ECLI:NL:GHDHA:2024:593

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
16 april 2024
Publicatiedatum
16 april 2024
Zaaknummer
200.323.827
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over betaling van geleverde goederen en persoonlijke garantstelling in internationaal privaatrecht

In deze zaak heeft het in Polen gevestigde bedrijf Mastermedia Makado aangesproken voor de betaling van geleverde goederen, waarbij ook [appellant 2] is aangesproken vanwege een door hem getekende garantstelling. De rechtbank heeft Makado en [appellant 2] hoofdelijk veroordeeld tot betaling. In hoger beroep heeft het hof het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Het hof oordeelt dat de Nederlandse rechter bevoegd is op basis van de verordening Brussel I bis, en dat het Weens Koopverdrag van toepassing is op de koopovereenkomst. De garantstelling wordt beheerst door Nederlands recht, omdat [appellant 2] zijn gewone verblijfplaats in Nederland heeft. Het hof verwierp de verweren van Makado c.s. dat de goederen niet zijn geleverd en dat de handtekeningen op de facturen niet geldig zijn. Het hof concludeert dat Makado c.s. hun verweren onvoldoende hebben gemotiveerd en dat de vorderingen van Mastermedia terecht zijn toegewezen. Het hof heeft Makado c.s. hoofdelijk veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Civiel recht
Team Handel
Zaaknummer hof : 200.323.827
Zaaknummer rechtbank : C/09/623157 / HA ZA 22-23
Arrest van 16 april 2024
in de zaak van

1.Makado Handelsbedrijf B.V.,

gevestigd in Maasdijk, gemeente Westland,
2.
[appellant 2],
wonend in [woonplaats],
appellanten,
advocaat: mr. T. Kocabas, kantoorhoudend in Zoetermeer,
tegen
Mastermedia Cioczek I Wojciak SP. J.,
gevestigd in Lublin, Polen,
geïntimeerde,
advocaat: mr. S.K. Tuithof, kantoorhoudend in Haarlem.
Het hof zal partijen hierna noemen Makado, [appellant 2], tezamen Makado c.s., en Mastermedia.

1.De zaak in het kort

1.1
Het in Polen gevestigde bedrijf Mastermedia spreekt Makado aan voor de betaling van geleverde goederen. Ook [appellant 2] wordt hiervoor aangesproken omdat hij een garantstelling heeft getekend. De rechtbank heeft Makado en [appellant 2] hoofdelijk veroordeeld tot betaling. Het hof komt tot hetzelfde oordeel.

2.Procesverloop in hoger beroep

2.1
Het verloop van de procedure in hoger beroep blijkt uit de volgende stukken:
  • de dagvaarding van 15 februari 2023, waarmee Makado c.s. in hoger beroep zijn gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag van 16 november 2022;
  • de memorie van grieven van Makado c.s.;
  • de memorie van antwoord van Mastermedia.

3.Feitelijke achtergrond

3.1
Mastermedia en Makado zijn overeengekomen dat Mastermedia levensmiddelen aan Makado zal leveren (hierna: de koopovereenkomst).
3.2
Op 28 oktober 2020 hebben partijen daartoe een zogenoemde ‘Statement and Agreement’ ondertekend, waarin zij onder meer hebben afgesproken dat Mastermedia Makado toegang geeft tot een internetplatform “Market24.pro” waarop Makado bestellingen kan plaatsen. Verder hebben partijen daarin afspraken gemaakt over het afleveradres en de tenaamstelling van de facturen.
3.3
[appellant 2] is een van de bestuurders van Makado.
3.4
Op 15 januari 2021 hebben [appellant 2] en Mastermedia een overeenkomst gesloten waarmee [appellant 2] zich garant stelt voor de betaling van door Mastermedia aan Makado geleverde goederen, tot een maximum bedrag van € 40.000,- (hierna: de garantstelling). In de garantstelling staat onder meer:
PERSONAL GUARANTEE FOR SUPPLY OF GOODS
(…)
1. Guarantee
The Guarantor[hof: [appellant 2]]
irrevocably guarantees with all its personal property to pay to the Company[hof: Mastermedia]
, on the first demand, all money resulted from any delivery of goods and services, notwithstanding the form of contract, which is now or may at any time after the date of this deed become due or owing to the Company by the Principal[hof: Makado]
up to amount of40,000.00 EUR(…).
(…)
5. Enforcement
The Company shall not be obliged to take any action or obtain judgment against the Principal before taking steps to pursue claims against the Guarantor.
(…)
7. Miscellaneous
(…)
c. In maters not regulated herein and to evaluate the deed of guarantee non-exclusive Polish regulations and legislation are to be used including the Polish Civil Code,
d. Any disputes arising under this Deed shall be settled by the non-exclusive jurisdiction of Polish courts applicable to the headquarters of Mastermedia Cioczek and Wójciak Spólka Jawna.”
3.5
Mastermedia heeft in de periode van 18 januari 2021 tot en met 22 februari 2021 voor een bedrag van € 47.503,72 aan Makado gefactureerd. De facturen bevatten een uitgebreide specificatie van de gefactureerde producten. Onderaan iedere factuur staat een handtekening boven de vermelding
“signature of the customer”.
3.6
Makado heeft in de periode vanaf 19 januari 2021 bedragen aan Mastermedia betaald voor een totaalbedrag van (in ieder geval) € 17.876,06.
3.7
Bij brief van 26 maart 2021 heeft Mastermedia Makado gesommeerd om een bedrag van € 32.133,51 aan hoofdsom, rente en incassokosten te betalen. Makado heeft dit niet betaald.

