdetoebehoorde
(n
)door
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en
/of
-
(vervolgens
) (direct
)bij binnenkomst het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en
/oftegen
/aanhet lichaam van die [slachtoffer] te duwen en
/of te trekken en/ofdie [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en
/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen dat hij zijn mobiele telefoon en
/ofde toegangscode van die mobiele telefoon en
/ofde toegangscode van de online bankierenapp en
/ofde pincode van zijn bankrekening moet afstaan en
/of
- die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Als je niet de codes geeft, slaan we je in elkaar"
, althans woorden van gelijke aard en/of strekking;
2.
hij op
of omstreeks2 november 2022 te Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen
, althans alleen,een ID-kaart en
/ofeen bankpas en
/ofeen sleutelbos en
/ofmobiele telefoon
, in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten deleaan [slachtoffer]
, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde
(n
)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en
/ofgevolgd van geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen [slachtoffer] gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door:
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en
/of
-
(vervolgens
) (direct
)bij binnenkomst
meermalen, althans eenmaal,het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en
/oftegen
/aanhet lichaam van die [slachtoffer] te duwen en
/of te trekken en/ofdie [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en
/of
- die [slachtoffer] de woorden toe te voegen: "Als je niet de codes geeft, slaan we je in elkaar",
althans woorden van gelijke aard en/of strekking,en
/of
- die [slachtoffer] in de slaapkamer op te sluiten;
3.
hij, in
of omstreeksde periode van 2 november 2022 tot en met 3 november 2022 te Capelle aan den IJssel en
/ofRotterdam
, althans in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen
, althans alleen,een geldbedrag (van in totaal 770 euro),
in elk geval enig goed,dat
/die geheel of ten deleaan [slachtoffer]
, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde
(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en
/ofzijn mededader
(s
)zich de toegang tot de plaats van het misdrijf
heeft/hebben verschaft en
/ofdat weg te nemen goed onder
zijn/haar/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel,
door gebruik te maken van de mobiele telefoon en
/ofde online rekening/het bank-account en
/ofde bankpas en
/ofbijhorende pincode van die [slachtoffer], tot welk gebruik hij, verdachte, niet was gerechtigd;
4.
hij, op
of omstreeks2 november 2022 te Capelle aan den IJssel tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen
, althans alleen,opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk van de vrijheid heeft
/hebbenberoofd en
/ofberoofd gehouden, door
- naar de woning van die [slachtoffer] te gaan en
/of
-
(vervolgens
) (direct
)bij binnenkomst
meermalen, althans eenmaal,het lichaam van [slachtoffer] vast te pakken en
/oftegen
/aanhet lichaam van die [slachtoffer] te duwen
en/of te trekkenen
/ofdie [slachtoffer] mee te nemen naar de slaapkamer en
/of
- die [slachtoffer] in de slaapkamer op te sluiten.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Nadere bewijsoverweging
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de raadsman van de verdachte zich – overeenkomstig zijn overlegde pleitnota – op het standpunt gesteld dat de verdachte vrijgesproken dient te worden van het onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde. Hiertoe heeft de raadsman aangevoerd dat de verdachte weliswaar een geldbedrag van € 140 heeft gepind met de bankpas die is weggenomen bij de woningoverval, maar dat niet bewezen kan worden dat de verdachte op enig moment in de woning aanwezig is geweest. De verdachte heeft zich volgens de verdediging uitsluitend beziggehouden met het pinnen van geld en was niet op de hoogte van hetgeen zich in de woning van aangever afspeelde, dan wel had afgespeeld. De raadsman stelt zich dan ook op het standpunt dat de verdachte geen significante bijdrage heeft geleverd aan de onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde feiten en dat van een nauwe en bewuste samenwerking geen sprake is, zodat er geen sprake kan zijn van medeplegen maar hoogstens van medeplichtigheid.
Het hof ziet zich voor de vraag gesteld of de verdachte betrokken is geweest bij deze woningoverval en overweegt daartoe als volgt.
