Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
exactly the same money what cost a bitcoin, acht het hof bewezen dat [appellant] de twee bitcoins heeft geleend en moet terugbetalen.
2.Het verdere procesverloop
- de akte uitlating tussenarrest van [appellant]
- de antwoordakte tevens houdende voorwaardelijke eiswijziging van [verweerder]
- de akte uitlating wijziging eis van [appellant]
- de antwoordakte van [verweerder].
3.Feitelijke achtergrond
“Can I ask you one question? Just a very simple question, which you can answer with 'yes’ or ‘no’. I borrowed you two thousand five hundred euros, I borrowed you two Bitcoins. Are you going to pay them back, yes or no?”
“Eh you have now hardware in your home.”
“The question, yes or no.”
“Do you have a hardware in your home from me? It's valuable also, it's not..
Okay, but I don't wanna.. I don't wanna do nothing with the hardware.”
“Let's forget the hardware, okay?”
“Yeah but”
“Because I gonna give you.. I gonna give you back! No worries, I give you back. But now you have a hardware, for twelve thousand euro and somebody comes for the hardware and pay you money. Pay you exactly the same money what cost a bitcoin, that they will just send it to me.”
“Yeah, perfect. Great.”
4.Procedure bij de rechtbank, vorderingen in hoger beroep
5.Beoordeling in hoger beroep
grieven 1 en 2komt [appellant] op tegen het oordeel van de rechtbank dat hij is gehouden om € 2.200,00 en de waarde van twee bitcoins per datum vonnis (te weten € 38.889,-00) aan [verweerder] te betalen.
exactly the same money what cost a bitcoin. [appellant] stelt wel dat hij zich door [verweerder] geïntimideerd en bedreigd voelde, maar zijn huidige ontkenning dat hij ooit twee bitcoins van [verweerder] heeft ontvangen en dat hij in het telefoongesprek van 2 april 2019 heeft gesproken over het betalen aan [verweerder] van
exactly the same money what cost a bitcoinis daarmee onvoldoende verklaard. Weliswaar spreekt hij over ‘a bitcoin’, maar gegeven het feit dat [verweerder] had gevraagd om bevestiging dat hij twéé bitcoins had geleend en zou terugbetalen, en [appellant] op dat aantal in het telefoongesprek niet specifiek ingaat, en in de onderhavige procedure ook niet verdedigt dat (het telefoongesprek zo moet worden uitgelegd dat) hij slechts één bitcoin had geleend en/of moet terugbetalen, gaat het hof uit van de juistheid van de stellingen van [verweerder] op dit punt.
grief 3komt [appellant] op tegen de afwijzing van zijn tegenvorderingen op [verweerder].
geenbetrekking hierop. Het gaat volgens hem om een eerder gemaakte afspraak en werkzaamheden die voordien waren verricht. [verweerder] betwist deze gestelde werkzaamheden en afspraken. Ter onderbouwing van zijn standpunt heeft [appellant] verwezen naar e-mailcorrespondentie tussen hem en [verweerder] van 30 september en 3 oktober 2017. Uit de e-mailcorrespondentie blijkt dat [appellant] [verweerder] een aantal links heeft toegezonden naar websites die kennelijk over crypocurrency gaan, [verweerder] [appellant] heeft medegedeeld dat aan- en verkopen niet lukt, [appellant] [verweerder] daarop heeft geantwoord dat hij het hem kan leren, waarop [verweerder] heeft voorgesteld om bij [appellant] langs te komen met zijn laptop. De correspondentie geeft onvoldoende basis aan de stelling van [appellant] dat hij voor beloning in aanmerking komende werkzaamheden voor [verweerder] heeft verricht, laat staan dat een vergoeding van 50% van de opbrengsten is overeengekomen van een door [verweerder] geëxploiteerd mining park.
6.Beslissing
- veroordeelt [appellant] om aan [verweerder] twee bitcoins te betalen op een door [verweerder] te noemen walletadres;
- compenseert de proceskosten in conventie aldus, dat iedere partij haar eigen kosten draagt;
- bekrachtigt het vonnis voor het overige;
- veroordeelt [appellant] in de kosten van het hoger beroep, aan de zijde van [verweerder] tot op heden begroot op € 343,00 voor het griffierecht en € 3.035,00 voor het salaris van de advocaat, te vermeerderen met € 278,00 voor het nasalaris, en nog te verhogen met € 92,00 indien [appellant] niet binnen 14 dagen na aanschrijving volledig aan dit arrest voldoet en vervolgens betekening ervan plaatsvindt, deze bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na de datum van dit arrest, respectievelijk – wat de € 92,00 betreft – die van betekening;
- verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst het meer of anders gevorderde af.