Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.OBT B.V.,
Opmeer Drukkerij B.V.,
Drukkerij De Bink B.V.
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 18 oktober 2021, waarmee Xerox in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag 21 juli 2021, zoals hersteld op 18 augustus 2021 (hierna ook: het bestreden vonnis);
- de memorie van grieven van Xerox, met bijlagen;
- de memorie van antwoord van OBT c.s., met bijlagen;
- de op voorhand door OBT c.s. naar het hof (met cc naar Xerox) ingezonden akte houdende overlegging producties, met de bijlagen G-200 tot en met G-203 en G-126 tot en met G-131;
- de op voorhand naar het hof (met cc naar OBT c.s.) verzonden brief van mr. M.P.H. Sanders, kantoorgenoot van mr. Corsten voornoemd, van 16 november 2022, met de aanvullende producties 119 tot en met 123, een nieuwe daarmee aangevulde inventarislijst en een set van 25 originele toetsboekjes, zoals aangekondigd in paragraaf 178 van de memorie van grieven;
- de op voorhand naar het hof (met cc naar Xerox) verzonden brief van mr. Fioole van 24 oktober 2022 met de daarin aangekondigde kluis-boekjes, waarvan desgevraagd op 24 oktober 2022 door de griffie van het hof een akte van depot is opgesteld onder de vermelding “4 dozen met 360 kluis-exemplaren van de Cito-calamiteitentoets”.
3.Feitelijke achtergrond
outsourcing.
teaming agreement’gesloten, waarin is afgesproken dat partijen in het kader van die aanbestedingsprocedure gezamenlijk zouden optrekken. Xerox zou daarbij optreden als
prime contractoren OBT c.s., indien het tot gunning aan Xerox zou komen, als
subcontractor.Daarbij zou Xerox vooral het te leveren printwerk verzorgen en OBT c.s. vooral het te leveren drukwerk.
back-to-back-overeenkomst: de condities in de Overeenkomst zijn ten aanzien van de door OBT c.s. te verrichten diensten tussen Xerox en OBT c.s. van overeenkomstige toepassing, waarbij Xerox de opdrachtgever is en OBT c.s. de opdrachtnemer.
teaming agreement.Onderdeel daarvan is de bijlage ‘Exhibit A’. Daarin is onder meer opgenomen:
Xerox draagt zorg voor het printwerk (centraal/decentraal) met de hiermee samenhangende regiefunctie richting dit printwerk
Zoals ook al in de teeming agreement staat verzorgt Xerox al het printwerk en OBT al het dtp en drukwerk binnen deze aanbesteding. Incidentele afwijkingen alleen met wederzijdse goedkeuring.
in gebreke blijftaan zijn verplichtingen te voldoen. De opdrachtgever is daarnaast volgens artikel 26.1 onder (b) gerechtigd om -voor zover hier relevant- de Overeenkomst zonder enige sommatie, ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst bij aangetekend schrijven geheel of gedeeltelijk te ontbinden indien de opdrachtnemer
niet langer in staatmoet worden geacht om de verplichtingen uit deze Overeenkomst na te kunnen komen.
on holdte zetten, omdat (het Amerikaanse moederbedrijf van) Xerox werd geconfronteerd met personeelsbeperkingen waardoor onvoldoende personeelsleden beschikbaar waren voor extra werkzaamheden onder de Overeenkomst.
geeft aan dat het niet acceptabel is twee accountmanagers bij klanten te hebben lopen die elkaar beconcurreren.
geeft aan dat de Xerox site verliesgevend is geweest de afgelopen jaren …[Xerox]
stelt dat dit niet langer zo door kan gaan. Hij zal nu ingrijpen.
geeft aan dat we samen verder moeten en[Xerox]
laat weten hier niet van overtuigd te zijn.
laat weten dat we over de zaken (…) moeten praten. [Xerox]
geeft aan hier geen tijd meer voor te hebben; dat hebben we de afgelopen 2 jaar gedaan (onder andere over 1 Multi Press en 1 order management maar beide zijn een no go vanuit OBT) en kan nu niet meer.”
back-upvoor het geval de reguliere toets uitlekt. Deze
back-upversie wordt maar één keer in de zoveel jaar gedrukt. Na enkele proefdrukrondes van Xerox/OBT c.s. in de periode oktober 2018 tot begin januari 2019 heeft Xerox op 22 januari 2019 aan DUO een definitieve offerte gestuurd, waaraan DUO op 21 februari 2019 haar akkoord heeft gegeven. De opdracht van DUO behelsde het drukken van 240.000 boekjes (verdeeld over twee dagen) voor de reguliere toets 2019 en 360.000 boekjes (eveneens verdeeld over twee dagen) van de calamiteitentoets.
