Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Accountant Plus,
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 21 juni 2021, waarmee Salarisjobs in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 26 maart 2021;
- het arrest van dit hof van 12 oktober 2021, waarin een mondelinge behandeling is gelast;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 21 juli 2022;
- de memorie van grieven van Salarisjobs, met bijlagen 1-4;
- de memorie van antwoord van Accountant Plus, tevens memorie van grieven in incidenteel appel;
- de akte van Accountant Plus, met bijlagen 1-4;
- de memorie van antwoord in incidenteel appel van Salarisjobs;
- de antwoordakte van Salarisjobs.
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank, vorderingen in hoger beroep
5.Beoordeling in hoger beroep
6.Beslissing
- vernietigt het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 26 maart 2021;
- veroordeelt Accountant Plus tot betaling aan Salarisjobs van € 7.750,24, vermeerderd met de wettelijke handelsrente (art. 6:119a BW) over € 6.763,90 vanaf 7 september 2020;
- veroordeelt Accountant Plus in de kosten van de procedure in eerste aanleg, begroot op € 1.208,99 tot op heden, te vermeerderen met de wettelijke rente (art. 6:119 BW) vanaf veertien dagen na de datum van dit arrest;
- veroordeelt Accountant Plus in de kosten van de procedure in het hoger beroep, begroot op € 3.381,67 tot op heden, en op € 271 voor het nasalaris, nog te verhogen met € 90 als niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan dit arrest is voldaan en vervolgens betekening van dit arrest heeft plaatsgevonden, te vermeerderen met de wettelijke rente (art. 6:119 BW) vanaf veertien dagen na de datum van dit arrest, respectievelijk, wat het bedrag van € 90 betreft, na de betekening;
- verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst het meer of anders gevorderde af.