4.Procedure bij de rechtbank

4.1
Mastermedia heeft Makado c.s. gedagvaard en gevorderd Makado en [appellant 2] (waar mogelijk) hoofdelijk te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 31.740,74, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf 7 mei 2021.
4.2
Aan deze vorderingen heeft Mastermedia het volgende ten grondslag gelegd. Makado heeft de facturen voor door Mastermedia aan Makado geleverde producten gedeeltelijk onbetaald gelaten. [appellant 2] heeft zich garant gesteld voor de betaling van de door Mastermedia aan Makado geleverde producten. [appellant 2] is daarom, naast Makado, hoofdelijk aansprakelijk voor de vordering die Mastermedia heeft op Makado.
4.3
De rechtbank heeft Makado c.s. hoofdelijk veroordeeld tot betaling aan Mastermedia van een bedrag van € 29.998,10 (de nog openstaande hoofdsom), voor Makado te vermeerderen met de wettelijke handelsrente naar Pools recht en voor [appellant 2] te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW. Makado is daarnaast veroordeeld tot betaling van € 1.081,28 aan buitengerechtelijke kosten. Makado c.s. zijn hoofdelijk veroordeeld in de proceskosten.

5.Beoordeling in hoger beroep

5.1
Makado c.s. zijn in hoger beroep gekomen. Zij willen dat het hof de vorderingen van Mastermedia alsnog afwijst. Zij hebben verschillende bezwaren tegen het vonnis aangevoerd die hieronder aan de orde komen.
Internationale bevoegdheid en toepasselijk recht
5.2
Het gaat om een internationale zaak, omdat Mastermedia is gevestigd in Polen. Ook het hof moet ambtshalve nagaan of de Nederlandse rechter bevoegd is in deze zaak. Die vraag moet worden beantwoord aan de hand van de verordening Brussel I bis, die zowel op de koopovereenkomst als op de garantstelling van toepassing is. De Nederlandse rechter is voor beide overeenkomsten bevoegd op grond van artikel 4 Brussel I bis, omdat de woonplaats van de verweerders (Makado en [appellant 2]) in Nederland is gelegen.
5.3
[appellant 2] heeft in hoger beroep aangevoerd dat de Nederlandse rechter niet bevoegd is voor zover de zaak gaat over de garantstelling, omdat daarin een forumkeuze voor de Poolse rechter is opgenomen. Het hof oordeelt, evenals de rechtbank, dat dat verweer niet opgaat. De bepaling die is opgenomen in artikel 7.d van de garantstelling heeft het over “
non-exclusive jurisdiction” van de Poolse rechter. Daarin kan niet worden gelezen dat een partij een procedure alleen aanhangig kan maken bij de Poolse rechter. Er is dus geen sprake van een exclusieve forumkeuze als bedoeld in artikel 25 Brussel I bis. Mastermedia mocht er dus voor kiezen om de kwestie inzake de garantstelling bij de Nederlandse rechter aanhangig te maken, die op grond van artikel 4 Brussel I bis bevoegd is.
5.4
Wat betreft het toepasselijk recht hebben partijen (terecht) niet bestreden dat op de koopovereenkomst tussen Mastermedia en Makado het Weens Koopverdrag van toepassing is en Pools recht voor zover het gaat om kwesties die niet aan de hand van de regels en achterliggende beginselen van dat verdrag kunnen worden opgelost.
5.5
Ten aanzien van de garantstelling heeft [appellant 2] in hoger beroep aangevoerd dat niet Nederlands, maar Pools recht van toepassing is omdat een rechtskeuze voor dat recht is gedaan. Het hof verwerpt dat verweer gelet op het volgende. De vraag welk recht van toepassing is, moet worden beantwoord aan de hand van de verordening Rome I. Artikel 3 lid 1 van die verordening bepaalt dat een rechtskeuze uitdrukkelijk moet worden gedaan of duidelijk moet blijken uit de bepalingen van de overeenkomst of de omstandigheden van het geval. Aan deze toets wordt niet voldaan. Het is namelijk niet duidelijk wat is bedoeld met de bepaling dat “
