Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaardingen van 10 en 11 juni 2020 waarmee GIA in hoger beroep is gekomen van het in beide zaken gewezen vonnis van de rechtbank Den Haag van 11 maart 2020 (hierna: het Vonnis);
- het aan Gallup Inc. betekende herstelexploot van 19 oktober 2020;
- de memories van grieven van GIA, met producties;
- de memories van antwoord van Gallup, met producties;
- de producties die GIA ter gelegenheid van de hierna te noemen mondelinge behandeling heeft overgelegd.
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
het doel en de bestemming van de betrokken waren of diensten” het relevante criterium is om een als zelfstandig te beschouwen samenhangende subcategorie van waren of diensten te identificeren. Het hof oordeelde verder dat voor de beoordeling van de vraag of de waren of diensten waarvoor de houder van een merk dit merk heeft gebruikt, behoren tot een zelfstandige subcategorie van de waren- of dienstencategorie waarvoor dat merk is ingeschreven, enkel de vraag van belang is “
of de consument die een waar of een dienst wenst te kopen die tot de categorie van waren of diensten behoort waarop het betrokken merk betrekking heeft, alle waren of diensten van die categorie zal associëren met dit merk”.
class headings’ en (sub)categorie ‘onderzoek’ uit de klasse 35, brengt op grond van het IP Translator-arrest van het HvJEU met zich dat deze termen moeten worden gelezen naar de strikte betekenis van de letterlijke tekst daarvan, aldus GIA. Het hof volgt GIA daarin niet.
mitsde dienstencategorie waarvoor het merk is ingeschreven voldoende ruim is om daarin subcategorieën te kunnen onderscheiden die voldoende van elkaar verschillen om logische subcategorieën te kunnen vormen – brengt niet met zich dat indien een merkhouder ervoor kiest zijn merk in te schrijven voor twee of meer beperktere, meer specifiek omschreven, subcategorieën diensten binnen een bepaalde klasse, die specifiekere diensten dan ook altijd zelfstandige, duidelijk van elkaar te onderscheiden, subcategorieën zijn. GIA heeft ook onvoldoende onderbouwd dat het relevante publiek die categorieën wel als zodanige zelfstandige subcategorieën zou opvatten.
publiekeopinie
naar aanleiding van een kwestie van actuele aard, ten onrechte aansluiting gezocht bij definities / omschrijvingen van ‘
publicopinion polls’. Die beperking ligt niet in de gebruikte omschrijving ‘opinieonderzoek’ besloten en is overigens ook niet in overeenstemming met de eigen stelling van GIA dat ingevolge het IP Translator-arrest specifieke termen alleen mogen worden gelezen naar de letterlijke tekst en niet mogen worden uitgelegd.
for profit”) organisatie (en dus geen (semi-)overheid) is.
may not use Gallup’s name, trademarks (…) in any manner including, but not limited to, advertising, publicity, user lists, or customer lists, unless Consultant has received prior written consent from (…) Gallup (…)”. Het is duidelijk dat deze bepaling alleen ziet op het gebruik van de Gallup-merken door de Consultant voor haar eigen (marketing) activiteiten en niet ziet op het gebruik van de Merken in het kader van de door die Consultant in opdracht en ten behoeve van Gallup uit te voeren onderzoeken. Dat de interviews door de Consultant worden uitgevoerd ten behoeve van Gallup en dat dit ook (met toestemming van Gallup) wordt vermeld, blijkt (bijvoorbeeld) uit de voor Nederland gebruikte vragenlijst: “
Gallup is conducting this survey to obtain your opinion on a variety of topics about the Netherlands and the area where you live.”. Zoals volgt uit artikel 2.26 lid 3 sub c BVIE (vgl. r.o. 6.4), moet dit gebruik van de Merken aan Gallup worden toegerekend.
tevensals merkgebruik te gelden.
teaser’ – voor de tegen betaling aangeboden Gallup Analytics dienst waarmee (veel) meer data beschikbaar zijn dan die door Gallup worden gepubliceerd.
employee engagement surveys’. Met deze onderzoeken wordt de toewijding en betrokkenheid van werknemers bij de onderneming waar zij werkzaam zijn onderzocht en ten behoeve van de onderneming in een rapportage vastgelegd, teneinde daarmee (uiteindelijk) de bedrijfsresultaten te verbeteren.