Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Zaaknummer rechtbank : C/09/569033 HA ZA 19-212
Publicatie vonnis : ECLI:NL:RBDHA:2020:1479
1.[appellant 1] ,
[appellant 2],
wonend in [woonplaats] ,
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2],
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 2 november 2020 waarmee [appellant] in hoger beroep is gekomen van de tussen partijen in de zaak met bovenvermeld nummer gewezen vonnissen van de rechtbank Den Haag van 15 mei 2019, 26 februari 2020, 1 juli 2020 en 7 oktober 2020;
- de memorie van grieven van [appellant] , met bijlagen;
- de memorie van antwoord van [geïntimeerde] , met bijlagen;
- de akte na memorie van antwoord van [appellant] , met bijlagen;
- de antwoordakte van [geïntimeerde] , met bijlagen.
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
bezit(in dit geval door [geïntimeerde] gedurende 20 jaar). Houderschap is daarvoor onvoldoende. Zoals de rechtbank terecht heeft overwogen is voor bezit onder meer vereist dat de bezitter (i) de betreffende grond houdt voor zichzelf en (ii) zich zo gedraagt dat de eigenaar tegen wie de verjaring loopt daaruit niet anders kan afleiden dan dat de bezitter pretendeert eigenaar te zijn. Dit alles moet worden beoordeeld naar verkeersopvattingen, mede gelet op uiterlijke feiten. Voor inbezitneming is vereist dat de machtsuitoefening door de niet-rechthebbende zodanig is dat naar verkeersopvatting het bezit van de oorspronkelijke bezitter (eigenaar) wordt tenietgedaan. Anders gezegd: de eigenaar van de ‘gele strook’ (van nr. 29 in dit geval) moest snappen dat [geïntimeerde] (van nr. 27) zich beschouwde als eigenaar ervan. Dit vergt een feitelijke beoordeling door het hof. De termijn van 20 jaar is niet in geschil.
Bezit door [geïntimeerde] van het ‘eerste deel van de gele strook’?
Geen voor [X] kenbaar bezit door [geïntimeerde]
Gevolgen voor de uitbouw met vlonder voor [appellant] (vordering III)
Het bitumen/dakleer (vordering IV)
Vordering V tot plaatsing van een scheidsmuur tussen de praktijkruimte en perceel nr. 29
Slotsom ten aanzien van de vorderingen van [appellant]
7.Beslissing
opnieuw rechtdoende:
€ 1.727,-- aan griffierecht en € 1.671,-- aan salaris advocaat;