non-exclusivePolish regulations and legislation are to be used including the Polish Civil Code” (onderstreping toegevoegd door het hof). Een duidelijke rechtskeuze exclusief voor Pools recht kan daar in ieder geval niet in worden gelezen. Het toepasselijke recht moet daarom worden bepaald aan de hand van artikel 4 lid 2 Rome I. Dat betekent dat de garantstelling wordt beheerst door Nederlands recht omdat dat het land is waar de partij die de kenmerkende prestatie moet leveren ([appellant 2]) zijn gewone verblijfplaats heeft. Het hof merkt overigens nog op dat [appellant 2] niet heeft uitgelegd in welk opzicht Pools recht tot een andere uitkomst zou leiden dan bij toepassing van Nederlands recht.
Vorderingen jegens Makado
5.6
Makado c.s. hebben in hoger beroep aangevoerd dat de vorderingen jegens Makado moeten worden afgewezen om de volgende redenen:
  • i) de goederen die op de door Mastermedia overgelegde facturen zijn vermeld, zijn niet aan Makado geleverd;
  • ii) Makado heeft deze goederen ook niet besteld;
  • iii) de handtekeningen op de door Mastermedia overgelegde facturen (ontvangstbevestigingen) zijn niet afkomstig van een van de bestuurders van Makado, terwijl enkel de bestuurders bevoegd zijn bestellingen te plaatsen en in ontvangst te nemen, en ook niet van medewerkers van Makado;
  • iv) de producten, voor zover die wel zijn geleverd, voldeden niet en Makado heeft daarover tijdig telefonisch geklaagd.
5.7
Makado c.s. hebben niet betwist dat Makado een aantal betalingen aan Mastermedia heeft gedaan, voor een totaalbedrag van € 17.876,06. Het is volstrekt onduidelijk gebleven hoe deze betalingen te rijmen zijn met de verweren van Makado c.s. dat de goederen die op de door Mastermedia overgelegde facturen zijn vermeld in het geheel niet zijn geleverd en dat Makado die ook niet heeft besteld. Waarom de betalingen dan zouden zijn gedaan, hebben Makado c.s. niet uitgelegd. Bij die stand van zaken moet worden geoordeeld dat Makado c.s. hun verweren dat niets is geleverd en ook niets is besteld onvoldoende hebben gemotiveerd. Deze verweren moeten daarom worden verworpen.
5.8
Voor zover Makado c.s. hebben bedoeld dat slechts een deel van de gefactureerde goederen niet is geleverd of niet is besteld, geldt dat van Makado c.s. mocht worden verwacht dat zij zouden aangeven welke van de op de facturen vermelde goederen dan niet zijn geleverd en/of besteld. Nu zij dat niet hebben gedaan, wordt ook dit verweer als onvoldoende gemotiveerd verworpen.
5.9
Ten aanzien van de Makado c.s. opgeworpen kwestie van de handtekeningen overweegt het hof als volgt. Makado c.s. doelen hiermee op de handtekeningen die staan onder alle facturen (zie 3.5). Waar het om gaat is of de goederen die op deze facturen staan door Makado zijn besteld en vervolgens aan haar zijn geleverd. Niet valt in te zien hoe het handtekeningenverweer - wat daar verder ook van zij - tot de conclusie moet leiden dat de op de facturen vermelde goederen niet door Makado zijn besteld dan wel niet zijn geleverd. Nog steeds staat namelijk overeind dat Makado wel een aanzienlijk bedrag aan Mastermedia heeft betaald en dat Makado c.s. niet hebben uitgelegd waarom die betalingen dan zijn verricht. Ook dit verweer faalt.
5.1
Ten aanzien van de stelling van Makado c.s. dat de producten (voor zover ze geleverd waren) niet voldeden aan de afspraken en dat Makado daar telefonisch ook tijdig over heeft geklaagd, oordeelt het hof als volgt. Tussen partijen is niet in geschil dat als de producten inderdaad gebrekkig waren, Makado daar tijdig over had moeten klagen. Nu Mastermedia betwist dat dat is gebeurd, is het aan Makado c.s. om dat te bewijzen. Makado c.s. hebben echter geen bewijsaanbod gedaan, sterker nog: Makado c.s. merken op dat ze niet kunnen bewijzen dat er wel tijdig is geklaagd. Daarmee faalt deze stelling van Makado c.s.
Vorderingen jegens [appellant 2]