Het hof stelt op basis van de aangifte vast dat op
2 november 2022 een woningoverval heeft plaatsgevonden in een woning gelegen aan de Meeuwensingel 24 te Capelle aan den IJssel. Rond 22:30 uur werd bij de woning van de aangever aangebeld en nadat de aangever de deur had geopend zijn er vier mannen de woning binnengedrongen. De aangever is vervolgens door twee van de mannen naar zijn slaapkamer gebracht, waar hij de codes van zijn bankpas, telefoon en online bankierenapp heeft moeten afstaan, onder de dreiging dat hij anders in elkaar geslagen zou worden. De aangever stond zijn codes af, waarna twee van de mannen de woning verlieten met de bankpas van de aangever om geld te gaan pinnen. De andere twee mannen bleven bij de aangever achter in de woning en waren continue bezig om met de telefoon van de aangever om te proberen geld over te maken (naar later bleek een bedrag van € 630,- naar een rekening op naam van een persoon genaamd [naam 1] en een bedrag van € 3000,- van de spaarrekening naar de betaalrekening van de aangever te zijn overgeschreven). Na ongeveer een uur kwamen de twee andere mannen weer terug in de woning. De aangever werd vervolgens opgesloten in zijn slaapkamer, waarna de vier mannen de woning verlieten. Na het arriveren van de politie constateerde de aangever dat hij zijn identiteitskaart, bankpas, sleutelbos en mobiele telefoon miste.
Uit het politieonderzoek blijkt dat op 2 november 2022 omstreeks 23:54 uur en 23:59 uur met de pinpas van aangever een bedrag van respectievelijk € 100,- en € 40,- is opgenomen bij een pinautomaat aan de Coolsingel in Rotterdam. Daarnaast is tussen 23:56 uur en 00:12 uur 5 maal een poging gedaan om geld op te nemen. Voorts is uit het onderzoek gebleken dat op 3 november 2022 omstreeks 08:00 uur is betaald met de bankpas van [naam 1] bij het BP-tankstation aan de Nieuwe Hemweg in Amsterdam. Op de camerabeelden van de BP is rond dit tijdstip wederom de auto met het kenteken [kenteken] te zien, met vier inzittenden. Verdachte wordt op de beelden herkend als de bestuurder van de auto. Uit onderzoek blijkt verder dat de telefoon van de verdachte op het tijdstip van de woningoverval masten heeft aangestraald in de buurt van de Meeuwensingel en de Coolsingel, en de ochtend daarna in de omgeving van de BP in Amsterdam. Na onderzoek aan de telefoon van verdachte is een screenshot met de contactgegevens van aangever aangetroffen en is tevens gebleken dat meerdere malen is gezocht op zoektermen als “overval Meeuwensingel” en naar nieuwsartikelen die betrekking hadden op de overval.
Uit het dossier volgt daarnaast dat de aangever twee maanden na de overval anoniem is gebeld door een man met de mededeling “ik krijg nog 2000 euro van je, u weet nog wel. Het is al even geleden. Dat is schrikken he”. De aangever heeft verklaard dat hij het vermoeden had dat deze man betrokken is geweest bij de overval, omdat één van de mannen bij de overval voor zijn vertrek heeft gezegd dat hij nog 2000 euro van hem kreeg, omdat het niet gelukt was het geld op te nemen van de bankrekening van de aangever. Uit onderzoek is gebleken dat met de telefoon van de verdachte is gebeld naar de aangever.
De verdachte heeft zich tot aan de inhoudelijke behandeling in eerste aanleg voornamelijk beroepen op zijn zwijgrecht. Zijn verklaring ter terechtzitting komt er – kort gezegd – op neer dat hij degene is geweest die gebruik maakte van de personenauto met het kenteken
[kenteken], dat hij met de pinpas van aangever geld heeft opgenomen bij een pinautomaat aan de Coolsingel in Rotterdam en met de bankpas van [naam 1] heeft betaald bij het BP-tankstation aan de Nieuwe Hemweg in Amsterdam.
Verdachte stelt van een persoon, waarvan hij desgevraagd de naam niet wil noemen, de opdracht te hebben gekregen om te gaan pinnen. Hij verklaart op 2 november 2022 met 3 anderen in de auto naar het adres aan de Meeuwensingel te zijn gegaan en dat hij daar de pinpas heeft opgehaald en vervolgens naar de Coolsingel is gereden om aldaar te pinnen. Hij ontkent in de woning te zijn geweest. Na het pinnen is de verdachte weer teruggereden naar de Meeuwensingel en heeft hij de pinpas weer terug gegeven aan een persoon waarvan hij de naam evenmin wil noemen. De verdachte is volgens zijn verklaring ter terechtzitting in eerste aanleg met anderen in de auto naar Amsterdam gereden. In de auto zei iemand dat geld is overgemaakt van de rekening van de aangever naar een bankkaart die hij bij zich had. De verdachte heeft met die kaart de volgende ochtend bij de BP gepind. De verdachte wil niet verklaren met wie hij was.