Tijdens het verwerken van de calamiteitentoets lopen wij tegen grote fouten aan. Caternen missen, caternen teveel, nietjes ontbreken. Deze batch wordt in quarantaine gezet, we kunnen het risico niet nemen en hebben ook een issue met het reeds geproduceerde. Ik verwacht dat jullie deze gehele zending controleren. Wij hopen dat deze problemen niet in de batch die vandaag binnen is gekomen zit, want daar gaan we mee door.”
Er zijn 6 brochures van Calamiteitenbrochure I uit de reeds verwerkte batches gehaald. (…) Drie exemplaren hebben een extra katern en drie hebben geen nietje en een katern te weinig. (…) Het is te betreuren dat er nu in de oplage 6 missers aan getroffen zijn. We hebben begrepen dat Xerox steekproeven heeft genomen in de partij en geen andere missers heeft aangetroffen. Ook tijdens de productie toen wij er waren zijn verder geen missers meer aangetroffen. (…) Xerox gaat dan ook door met de productie.(…)”.
Dank voor het rapport. Ik kan je melden dat er inmiddels ook missers aangetroffen zijn in de vervolgpartij! Het is volstrekt niet zo dat wij een 100 % controle uitgevoerd hebben, dat kunnen wij absoluut niet garanderen. Het is aan jullie om de 100 % te garanderen, dan wel een herstel voor te stellen. De conclusie zeker na het vinden van wederom een misser na het vertrek van[de medewerkers van OBT c.s.]
naar ik veronderstel, schijnt een ander licht op de situatie dan het rapport suggereert. Het belang van de productie en de impact van de missers is heel groot (…). In het gesprek heeft[de medewerker van OBT c.s.]
nog aangegeven dat er een 100 % controle moet komen? Dat is de richting waar wij een voorstel in verwachten. Ik ben morgen ochtend in Venray en laat me informeren of de exemplaren van vrijdagmiddag, waarna wederom terugkoppeling.”
Ons advies zou zijn: de hele partij geproduceerde boekjes dag 1 en dag 2 van de calamiteitentoets afkeuren en opnieuw laten produceren door een andere partij. De reeds gesealde setjes opslaan in Venray en dan secure laten vernietigen.”
Er is besloten dat de calamiteitentoets moet opnieuw worden geproduceerd. Kun jij dit z.s.m. alles in werking zetten en er alles aan doen inclusief al jullie opties om dit te realiseren. Graag ontvangen wij jullie planning.”
Naar aanleiding van ons telefoongesprek van einde middag heb ik van je begrepen dat de klant in samenspraak met de stuurgroep van Xerox de wens heeft neergelegd dat de Calamiteitentoets opnieuw geproduceerd moet worden. (…). Als je hiermee bedoelt dat je de totale oplage van beide Calamiteiten brochures afkeurt en hiermee aangeeft dat ze op onze kosten opnieuw geproduceerd moeten worden dan kunnen wij hiermee niet akkoord gaan. Los van het feit dat het opnieuw produceren van de brochures irreëel is kan en zal ik (…) nooit een 100 % garantie afgeven. (…). Trouwens het opnieuw produceren van de Calamiteitentoets neemt minimaal 6 weken in beslag, waardoor de toets dit jaar niet meer ingezet kan worden. (…). De kans bestaat helaas dat er nog meer foute brochures in de oplage zitten. Al verwacht ik dat dit nooit meer dan enkele exemplaren zijn. Doordat jullie de gesealde pakjes nu verfijnder wegen zullen deze onderschept worden. Mocht dit niet voldoende garantie zijn, dan verneem ik graag jullie onderbouwing hiervan. Een oplossing zal dan kunnen zijn om de eerste gesealde oplage –of de totale oplage—geheel te controleren. Hoe, waar en wanneer zullen we dan samen moeten afstemmen.”
