ECLI:NL:GHDHA:2022:2280
Gerechtshof Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Bekrachtiging van vervangende toestemming tot erkenning en verzoek om gezamenlijk gezag en omgangsregeling in een complexe familierechtelijke zaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 2 november 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de erkenning van twee minderjarigen en de verzoeken van de moeder en de man. De moeder, zonder bekende woon- of verblijfplaats, heeft verzocht om de erkenning van de kinderen door de man te vernietigen, terwijl de man verzocht om erkenning en gezamenlijk gezag. Het hof heeft vastgesteld dat de man de verwekker is van de kinderen, maar dat er geen contact is tussen de ouders en dat de moeder geen medewerking verleent aan een DNA-onderzoek. De kinderen zijn onder toezicht gesteld van een gecertificeerde instelling, maar de moeder en de kinderen zijn niet bereikbaar. Het hof heeft geoordeeld dat de erkenning door de man in het belang van de kinderen is, omdat zij het recht hebben om te weten van wie zij afstammen. De verzoeken van de moeder om gezamenlijk gezag en omgang zijn afgewezen, omdat er geen contact is tussen de ouders en de situatie onduidelijk is. Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank bekrachtigd en de bijzondere curator ontslagen van haar taak.