Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
190 (honderdnegentig) dagen.
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 22 september 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische kamer van de rechtbank Den Haag. De verdachte, geboren in Syrië in 1994, was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 maanden, waarvan 2 maanden voorwaardelijk, voor diefstal en heling van beschermde vogels. Het hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld na het hoger beroep dat door de verdachte was ingesteld. De tenlastelegging omvatte meerdere diefstallen van beschermde vogelsoorten, waaronder Groenewang-amazones en Oranjekuif-kaketoes, gepleegd in de periode van september 2014 tot november 2014 in verschillende locaties in Nederland.
Tijdens de behandeling in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die bevestiging van het vonnis waarvan beroep heeft gevorderd. Het hof heeft vastgesteld dat de redelijke termijn van de procedure, zoals bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, met meer dan drie jaar is overschreden. Dit heeft geleid tot een aanpassing van de strafmaat. Het hof heeft de gevangenisstraf gematigd tot 190 dagen, met aftrek van voorarrest, en het vonnis voor het overige bevestigd. De beslissing op de vordering van de benadeelde partij, Avifauna, is eveneens in stand gebleven, omdat de ondertekenaar van de vordering als wettelijk vertegenwoordiger kon optreden.
Het hof heeft de relevante wettelijke voorschriften in acht genomen, waaronder de Flora- en faunawet en het Wetboek van Strafrecht, en heeft de zaak met zorgvuldigheid behandeld, waarbij het hof de verklaringen van de verdachte en de medeverdachten heeft gewogen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, en het arrest is openbaar uitgesproken.