Uitspraak
1.Verder procesverloop in hoger beroep
- de man, bijgestaan door zijn advocaat;
- de gecertificeerde instelling, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de GI 1] en [vertegenwoordiger van de GI 2] ;
- de bijzondere curator.
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak gaat het om de rechtspositie van een vader die niet met gezag over een minderjarige is belast, in een procedure tussen de uit het gezag ontheven moeder en de gecertificeerde instelling. De vader werd door de rechtbank steeds als informant aangemerkt en niet als belanghebbende, ook niet op het moment dat de gecertificeerde instelling een zelfstandig verzoek tot ontzegging van het recht op omgang indiende. Het hof oordeelt dat de rechtbank de belangen van de vader niet op juiste en zorgvuldige wijze heeft meegewogen. De rechtbank had de gecertificeerde instelling niet-ontvankelijk moeten verklaren in haar verzoek ten aanzien van de vader, omdat deze expliciet niet als belanghebbende was aangemerkt. De vader had geen mogelijkheid om verweer te voeren, wat in strijd is met zijn recht op eerbiediging van het gezinsleven. Het hof vernietigt de bestreden beschikking en verklaart de gecertificeerde instelling niet-ontvankelijk in haar verzoek tot ontzegging van het recht van de vader op contact met de minderjarige.