ECLI:NL:GHDHA:2024:2499
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid verzet tegen strafbeschikking en terugwijzing naar rechtbank
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 18 december 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte was eerder door de rechtbank niet-ontvankelijk verklaard in het namens hem ingestelde verzet tegen een strafbeschikking van 10 februari 2023. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte ontvankelijk zou worden verklaard in zijn verzet en dat de zaak zou worden teruggewezen naar de rechtbank. De raadsman van de verdachte voerde aan dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat het verzet niet tijdig was ingesteld. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet in persoon op de hoogte was gesteld van de strafbeschikking en dat het verzet tijdig was ingesteld door de raadsman. Het hof oordeelde dat de rechtbank de verdachte ten onrechte niet-ontvankelijk had verklaard en heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd. Het hof heeft de zaak terugverwezen naar de rechtbank Den Haag om opnieuw recht te doen, met inachtneming van het arrest van het hof.