Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Zaaknummer rechtbank : 9286544/21-50403
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak heeft Kwik-Fit Nederland B.V. op 25 november 2022 een wrakingsverzoek ingediend tegen de raadsheren van het Gerechtshof Den Haag, bestaande uit mrs. C.A. Joustra, R.F.J. Thiessen en J.M. Rowel-van der Linde. Het verzoek tot wraking werd gedaan naar aanleiding van een mondelinge behandeling in een procedure tussen Kwik-Fit als appellante en een wederpartij als geïntimeerde. Kwik-Fit stelde dat de raadsheren niet onpartijdig waren, omdat zij tijdens de zitting standpunten innamen over camerabeelden zonder vragen te stellen aan de partijen. De wrakingskamer heeft de zaak op 9 december 2022 behandeld, waarbij mr. A.J. Verweij, de advocaat van Kwik-Fit, het verzoek heeft toegelicht.
De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de grond voor het wrakingsverzoek onvoldoende onderbouwd was. De raadsheren hebben verklaard dat zij zich niet konden voorbereiden op de nieuwe wrakingsgrond die tijdens de zitting werd aangevoerd. De wrakingskamer oordeelde dat de door Kwik-Fit aangedragen omstandigheden niet voldoende bewijs opleverden voor een vooringenomenheid van de raadsheren. Het hof benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken.
Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking afgewezen, met de conclusie dat er geen objectieve grond was om aan te nemen dat de raadsheren vooringenomen waren. De beslissing werd genomen op 16 december 2022 en is uitgesproken ter openbare terechtzitting. Een afschrift van de beslissing is verzonden aan de betrokken partijen, waaronder de advocaat van Kwik-Fit en de raadsheren.