Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Zaaknummer rechtbank : C/09/655464 / KG ZA 23/904
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 26 januari 2024, waarmee Grosc in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 29 december 2023;
- de memorie van grieven van Grosc, tevens houdende een provisionele vordering, met bijlagen;
- de memorie van antwoord van de Politie, met bijlagen;
- het verzoek van Grosc van 3 september 2024 tot uitstel van de mondelinge behandeling, met een akte overlegging producties;
- de reactie van de Politie van 4 september 2024 op het uitstelverzoek, met bijlagen.
3.Feitelijke achtergrond
(i) de Politie in geval van een aanbesteding van de opdracht MKCS volgens de procedures van de ADV gerubriceerde gegevens zou moeten verstrekken aan ten minste drie gegadigden;
(ii) de openbaarmaking van die gegevens in strijd is met een essentieel veiligheidsbelang; en
(iii) dat veiligheidsbelang niet met minder ingrijpende maatregelen kan worden beschermd binnen de door de ADV beschreven mogelijkheden dan met het geheel uitzonderen van de opdracht MKCS op grond van art. 2.16 aanhef en sub a. ADV.
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.De beoordeling
Inleiding
Opdrachten waarvoor de toepassing van de regels van deze richtlijn een lidstaat zou verplichten inlichtingen te verstrekken waarvan de verbreiding naar zijn mening strijdig zou zijn met zijn essentiële veiligheidsbelangen;
waarvan de uitvoering leidt tot de verplichting voor de aanbestedende dienst (..) informatie te verstrekken waarvan openbaarmaking strijdig is met een essentieel veiligheidsbelang;
de uitvoeringvan de opdracht moet worden verstrekt en dat het alleen gaat om de verstrekking van informatie in de aanbestedingsfase. Dat is een lezing die zich niet verhoudt met de tekst van art. 2.16 sub a. ADV. Voor de uitkomst van dit geschil is dit overigens niet doorslaggevend, zoals hierna zal blijken.
onjuistis de stelling van de Politie dat voor de werking van de MKCS dienstverlening nodig is die rechtstreeks verband houdt met gevoelig (gerubriceerd) materiaal.
(6.12) overwogen dat het aanneemt dat 112 behoort tot de vitale infrastructuur van Nederland en dat het ongestoord functioneren daarvan daarom kan worden beschouwd als een essentieel veiligheidsbelang in de zin van art. 2.16 sub a. ADV. In het verlengde daarvan neemt het hof aan dat het openbaar maken van gerubriceerde gegevens die betrekking hebben op 112 strijdig kan zijn met dat essentiële veiligheidsbelang.
7.Beslissing
- bekrachtigt het tussen partijen gewezen vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag van 29 december 2023;
- veroordeelt Grosc in de kosten van het geding in hoger beroep, aan de zijde van de Politie tot op heden begroot op € 798,- aan verschotten en € 3.642,- aan salaris advocaat en € 178,- aan nakosten;
- bepaalt dat als Grosc niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan dit arrest heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, Grosc de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 92,-;
- bepaalt dat binnen veertien dagen na de dag van deze uitspraak aan deze kostenveroordeling moet zijn voldaan, bij gebreke waarvan de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW verschuldigd is vanaf het einde van voormelde termijn tot aan de dag der algehele voldoening;