Zoals besproken hebben we in de Calamiteitentoets middels en steekproef een viertal problemen gevonden in de door jullie gedrukte exemplaren van de toets: 1. Er zijn exemplaren gevonden waarin te weinig katernen zitten: er ontbreekt toetsmateriaal.
(…) Ook hier kunnen wij niet mee akkoord gaan. De enige juiste oplossing is het in zijn geheel controleren en herstellen van de totale oplage van de twee calamiteiten brochures. Wij hebben de foute brochures veroorzaakt en wij hebben het recht om dat te herstellen. Wij willen de brochures ophalen en per stuk controleren. Alleen op deze manier kunnen wij de enkele foute brochures verwijderen en een 100 % foutloze productie garanderen. We treden graag in overleg over het ophalen van de brochures en het tijdsbestek waarin dat zal plaatsvinden.”
Zoals je (…) hebt kunnen lezen hebben wij voor onze klant direct moeten schakelen. Overleg is daarover nu niet mogelijk (…). Onze prioriteit ligt bij de klant.“
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Gronden voor ontbinding of opzegging
De offerte en de gevraagde stukken kunnen slechts tot een productieorder leiden wanneer DUO en haar ketenpartners 100% - garantie krijgen dat de productie en diensten die worden gevraagd ook daadwerkelijk door Xerox/OBT kunnen worden gerealiseerd zonder enig voorbehoud in welke vorm dan ook.” en: “
Een bestelling voor een school moet 100 % compleet en 100 % correct zijn voor aflevering.”.In het door DUO meegezonden, door OBT c.s. later met prijzen ingevulde Excel sheet ‘Technische specificaties Centrale Eindtoets 2018-2019’ staat onder het kopje ‘Algemeen’ over deze eisen nog eens door DUO opgenomen:
“- GÉÉN OVER OF ONDERLEVERING, - Kwaliteit moet maximaal haalbare, - 100 % is het credo.” In het ‘secure printing protocol’, op basis waarvan volgens Xerox ook door OBT c.s. moest worden gewerkt, staat op dit punt verder opgenomen: “
Borging 100% conformiteit proces.(…)
Locatie dient 100% geoutilleerd te zijn voor geheim drukwerk(…)
Materiaal dient altijd aan de 100% norm te voldoen.(…)
Elk materiaal voldoet aan de hoogste norm. De procesgang zorgt ervoor dat verwisseling van pagina’s, het ontbreken van pagina’s, het mee vergaren van misdrukken dan wel inschiet volledig is uitgesloten. Deelnemers aan de evenementen mogen nimmer worden gestoord door onregelmatigheden in het drukwerk en/of oplages. (…)
Borging 100% juistheid van bestelling per afleveradres. (….)
Levering conform specificatie 100%.”Bij de controle (steekproefsgewijs) en de voorverpakking van de 180.000 door OBT c.s. als eerste opgeleverde calamiteitentoets op donderdag 4 april 2019 liep Xerox echter “
tegen grote fouten aan. Caternen missen, caternen te veel, nietjes ontbreken.”, aldus Xerox in haar e-mail aan OBT c.s. van 4 april 2019. Kort daarna zijn in de door Xerox gecontroleerde vervolgpartij ook “
missers” aangetroffen. Naar aanleiding daarvan wees Xerox OBT c.s. in haar e-mail van 7 april 2019 erop dat het aan OBT c.s. was om de 100% te garanderen, dan wel een herstel voor te stellen, en dat Xerox van OBT c.s. een voorstel verwachtte in de richting van een 100% controle. In haar e-mail van 8 april 2019 aan Xerox betwistte OBT c.s. in reactie daarop dat zij voor de calamiteitentoets ooit een 100% kwaliteitsgarantie had afgegeven en weigerde zij om op haar kosten de herdruk ervan te verzorgen, waarmee OBT c.s., aldus Xerox, ten aanzien van deze drukopdracht in verzuim raakte. Omdat OBT c.s. kennelijk ook niet in staat was om te achterhalen hoe de fouten werden veroorzaakt en Xerox toen dus wist dat zij de 100% correct garantie ten aanzien van de door OBT c.s. geleverde calamiteitenboekjes niet kon waarmaken, zag zij zich na de weigering van OBT c.s. om tot herdruk over te gaan genoodzaakt om DUO te adviseren om de boekjes te laten herdrukken door een derde partij, en die derde partij ook daadwerkelijk opdracht te geven tot die herdruk over te gaan, aldus nog steeds Xerox over deze tekortkoming van OBT c.s.
