Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
- Dader 1: een Antilliaanse man, een dikkere man, niet afgetraind en kleiner dan 1.87 meter. Deze dader riep om het horloge.
- Dader 2: deze dader was dun en meer afgetraind. Hij had ongeveer dezelfde lengte als dader 1. Deze dader heeft de geweldshandelingen verricht. Waarschijnlijk is deze dader ook Antilliaans.
of omstreeks27 augustus 2021 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een
of meerander
en, althans alleen,een horloge (Rolex),
in elk geval enig goed,dat
/die geheel of ten deleaan [benadeelde partij 1]
, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)toebehoorde
(n)heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan
,envergezeld
en/of gevolgdvan geweld
en/of bedreiging met geweldtegen genoemde [benadeelde partij 1] en
/of[benadeelde partij 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken
, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,door (meermalen)
(met kracht
)vast te pakken en
/of vast te houden en/oftegen de grond te werken en
/of
tegen het lichaam en/of het hoofd en/ofin het gezicht van die [benadeelde partij 1]
te schoppen en/ofte trappen en
/ofte slaan
en/of te stompenen
/of
en/of in het gezichtvan die [benadeelde partij 2] te slaan
en/of te stompenen
/of
“Horloge, horloge!”
, althans woorden van gelijke dreigende/intimiderende aard/strekking.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden.
10 (tien) maanden,
niet ten uitvoerzal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat de verdachte:
- zich zal melden bij de reclassering en zich zal houden aan de afspraken met de toezichthouder. De verdachte zal zich blijven melden op afspraken met de reclassering, zo frequent als de instelling dit nodig acht;
- zal meewerken aan een persoonlijkheidsonderzoek bij Fivoor of soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering en zal meewerken aan de daaruit voortvloeiende behandeling. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De verdachte zal zich houden aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
- zich zal inspannen om mee te werken aan begeleiding gericht op dagbesteding en het volgen van een opleiding, vrijwillig/passend werk of ander soort dagactiviteiten;
- zich zal inspannen om zijn financiën op orde te krijgen. Indien nodig werkt hij mee aan schuldhulpverlening;
- zich zal inspannen om een geschikte woonplek te vinden of begeleid te gaan wonen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
€ 4.017,40 (vierduizend zeventien euro en veertig cent) bestaande uit € 17,40 (zeventien euro en veertig cent) materiële schade en € 4.000,00 (vierduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 762,00 (zevenhonderdtweeënzestig euro).
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
€ 4.017,40 (vierduizend zeventien euro en veertig cent) bestaande uit € 17,40 (zeventien euro en veertig cent) materiële schade en € 4.000,00 (vierduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 762,00 (zevenhonderdtweeënzestig euro).