Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 20 september 2022, waarmee AZN c.s. in hoger beroep zijn gekomen van het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 22 juni 2022;
- het anticipatie-exploot van KAM van 11 november 2022;
- de memorie van grieven van AZN c.s., met bijlagen;
- de memorie van antwoord van KAM, met bijlagen;
- de bijlagen 45 tot en met 47 die AZN c.s. ter gelegenheid van de hierna te noemen mondelinge behandeling hebben overgelegd.
3.Feitelijke achtergrond
Steam Turbine Power Generation Plant” (hierna: stoomturbine) gegund aan KAM. Door de stoomturbine wordt met stoom, die wordt gegenereerd door het verbranden van afval, elektriciteit geproduceerd die aan het (openbare) elektriciteitsnet kan worden geleverd. Ook kan de stoom worden geleverd aan de industrie.
CLIENT' en KAM ook als `
SUPPLIER' wordt aangeduid, maken de volgende bepalingen deel uit:
GUARANTEED PERFORMANCE VALUES AND TESTS", is — aangehaald voor zover relevant — het volgende bepaald:
PRICES, INSTALMENTS, LIQUIDATED DAMAGES AND INCENTIVES", is — aangehaald voor zover relevant — het volgende bepaald:
Best and final offer” (BAFO) van KAM opgenomen. Hierin is onder meer het volgende bepaald:
Notice” onder meer het volgende vermeld:
Agreement on Milestone Date Acceptance" (hierna: de PAC-overeenkomst). Hierin werd in plaats van een “
Trial Period” gevolgd door “
Acceptance” voorafgaand aan oplevering voorzien in een “
Babyperiod” na de “
Acceptance” en ingebruikname door AZN. De “
Acceptance Tests” (hierna: de prestatietest) dienden naar genoegen te worden afgerond voor het einde van de “
Babyperiod”.
Performance Test Agreement” (PTA). Dit heeft geresulteerd in een definitieve tekst van de PTA. Tot een bevoegde ondertekening door beide partijen van deze definitieve tekst van de PTA is het echter nooit gekomen. Van deze definitieve tekst van de PTA maakt het volgende artikel deel uit:
succesful" het woord "
technically" toegevoegd.
Steam Turbine Performance Test Report - Alternative Calculation". Blijkens de stukken van KAM en TÜV zijn hierin de testonzekerheid en de “Weighted Net electrical Power Production” (WNPP) bepaald op basis van een, door de ASME PTC-6 toegestaan, alternatief uitgangspunt voor de berekeningen. Uitdrukkelijk is in het rapport vermeld dat dit niet in de plaats komt van of afdoet aan de waarde van het eerdere rapport. Aan het eind van dit rapport wordt het volgende geconcludeerd:
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
De vorderingen van Attero Holding
values and conditions according to KAM specification” en (in regel 110) vermeld wordt “
see values in KAM specification”. Vervolgens heeft KAM toegelicht dat in die regels sprake is van verwijzing naar data die (ook) worden genoemd in paragraaf 4.1 van de BAFO, dat zijn technische waarden of “
conditions”.
Contract will remain binding – this agreement does not supercede [het hof leest: supersede] the obligations as described in the contract.” kan AZN in dit verband niet baten, omdat artikel 4.8 van de PTA geen bepaling is die de verplichtingen beschreven in de EPC-overeenkomst opzij zet maar een bepaling die een uitwerking geeft van de wijze waarop de resultaten van de prestatietest worden beoordeeld.
The performance test shall be accepted if the test results match the guaranteed values within uncertainty”). Deze tekst en de door KAM voorgestane uitleg daarvan sluiten aan bij de aard en inhoud van de EPC-overeenkomst. Met die afspraken hebben AZN en KAM een evenwichtige regeling gecreëerd met aan beide kanten rechten en verplichtingen. Als de daadwerkelijke WNPP lager is dan de grenswaarde van de WNPP betaalt KAM aan AZN liquidated damages, en als de daadwerkelijke WNPP hoger is dan de grenswaarde betaalt AZN een vergoeding (“
incentive compensation”) aan KAM, vergelijk de artikelen 22.2.4 en 22.2.5 van de EPC-overeenkomst. De onzekerheidsmarge wordt aldus op gelijke wijze toegepast voor beide partijen. Daarom ziet het hof geen grond om betekenis toe te kennen aan het percentage van de kans dat de gemeten waarde aan de grenswaarde voldoet. Een laag percentage van die kans kan zich immers aan beide kanten van de grenswaarde voordoen. Dat is niet een omstandigheid die toepassing van artikel 4.8 van de PTA in dit geval, waarin de kans dat de gemeten waarde aan de grenswaarde voldoet volgens AZN klein is, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar maakt.
underrun” en “
liquidated damages” niet worden genoemd, en dat acceptatie van de prestatietest niet hetzelfde is als “
acceptance of the installation” in de zin van artikel 23.1 van de EPC-overeenkomst – is weliswaar juist maar dit leidt niet tot een ander oordeel. Uit het voorgaande volgt dat het beroep van AZN op artikel 6:248 lid 2 BW met betrekking tot de toepassing van artikel 4.8 van de PTA niet opgaat.
Acceptance Certificate” aan KAM heeft verstrekt, wat op grond van artikel 1 en artikel 23.1 van de EPC-overeenkomst een vereiste is voor oplevering. Omdat die omstandigheid volgens AZN zelf echter evenmin relevant is voor de beoordeling van de vraag of KAM liquidated damages verschuldigd is, gaat het hof aan deze stelling eveneens voorbij. Grief 4 slaagt daarom ook niet.