Daarnaast is het zo dat op het moment dat er een proefoplage gedraaid wordt, de oplage kleiner is en de kans op smetten groter is (met de huidige specificaties). Indien we op de huidige manier in productie gaan produceren bieden jullie een garantie van 99% vlek- cq smetvrij. Door de grote run zijn de machines beter afgesteld en krijgt het papier ook langer de kans om te drogen.”, waarna OBT c.s. aan Xerox terugmailt: “
De 99% garantie geheel vlek- en smetvrij is natuurlijk wel tijdens ons productie productieproces. Wat er later gebeurt met in- en uitpakken van de brochures valt daar niet onder.” Het Verkenningsdocument waarnaar Xerox heeft verwezen heeft volgens OBT c.s. geen betrekking op de aan haar verstrekte opdracht voor het DUO-drukwerk voor de Citotoets. Dit document ziet op het door Xerox te verrichten printwerk ten behoeve van de examens in het voortgezet onderwijs, aldus OBT c.s. Wel had zij in het kader van haar streven naar het ‘maximaal haalbare’, los van haar ISO:9001 kwaliteitscontroles, (in overleg met Xerox) extra controlemechanismes ingebouwd om de kans op misdrukken zoveel mogelijk te verkleinen. Volgens OBT c.s. is het verder zo dat het handjevol misdrukken van te geringe betekenis was om de OBeliX-overeenkomst te ontbinden en verkeerde zij ter zake in elk geval niet in verzuim nu zij herstel in de vorm van een handmatige 100% controle had aangeboden.
nagenoeg foutloos” diende te zijn. Met een foutpercentage van 0,017 is daaraan naar het oordeel van het hof ruimschoots voldaan. Het had na deze gemotiveerde betwisting op de weg van Xerox gelegen om haar stelling op dit punt nader te onderbouwen, maar dat heeft zij nagelaten. Het door haar aangehaalde ‘Verkenningsdocument’ is geen onderdeel (geworden) van de door haar met OBT c.s. afgesloten OBeliX-overeenkomst. Evenmin heeft zij gesteld dat het ‘secure printing protocol’ waarop zij zich heeft beroepen, onderdeel was van hetgeen zij met OBT c.s. in het kader van de OBeliX-overeenkomst had afgesproken. Ook het feit dat DUO naar aanleiding van de 20 gevonden missers in de reguliere Cito-toets 2019 geen klacht heeft ingediend, laat staan zich te dien aanzien heeft beroepen op een tekortkoming aan de zijde van Xerox/OBT c.s., wijst er niet op dat ten aanzien van het door OBT c.s. te leveren drukwerk een 100% garantie gold. Xerox heeft integendeel gewoon de vervolgopdracht gekregen van DUO voor het leveren van de Cito-toets schooljaar 2019-2020. Dat OBT c.s. jegens Xerox tekortgeschoten is wat betreft de haar opgedragen werkzaamheden in het kader van de DUO-calamiteitentoets is het hof dan ook niet gebleken. Aan het subsidiaire verweer van OBT c.s. over het uitblijven van verzuim aan haar zijde komt het hof daarom niet toe.
