Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Het procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 22 juni 2020, waarmee Fluvius in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Rotterdam (hierna: de rechtbank) van 25 maart 2020 (hierna: het vonnis);
- de incidentele memorie tot voeging artikel 222 Rv van Fluvius, met bijlagen;
- de conclusie van antwoord in voegingsincident van [verweerster] ;
- de memorie van grieven tevens akte houdende wijziging eis van Fluvius, met bijlagen;
- de memorie van antwoord van [verweerster] , met bijlagen.
3.De feitelijke achtergrond
- om 11.51 uur passeerde het afvarend zeecontainerschip MSC [schip 3] de Zuider-voorhaven te Hansweert
-de gemeerde schepen zijn omstreeks 11.56 uur in beweging gekomen.
- De afstand (…) op het moment van passeren van de MSC [schip 3] tot aan de sluis in relatie met de verstreken tijd tot aan het incident is mogelijk.
Er is verder gekeken of andere schepen de hinderlijke waterbeweging zou kunnen hebben veroorzaakt. Hiervoor zijn geen aanwijzingen gevonden. (…)
4.De procedure bij de rechtbank
- Een grote waterverplaatsing die vanaf de Westerschelde de trechtervormige voorhaven voor de sluis en vervolgens de sluiskolk binnendrong heeft de aanvaring tussen de [schip 1] en de [schip 2] en de aanraking door de [schip 2] van de sluisdeur veroorzaakt (r.o. 4.14 van het vonnis).
- Deze waterverplaatsing is veroorzaakt door de MSC [schip 3] en is er de (voornaamste) oorzaak van dat de [schip 2] en de [schip 1] door hun touwen zijn geslagen (r.o. 4.15 en 4.25, tweede volzin, van het vonnis).
- De waterverplaatsing was zeer hevig, waardoor het achteruitslaan door de [schip 1] geen soelaas bood en het bijzetten van een touw niet mogelijk was. Niet aannemelijk is dat, indien de [schip 1] met nog een touw zou zijn vastgelegd, dit de voorwaartse beweging zou hebben afgeremd, de [schip 1] dan wel op haar plaats zou zijn gebleven en de botsing met de [schip 2] en/of de aanraking door de [schip 2] van de sluisdeur zou zijn voorkomen (r.o. 4.25 van het vonnis).
5.De vordering in hoger beroep
6.De beoordeling in hoger beroep
Toepasselijk recht, bevoegdheid, vorderingsgerechtigdheid Fluvius
.’