Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte]
hij op of omstreeks 12 augustus 2013 te 's-Gravenhage tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres]) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 150 hennepplanten, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
hij in of omstreeks de periode van 6 september 2012 tot en met 11 augustus 2013 te 's-Gravenhage tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of vervoerd en/of verstrekt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres]) een hoeveelheid hennep en/of een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
hij in of omstreeks de periode van 6 september 2012 tot en met 12 augustus 2013 te 's-Gravenhage met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid stroom, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Stedin Netbeheer B.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
- Op 12 augustus 2013 is de hennepkwekerij in de woning van de verdachte aangetroffen.
- Sedert 23 december 2013 heeft de verdachte de status van niet-ingezetene en is zijn adres onbekend.
- Na uitreiking van de dagvaarding aan de griffier op 4 februari 2014 heeft de rechtbank Den Haag op 21 maart 2014 - bij verstek - vonnis gewezen.
- Vanaf 17 september 2019 heeft de verdachte weer de status van ingezetene en is zijn adres bekend.
- Op 23 november 2019 is de mededeling van de uitspraak van de rechtbank d.d. 21 maart 2014 aan de verdachte in persoon betekend.
- Op 2 december 2019 is namens de verdachte hoger beroep aangetekend.
hij op
of omstreeks12 augustus 2013 te 's-Gravenhage tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen,opzettelijk aanwezig heeft gehad
(in een pand aan de [adres]
)een hoeveelheid van
(in totaal
) ongeveer150 hennepplanten,
althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan,in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II
, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
hij in
of omstreeksde periode van
1 april 2013tot en met 11 augustus 2013 te 's-Gravenhage tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen,opzettelijk heeft geteeld
en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of vervoerd en/of verstrekt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres]
) een hoeveelheid hennep en/of een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk gevaleen hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst II
, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van die wet;
hij in
of omstreeksde periode van
1 april 2013tot en met 12 augustus 2013 te 's-Gravenhage met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid stroom
, in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan Stedin Netbeheer B.V.
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
diefstal.
BESLISSING
€ 956,52 (negenhonderdzesenvijftig euro en tweeënvijftig cent) ter zake van materiële schade.