enterprise resource planning (ERP). Het gaat dan om het bijhouden van de opdrachtenstroom, het offertetraject, de productieplanning, de fase van uitvoering, de administratieve en financiële afwikkeling, de facturatie, de debiteurenbestanden en de export van gegevens voor de boekhoudkundige verwerking door de beide bedrijven van Xerox en OBT c.s. Bij Xerox wordt voor de
ERPwereldwijd het softwarepakket SAP gebruikt. Bij OBT c.s. werd hiervoor een voor de grafische industrie gespecialiseerd pakket gebruikt, te weten Multipress. Om de uit de Overeenkomst voortvloeiende opdrachtenstroom als (hoofd)opdrachtnemer van de overheid te kunnen monitoren en beter bij te kunnen houden was volgens Xerox een samengevoegd ERP-systeem nodig, en in het kader van de samenwerking met OBT c.s. onder de OBeliX-overeenkomst was zij bereid om daarvoor het Multipress-systeem van OBT c.s. te gebruiken. OBT c.s. weigerde echter structureel om Xerox toegang te verschaffen tot de Multipress omgeving van OBT c.s., terwijl dat in feite al in november 2014 zo met elkaar was afgestemd. Toen had Xerox immers al het document ‘Beschrijving werkproces en functionele
requirementsinformatievoorziening Xerox/OBT’ gedistribueerd, waarin de werkstroom wordt uitgewerkt om het grote volume aan overheidsorders te kunnen verwerken. Door de stelselmatige weigering van OBT c.s. had Xerox met name geen
real timeinzicht in het offertetraject van OBT c.s., hetgeen de samenwerking tussen partijen, zoals die onder de OBeliX-overeenkomst was beoogd, ernstig frustreerde. Ondanks de vele besprekingen die Xerox hierover met OBT c.s. heeft gevoerd en de start van het project OBliX 2.0 op 20 maart 2018 was in maart 2019 op dit punt nog altijd geen voortgang geboekt. Xerox heeft tijdens de bespreking op 15 maart 2019 daarom een ultimatum gesteld toen bleek dat één Multipress- of één gezamenlijk ordermanagement systeem voor OBT c.s. een
no gowas. Blijkens het concept-verslag van die vergadering heeft Xerox toen aan OBT c.s. duidelijk gemaakt dat Xerox de situatie van twee accountmanagers bij klanten niet acceptabel vond, dat Xerox de afgelopen jaren verlieslatend is geweest en daarom nu gaat ingrijpen en dat Xerox geen tijd meer had om samen te praten en dat dat nu niet meer kon. Xerox stelt dat dit ultimatum, mede gelet op hetgeen haar voormalige medewerkers A. Vlaander (onder ede ten overstaan van de notaris) en S. van Grieken daarover hebben verklaard, niet anders kon worden begrepen dan als een door Xerox aan OBT c.s. gerichte ingebrekestelling.
teaming agreementbehorende Exhibit A: “
OBT verzorgt het drukwerk met de hiermee samenhangende regiefunctie richting het drukwerk”en de Bijlage A bij de OBeliX-overeenkomst: “
Ieder (Xerox en OBT) is zelf verantwoordelijk voor zijn eigen omzet. Zowel voor de acquisitie als realisatie en uitvoering. Voor de acquisitie van nieuwe business heeft een ieder een licence to hunt. Nieuwe business wordt voor rekening en levering van de partner die de business contracteert en uitvoert.”Zij nam drukwerk aanvragen daarom altijd zelf in behandeling, maakte daar zelf offertes voor en bracht die offertes dan ook zelf uit aan de Rijksoverheid, zij het dat zij daarbij zoals afgesproken gebruik maakte van het Xerox-briefpapier. Vanaf het moment waarop OBT c.s. de drukwerkorder had bevestigd kon Xerox het verdere proces in haar eigen Multipress-systeem
real timevolgen doordat dat systeem was gekoppeld aan de Multipress-systemen van Opmeer en De Bink. Xerox kon de klant dan zelf factureren. In het daaraan voorafgaande offerte traject werd Xerox niet betrokken om de doelmatigheid van de communicatie met de klant te waarborgen. Daarnaast heeft OBT c.s. medio 2015 de zogenaamde Offertemonitor ingevoerd. Daarmee had Xerox op ieder gewenst moment
