ECLI:NL:GHDHA:2023:186

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
7 februari 2023
Publicatiedatum
7 februari 2023
Zaaknummer
2200157721
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep wegens onvoldoende bewijs van verkrachting en ontuchtige handelingen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 7 februari 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 26 mei 2021. De verdachte, geboren in 1959, was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden voor verkrachting en ontuchtige handelingen. De tenlastelegging betrof incidenten die zich zouden hebben voorgedaan op 12 en 13 december 2015 in Frankrijk, waarbij de aangeefster, met wie de verdachte een relatie had, aangifte deed van verkrachting. De verdachte erkende dat er seksueel contact was geweest, maar stelde dat dit met wederzijdse instemming was gebeurd.

Tijdens de zittingen in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vroeg om vernietiging van het eerdere vonnis en vrijspraak van de verdachte. Het hof heeft het dossier en de verklaringen van zowel de aangeefster als de verdachte zorgvuldig gewogen. Het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om vast te stellen wat er precies was voorgevallen. Er waren tegenstrijdige verklaringen en het hof kon niet met voldoende zekerheid vaststellen dat de tenlastegelegde feiten waren gepleegd.

Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, omdat niet overtuigend was bewezen dat hij de verkrachting en ontuchtige handelingen had gepleegd. Het hof heeft de verweren van de verdediging verder onbesproken gelaten, gezien het gebrek aan bewijs.