5.11
heeft in hoger beroep aangevoerd dat de vorderingen jegens hem moeten worden afgewezen om de volgende redenen:
  • i) [appellant 2] kan niet in persoon worden aangesproken omdat hij de garantstelling heeft ondertekend als bestuurder van Makado;
  • ii) [appellant 2] had daarnaast pas aangesproken kunnen worden nadat Mastermedia Makado in gebreke had gesteld en daarvan tegelijkertijd mededeling had gedaan aan [appellant 2]; hij kon niet pas bij dagvaarding aangesproken worden.
5.12
Het eerste verweer van [appellant 2] faalt. Boven de garantstelling die hij heeft ondertekend staat in vet gedrukte hoofdletters
“PERSONAL GUARANTEE”en verderop is bepaald dat [appellant 2] garant staat
“with all its personal property”. Het enkele feit dat bij de handtekening van [appellant 2] een bedrijfsstempel van Makado staat, maakt nog niet dat hij daarom, anders dan de uitdrukkelijke tekst van de garantstelling vermeldt, niet persoonlijk kan worden aangesproken. De garantstelling was daar duidelijk wel op gericht. Het standpunt van [appellant 2] leidt ook tot het ongerijmde resultaat dat Makado zich garant zou hebben gesteld voor haar eigen schulden.
5.13
Het tweede verweer van [appellant 2] gaat ook niet op, alleen al omdat uit artikel 5 van de garantstelling volgt dat Mastermedia niet verplicht is om enige actie tegen Makado te ondernemen voordat zij [appellant 2] kan aanspreken.
Slot
5.14
Het hof verwerpt het door Makado c.s. in hoger beroep gedane bewijsaanbod, nu het geen betrekking heeft op voldoende gespecificeerde stellingen en niet voldoet aan de daaraan in hoger beroep te stellen eisen.
5.15
De conclusie is dat het hoger beroep van Makado c.s. niet slaagt. Het hof zal het vonnis van de rechtbank dan ook bekrachtigen.
5.16
Mastermedia heeft in hoger beroep nog opgemerkt dat de openstaande hoofdsom van de facturen € 250,- lager is dan zij eerder had aangegeven omdat Makado dit bedrag ook nog bleek te hebben betaald, maar omdat Makado c.s. geen grief hebben gericht tegen de hoogte van het bedrag dat Makado volgens Mastermedia had voldaan, heeft dat geen invloed op de beslissing van het hof.
5.17
Het hof zal Makado c.s. als de in het ongelijk gestelde partijen hoofdelijk veroordelen in de proceskosten van het hoger beroep. Die proceskosten worden begroot op:
  • griffierecht € 2.135,-
  • salaris advocaat € 1.571,- (1 punt × tarief III)
  • nakosten
Totaal € 3.884,-
5.18
Over de proceskosten wordt de (gewone) wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW toegewezen, zoals vermeld in de beslissing
.De door Mastermedia gevorderde handelsrente kan niet worden toegewezen omdat proceskosten niet zijn aan te merken als (voortvloeiend uit) een handelsovereenkomst in de zin van artikel 6:119a BW.

6.Beslissing

Het hof:
  • bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Den Haag van 16 november 2022;
  • veroordeelt Makado c.s. hoofdelijk in de kosten van de procedure in hoger beroep, aan de zijde van Mastermedia begroot op € 3.884,-, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als Makado c.s. deze niet binnen veertien dagen na heden hebben voldaan;
  • bepaalt dat als Makado c.s. niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de uitspraak hebben voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, Makado c.s.de kosten van die betekening moeten betalen, plus extra nakosten van € 92,-, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als Makado c.s. deze niet binnen veertien dagen na betekening hebben voldaan, en dat Makado c.s. hiervoor hoofdelijk aansprakelijk zijn;
  • verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.
Dit arrest is gewezen door mr. H.J.M. Burg, mr. S.A. Boele en mr. A.J. Berends en in het openbaar uitgesproken op 16 april 2024 in aanwezigheid van de griffier.