Op de camerabeelden is te zien dat de verdachte bij de betaling van het tanken een telefoon voor zijn gezicht hield, dat daarna een app werd geopend met een betaalpas van [naam 2] en dat de verdachte vervolgens ter betaling de telefoon bij de betaalautomaat houdt.
Geconfronteerd met de beschrijving van deze beelden is de verdachte ter terechtzitting in hoger beroep teruggekomen op zijn verklaring dat hij met een bankkaart van [nam 2] had gepind waarvan hij niet had gevraagd van wie die was. Hij had inderdaad betaald met een telefoon.
Geconfronteerd met het anonieme telefoontje naar de aangever heeft de verdachte ter terechtzitting in eerste aanleg verklaard dat hij zijn buurman, die energiecontracten afsluit, wel eens helpt en dat het dus kan zijn dat hij de aangever in dat verband heeft gebeld.
Ter terechtzitting in hoger beroep is de verdachte teruggekomen op deze verklaring en heeft hij verklaard dat hij niet kan hebben gebeld en dat anderen wellicht met zijn telefoon hebben gebeld. Over het screenshot in zijn telefoon met de contactgegevens van aangever heeft de verdachte verklaard dat hij van meerdere mensen contactgegevens in zijn telefoon heeft staan.
Hoewel de aan de wettige bewijsmiddelen te ontlenen feiten en omstandigheden de alternatieve lezing van de verdachte dat hij enkel heeft gepind niet uitsluiten, dient het door de verdachte aangedragen alternatieve scenario naar het oordeel van het hof als ongeloofwaardig terzijde te worden geschoven. Het hof stelt voorop dat de verdachte pas na geruime tijd en na kennisname van de bevindingen uit het onderzoek komt met een verklaring en dat zijn verklaring erop neerkomt dat door hem niet wordt ontkend wat reeds onomstotelijk uit de wettige bewijsmiddelen volgt, in het bijzonder de camerabeelden. Zowel bij de rechtbank als in hoger beroep zijn echter geen nadere gegevens door de verdediging aangereikt die het door en namens de verdachte gestelde alternatieve scenario ook maar enigszins controleerbaar of aannemelijk maken. De verdachte heeft immers niet willen verklaren met welke drie andere personen hij die avond was, wie de persoon is voor wie hij moest gaan pinnen, aan wie hij de pas heeft terug gegeven, met wie hij in Amsterdam was en hij heeft tegenstrijdig verklaard over de pinbetaling bij het benzinestation en over het telefoontje naar de aangever enkele maanden na de overval.
Daarbij heeft het hof mede in aanmerking genomen dat de aangever heeft verklaard dat de twee mannen die in de woning waren achtergebleven werden gebeld toen de twee andere mannen waren gaan pinnen. In dit verband is voorts relevant dat uit het onderzoek is gebleken dat twee telefoons die in de periode rond de datum van de overval bij de verdachte in gebruik waren, te weten de telefoon met IMEI [IMEI-nummer 1] (met telefoonnummer [telefoonnummer 1]) en de telefoon met IMEI [IMEI-nummer 2] (met telefoonnummer [telefoonnummer 2]) tijdens de overval een aantal keer contact met elkaar hebben gehad. Hierbij maakte het telefoonnummer [telefoonnummer 1] gebruik van zowel Cell ID’s in de directe omgeving van de Coolsingel, waar werd gepind, als van Cell ID’s in de onmiddellijke omgeving van de Meeuwensingel. Met dit telefoonnummer is tijdens de overval ook meerdere keren contact opgenomen met een telefoonnummer van de RABO-bank. Het telefoonnummer [telefoonnummer 2] maakte alleen gebruik van de Cell ID’s in de directe omgeving van de Meeuwensingel. Deze bevindingen ondersteunen de verklaring van de aangever dat de overvallers contact hadden met elkaar tijdens het pinnen (middels telefoons van de verdachte). De vaststelling dat beide telefoons bij de verdachte in gebruik waren, gelet op de historische gegevens van beide IMEI-nummers, doet voorts afbreuk aan de geloofwaardigheid van het door de verdachte geschetste scenario dat hij slechts was gebeld om de pas op te halen om daarmee geld te pinnen.