Uitspraak

Rolnummer: 22-001577-21
Parketnummer: 10-712063-17
Datum uitspraak: 7 februari 2023
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 26 mei 2021 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1959,
adres: [adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1 en 2 tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden, met aftrek van voorarrest.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
hij
op of omstreeks 12 december 2015
in of nabij Xonrupt-Longemer (Frankrijk), althans op [locatie], althans in Frankrijk,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten [aangeefster], heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het (met geweld) vastpakken van de hand van die [aangeefster] en (vervolgens) dieper/verder duwen en/of bewegen van de hand/vinger(s) van die [aangeefster] in haar vagina,
het geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of de bedreiging met geweld en/of de bedreiging met (een) ander(e) feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben bestaan uit het:
- in het gezicht slaan van die [aangeefster],
- op bed gooien van die [aangeefster], en/of
- ( vervolgens)(met geweld) uitkleden van die [aangeefster], en/of
- ( meermalen) slaan en/of stompen tegen/op de rug en/of de billen en/of het hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [aangeefster], en/of
- zitten op het lichaam van die (op bed liggende) [aangeefster], en/of
- ( meermalen) stoppen van een sok in de mond/keel en/of (daarbij) dichtknijpen van de neus van die [aangeefster], en/of
- bijten in de tepel van die [aangeefster], en/of
- zitten op het lichaam van die (op bed liggende) [aangeefster], en/of
- toevoegen aan die [aangeefster] van de woorden: "je gaat met me mee naar bed en je gaat me gehoorzamen"en/of "Ik wil dat je je zelf gaat vingeren" en/of "Als je niet luistert krijg je straf" en/of "Je bent nu mijn slaaf en jij gaat luisteren" en/of "je brengt het er niet levend vanaf" en/of "Je bent erin getuind. Je moet luisteren anders krijg je straf" en/of "Als je niet luistert leggen we je tiet op de hete kachel" en/of "Als je niet luistert stoppen we een stok er van achteren in" en/of door te zeggen dat die [aangeefster] in stukken gezaagd zou worden met een kettingzaag, althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- doorgaan met genoemde handeling(en) ondanks het (mondeling) verweer van die [aangeefster];
2.
hij
op of omstreeks 12 december 2015
in of nabij Xonrupt-Longemer (Frankrijk), althans op [locatie], althans in Frankrijk,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld en/of door bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten [aangeefster], heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en),
namelijk het meerdere malen, althans eenmaal,
- aftrekken van verdachte door die [aangeefster] en/of
- vastpakken van de hand van die [aangeefster] en die (vervolgens) op zijn penis leggen en/of
- duwen en/of (vervolgens) heen en weer bewegen van een of meer vinger(s) in haar ([aangeefster]') eigen vagina en/of - betasten van en/of knijpen in en/of bijten in een borst van die [aangeefster], en/of
- betasten van/voelen aan de bil(len) en/of de vagina van die [aangeefster],
het geweld en/of een andere feitelijkhe(i)d(en) en/of de bedreiging met geweld en/of de bedreiging met andere feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben bestaan uit het
- in het gezicht slaan van die [aangeefster],
- op bed gooien van die [aangeefster], en/of
- ( vervolgens)(met geweld) uitkleden van die [aangeefster], en/of
- ( meermalen) slaan en/of stompen tegen/op de rug en/of de billen en/of het hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [aangeefster], en/of
- zitten op het lichaam van die (op bed liggende) [aangeefster], en/of
- ( meermalen) stoppen van een sok in de mond/keel en/of (daarbij) dichtknijpen van de neus van die [aangeefster], en/of
- bijten in de tepel van die [aangeefster], en/of
- toevoegen aan die [aangeefster] van de woorden: "je gaat met me mee naar bed en je gaat me gehoorzamen"en/of "Ik wil dat je je zelf gaat vingeren" en/of "Als je niet luistert krijg je straf" en/of "Je bent nu mijn slaaf en jij gaat luisteren" en/of "je brengt het er niet levend vanaf" en/of "Je bent erin getuind. Je moet luisteren anders krijg je straf" en/of "Als je niet luistert leggen we je tiet op de hete kachel" en/of "Als je niet luistert stoppen we een stok er van achteren in" en/of door te zeggen dat die [aangeefster] in stukken gezaagd zou worden met een kettingzaag, althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
- doorgaan met genoemde handeling(en) ondanks (het mondeling) verweer van die [aangeefster].
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte zal worden vrijgesproken van het onder 1 en 2 tenlastegelegde.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Vrijspraak
In deze zaak is op 5 januari 2016 door [aangeefster] aangifte gedaan van verkrachting door de verdachte, met wie zij eerder een relatie heeft gehad. De verkrachting zou hebben plaatsgevonden op 12/13 december 2015, in het vakantiehuis van de verdachte in Frankrijk. De verdachte heeft erkend dat hij toen, naar eigen zeggen heftige, seks heeft gehad met aangeefster, maar benadrukt dat er niets tegen de wil van aangeefster is gebeurd en er geen sprake is geweest van dwang.
Op grond van het naar aanleiding van de aangifte gedane onderzoek en op die basis opgebouwde, omvangrijke strafdossier en op basis van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep is het hof van oordeel dat niet (met voldoende zekerheid) kan worden vastgesteld wat er op 12 en 13 december 2015 is voorgevallen tussen aangeefster en de verdachte. In het dossier kan naar het oordeel van het hof namelijk steun worden gevonden voor zowel het scenario dat door aangeefster wordt geschetst, als het scenario dat door de verdachte consistent wordt volgehouden. Alles afwegende is het hof van oordeel dat niet op door de wet vereiste wijze kan worden vastgesteld dat de tenlastegelegde verkrachting en ontuchtige handelingen zijn gepleegd. Dit betekent dat op grond van de weliswaar voorhanden zijnde wettige bewijsmiddelen, het hof niet de overtuiging heeft gekregen dat de tenlastegelegde verkrachting en ontuchtige handelingen ook daadwerkelijk door de verdachte zijn gepleegd.
Concluderend is het hof derhalve met de advocaat-generaal en de verdediging van oordeel dat niet overtuigend is bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 en 2 is tenlastegelegd, zodat de verdachte daarvan zal worden vrijgesproken.
Gelet op het voorgaande zal het hof door de verdediging gevoerde verweren bij gebrek aan in rechte te respecteren belang verder onbesproken laten.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door mr. W.M. Limborgh,
mr. A. de Lange en mr. O.M. Harms, in bijzijn van de griffier mr. J.C.A. Verhoef.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 7 februari 2023.
Mr. A. de Lange is buiten staat dit arrest te ondertekenen.