ECLI:NL:GHDHA:2023:1067
Gerechtshof Den Haag
- Beschikking
- A. Zonneveld
- E.A. Mink
- E.C. Punselie
- Rechtspraak.nl
Toepasselijk recht op verzoek van de vrouw tot betaling Iraanse bruidsgave
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 10 mei 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de vraag welk recht van toepassing is op het verzoek van de vrouw tot betaling van de Iraanse bruidsgave. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. K. Mohasselzadeh, stelde dat Iraans recht van toepassing was, terwijl de man, vertegenwoordigd door advocaat mr. C.E. Koopmans, betoogde dat Nederlands recht van toepassing moest zijn. Het hof oordeelde dat, hoewel de bruidsgave voortvloeit uit het huwelijk dat in Iran is gesloten, de omstandigheden van de zaak een nauwere band met het Nederlands recht rechtvaardigen. Het hof wees het verzoek van de vrouw tot nakoming van de bruidsgave af, omdat het verzoek naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar werd geacht. Het hof concludeerde dat de vrouw, die inmiddels in Nederland woont en partneralimentatie ontvangt, niet tegelijkertijd aanspraak kan maken op de bruidsgave. De beslissing van de rechtbank werd bekrachtigd, met de opmerking dat het huwelijk naar Iraans recht in stand blijft, wat mogelijk gevolgen kan hebben voor de afwikkeling van de bruidsgave indien de vrouw naar Iran terugkeert.