Het hof is van oordeel dat voornoemde feiten en omstandigheden in onderling verband en samenhang bezien, de conclusie rechtvaardigen dat de verdachte één van de vier mannen is geweest die in de woning van aangever aanwezig was en dus betrokken is geweest bij de woningoverval. De verdachte is samen met zijn mededaders naar de woning van aangever gegaan, heeft vervolgens samen met een ander de woning verlaten om geld te pinnen en is na het pinnen weer teruggekomen in de woning.
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de raadsman van de verdachte zich op het standpunt gesteld dat de rol van de verdachte niet kan worden geduid als medepleger.
Dat er sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachten die maakt dat er sprake is van medeplegen blijkt naar het oordeel van het hof voldoende uit de hiervoor omschreven handelwijze. De vier mannen zijn gezamenlijk naar de woning van de aangever gegaan en hadden een duidelijke onderlinge taakverdeling. Immers, twee van de vier mannen bleven in de woning bij de aangever en de verdachte en een ander verlieten de woning om geld te gaan pinnen met de afgegeven bankpas van aangever. De mannen in de woning onderhielden tijdens het pinnen telefonisch contact met de verdachte, die aan het pinnen was. Na het pinnen keerden verdachte en de mededader terug naar de woning. Het gepinde geld is verdeeld, zo blijkt uit de verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep. Nadien is de verdachte samen met de medeverdachten afgereisd naar Amsterdam. Het hof is van oordeel dat in de kern sprake is geweest van een gezamenlijke uitvoering, zodat de verdachte zich als medepleger schuldig heeft gemaakt aan de onder 1, 2 en 4 tenlastegelegde feiten.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 primair bewezenverklaarde levert op:
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Het onder 2 primair bewezenverklaarde levert op:
diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers van het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
Het onder 3 bewezenverklaarde levert op:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
Het onder 4 bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan een woningoverval. De verdachte is in de avond van 2 november 2022 samen met drie andere personen de woning van het slachtoffer binnengedrongen, waarna het slachtoffer is vastgepakt, geduwd en opgesloten in zijn slaapkamer. Het slachtoffer moest de codes van zijn telefoon, online bankierenapp en bankpas afgeven, onder de dreiging dat hij anders in elkaar geslagen zou worden. Vervolgens hebben de verdachten geld overgemaakt van de rekening van het slachtoffer en met zijn bankpas geld opgenomen bij een pinautomaat. Voor het slachtoffer moet sprake zijn geweest van een zeer dreigende en beangstigende situatie, temeer nu de overval heeft plaatsgevonden in zijn eigen woning en slaapkamer, een plek waar je je bij uitstek veilig behoort te voelen. De ervaring leert dan ook dat slachtoffers van een woningoverval nog lange tijd de nadelige psychische gevolgen kunnen ondervinden van wat hen is overkomen. Bovendien worden er in de samenleving levende gevoelens van angst en onveiligheid hierdoor versterkt. Het hof rekent de verdachte dit zwaar aan.
Het hof heeft acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 30 april 2025, waaruit blijkt dat de verdachte eerder in het buitenland onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten.
Voorts heeft het hof acht geslagen op het ten behoeve van de verdachte opgemaakte reclasseringsadvies van 2 augustus 2023. Hieruit volgt – kort en zakelijk weergegeven – dat er mogelijk risicofactoren bestaan op de gebieden van financiën, zijn sociale netwerk en zijn pro-criminele houding. De reclassering geeft aan onvoldoende zicht te hebben op de persoonlijkheid van de verdachte en diens gewetensfunctie. Ter terechtzitting in hoger beroep is naar voren gekomen dat de verdachte recent vader is geworden en dat hij voornemens is om wanneer hij uit detentie komt als schilder te gaan werken.
Gelet op de aard en ernst van de bewezenverklaarde feiten kan niet anders worden gereageerd dan met de oplegging van een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur.
Het hof is - alles afwegende - van oordeel dat een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 47, 57, 63, 282, 311, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij rechtens gelden dan wel golden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 primair, 2 primair, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 primair, 2 primair, 3 en 4 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
28 (achtentwintig) maanden.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Dit arrest is gewezen door mr. L.A. Pit,
mr. J.A.M.J. Janssen-Timmermans en mr. E.A. Poppe-Gielesen,
in bijzijn van de griffier mr. J. Toorens.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 28 mei 2025.