real timeinzage in alle gegevens uit alle offertes van OBT c.s. Een volledige samenvoeging van de Multipress-systemen van Opmeer, De Bink en Xerox was volgens OBT c.s. niet mogelijk. Iedere grafische onderneming heeft namelijk een andere bedrijfsomvang, een eigen kostenstructuur, een eigen bedrijfsvoering en eigen machines die weer andere grafische mogelijkheden kunnen bieden dan andere ondernemingen, aldus OBT c.s., die daaraan heeft toegevoegd dat ieder Multipress-systeem daarom zorgvuldig is toegesneden op de eigen kenmerken van de onderneming. OBT c.s. stelt dat zij Xerox later ook nog heeft voorgesteld om de Multipress-systemen zodanig aan elkaar te koppelen dat Xerox niet alleen inzage in de orders, maar ook in de offertes van OBT c.s. zou krijgen, maar dat dat door Xerox werd afgewezen omdat zij alleen volledige samenvoeging wenste of in elk geval een zodanig nauwe koppeling dat zij ook inzage zou krijgen in de aan de offertes van OBT c.s. ten grondslag liggende calculaties. Aan dat laatste wilde OBT c.s. niet meewerken, omdat Xerox dan toegang zou krijgen tot de interne bedrijfsgevoelige informatie van OBT c.s., terwijl dat voor de vervulling van haar rol als hoofdopdrachtnemer bij de Overeenkomst helemaal niet nodig was, aldus nog steeds OBT c.s.
nadatde order was bevestigd, zoals Xerox heeft betoogd, is door OBT c.s. bestreden en door Xerox vervolgens niet nader toegelicht of onderbouwd. OBT c.s. heeft gemotiveerd betoogd dat het rechtstreekse contact tussen haar en de klant in het offertetraject, dus zonder tussenkomst van Xerox, leidde tot een efficiëntere bediening van de klant. Voor een
real timeinzicht in het ordertraject waren de systemen van Xerox en OBT c.s. gekoppeld. Daarnaast had Xerox door middel van de zogenoemde Offertemonitor inzage in de offertegegevens van OBT c.s. Niet gebleken is dat partijen nader zijn overeengekomen dat het ordermanagementsysteem van beide bedrijven zodanig zou (moeten) worden samengevoegd dat Xerox alsnog ook
real timeinzage zou krijgen in het gehele (drukwerk) offertetraject van OBT c.s. of in de wijze waarop haar drukwerkorders tot stand kwamen. Ook het in 2018 ingezette project OBliX 2.0 heeft niet geleid tot dergelijke nadere afspraken over de samenvoeging van ERP-systemen. Na de gemotiveerde betwisting op dat punt door OBT c.s. heeft Xerox ook niet voldoende nader toegelicht dat en waarom een dergelijk gezamenlijk systeem voor de vervulling van haar taken en verantwoordelijkheden als hoofdopdrachtnemer onder de Aanbesteding noodzakelijk zou zijn geweest, noch ook dat de afgesproken wijze van samenwerking onder de OBeliX-overeenkomst deze volledige samenvoeging, buiten de reeds bestaande koppeling tussen de bestaande Multipress-systemen en de door OBT c.s. geboden mogelijkheid tot inzage in de offertegegevens, van OBT c.s. eiste. Het hof kan dan ook niet inzien in welk opzicht OBT c.s. op dit punt jegens Xerox zou zijn tekortgeschoten in de samenwerking.
De afgelopen maand is er nog steeds printwerk gedaan door OBT en dat kan niet zonder afstemming. Print werk is printwerk en drukwerk is drukwerk.” Het verslag van dat directie-overleg, waarin ook de aftrap plaatsvond van het project OBliX 2.0, vermeldt hierover: “
In 2017 en ook in de eerste 2 maanden 2018 is er een aanzienlijk deel print door OBT gedaan. Er worden hiervoor diverse redenen vanuit OBT aangedragen;(…)
Statement Xerox is “Print is Print” en Print is voor Xerox binnen dit contract.” Uit een door Xerox opgesteld overzicht van de omzet uit hoofde van de OBeliX-overeenkomst blijkt verder dat OBT c.s. in 2018 17,1% van alle printopdrachten heeft verricht en over de eerste maanden van 2019 zelfs 27,3%. Dit printwerk is niet in opdracht van of na afstemming met Xerox verricht, hetgeen volgens Xerox een bewuste en fundamentele schending door OBT c.s. van de OBeliX-overeenkomst oplevert. Nu herstel daarvan niet meer mogelijk is verkeerde OBT c.s. op dit punt langdurig en stelselmatig in verzuim, aldus nog steeds Xerox.
