Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
e-mailbericht van 29 oktober 2021.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
6.De beslissing
€ 559,-;
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 12 januari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beloning voor aanvangswerkzaamheden van de opvolgend bewindvoerder, Motio, na het ontslag van de voormalige bewindvoerder. De zaak betreft een verzoek van Motio om de bestreden beschikking van de kantonrechter te vernietigen, waarin was bepaald dat Motio geen beloning toekwam voor de aanvangswerkzaamheden. Het hof oordeelt dat de kantonrechter in strijd met de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren heeft gehandeld door geen beloning toe te kennen. Het hof stelt vast dat de noodzaak tot bedrijfsbeëindiging van de voormalige bewindvoerder vanwege pensioen geen uitzonderlijke omstandigheid is die rechtvaardigt dat Motio geen beloning ontvangt. Het hof vernietigt de bestreden beschikking en kent Motio alsnog een beloning van € 559,- toe voor de aanvangswerkzaamheden. De proceskosten in hoger beroep worden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij de eigen kosten draagt.