OBT verzorgt al het drukwerk, inclusief al het point of sale materiaal. De bepaling wat drukwerk en printwerk is wordt in onderling overleg gedaan, op basis van logica, waarin de factoren oplage, volume, levertijd en kwaliteit en klantwens wordt meegenomen.” Bovendien blijkt uit het verslag van het overleg dat in 10 juli 2018 plaatsvond ten behoeve van de verdere afspraken en werkwijzen onder het Project OBliX 2.0 dat voor de regel Print=Print een belangrijke uitzondering gold, namelijk:
“…..wordt het printwerk door Xerox gedaan, tenzij: * er specifieke kwaliteitseisen (bv een specifieke papiersoort) aan de opdracht zijn gesteld, waardoor het printwerk niet op de machines, die Xerox tot haar beschikking heeft, uitgevoerd kan worden. (…).” Daarnaast ging het volgens OBT c.s. wel eens om combinatie-opdrachten met zowel elementen van printwerk als drukwerk en werd zo’n opdracht dan alleen onder een van beide geboekt. Ten slotte heeft OBT c.s. ook wel printwerk verricht omdat Xerox haar dat vanwege voortdurende onderbezetting zelf vroeg, aldus OBT c.s.
één der partners aantoonbaar niet langer winstgevend kan opereren, [..]
de andere partner de verplichting[heeft]
zich maximaal in te spannen om te helpen weer winstgevendheid voor beide te realiseren.” Het hof heeft op grond van de stellingen van Xerox echter niet kunnen vaststellen dat OBT c.s. zich niet aan deze inspanningsverplichting heeft gehouden. Die verplichting kan in elk geval niet meebrengen dat OBT c.s. de door haar gemaakte efficiëntieslag bij het (onder de OBeliX-overeenkomst toegestane) rechtstreeks verwerven en invullen van drukwerkorders onder de Aanbesteding zou moeten terugdraaien om de enkele reden dat Xerox in die aanbesteding had te gelden als de hoofdopdrachtnemer. Evenmin kan OBT c.s. met een verwijzing naar haar inspanningsverplichting worden verweten dat de stroom drukwerkopdrachten onder de Aanbesteding in de loop der jaren steeds meer toenam ten koste van de stroom printwerkorders. Dat dat kwam doordat OBT c.s. Xerox ten overstaan van haar klanten negatief zou hebben afgeschilderd of opdrachten voor printwerk als (elektronisch) drukwerk zou hebben uitgevoerd is door Xerox, na de betwisting daarvan door OBT c.s., niet wezenlijk gesubstantieerd of onderbouwd. Ook de omstandigheid dat OBT c.s. gedurende in elk geval de eerste negen maanden van 2015 buiten de OBeliX-overeenkomst om is blijven werken voor het ministerie van Defensie maakt het voorgaande niet anders. Naar OBT c.s. hierover onbestreden heeft aangevoerd was zij voorafgaand aan de Aanbesteding voor dit ministerie immers al de exclusieve leverancier van druk- én printwerk. Het hof neemt dan ook aan dat dit aanvankelijk buiten de ObeliX-overeenkomst om verrichte werk voor het ministerie slechts van tijdelijke aard was en inherent aan de overgang van de oude naar de nieuwe werkafspraken.
te allen tijdekan opzeggen. Blijkens artikel 8.1 van de OBeliX-overeenkomst hebben partijen niet beoogd om van dit uitgangspunt af te wijken, nu in dat artikel slechts wordt verwezen naar artikel 26 van de Overeenkomst dat uitdrukkelijk niet gaat over opzegging maar over ontbinding. Ook elders in de OBeliX-overeenkomst zijn partijen geen specifieke regeling voor opzegging overeengekomen, hetgeen er volgens Xerox op wijst dat zij niet een van artikel 7:408 lid 1 BW afwijkende regeling wensten af te spreken.