[verdachte],
geboren te [plaats] op [datum],
adres: [adres],
thans gedetineerd in de PI Zuid West - De Dordtse Poorten te Dordrecht.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaren, met aftrek van voorarrest. Voorts is er een beslissing genomen met betrekking tot de vordering van de benadeelde partij zoals beschreven in het vonnis waarvan beroep.
Namens de verdachte en door de officier van justitie is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 14 juli 2017 te [plaats] in/uit een woning gelegen aan de [straat A], tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
- ( een) telefoon(s) (merk: Huawei en Alcatel), en/of
- een notebook (merk: Toshiba), en/of
- een horloge (merk: Rolex), en/of
- een portemonnee (met inhoud), en/of
- geldbedrag van (ongeveer) 100,00 euro, en/of
- een telefoon (merk: Samsung),
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond uit het met (een) (gezichts)masker(s) en/of (in elk geval) (een) bedekte gezicht(en))
- tonen van en/of richten van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) aan/op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], en/of
- slaan met een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op/tegen het hoofd en/of gezicht van die [slachtoffer 1] en/of - zetten van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of
- tonen van een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp aan die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of
- aan die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] toevoegen van de woorden "Als we niet krijgen wat we willen, schieten we jullie dood" en/of "Zoek een hamer, want ik ga je knokkels kapot slaan", althans woorden van gelijke bedreigende aard of strekking, en/of
- ( meermalen) slaan/stompen in/op/tegen het gezicht, althans het hoofd en/of lichaam van die [slachtoffer 1];
of
hij op of omstreeks 14 juli 2017 te [plaats] in/uit een woning gelegen aan de [straat A], tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van (huis)sleutels, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond uit het met (een) (gezichts)masker(s) en/of (in elk geval) (een) bedekte gezicht(en))
- tonen van en/of richten van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) aan/op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], en/of
- slaan met een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op/tegen het hoofd en/of gezicht van die [slachtoffer 1] en/of - zetten van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of
- tonen van een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp aan die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of
- aan die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] toevoegen van de woorden "Als we niet krijgen wat we willen, schieten we jullie dood" en/of "Zoek een hamer, want ik ga je knokkels kapot slaan", althans woorden van gelijke bedreigende aard of strekking, en/of
- ( meermalen) slaan/stompen in/op/tegen het gezicht, althans het hoofd en/of lichaam van die [slachtoffer 1];
2.
hij op of omstreeks 14 juli 2017 te [plaats] door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het zich laten pijpen door die [slachtoffer 2], in elk geval het brengen van en/of houden van zijn penis in de mond van die [slachtoffer 2];
het geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of de bedreiging met geweld en/of de bedreiging met (een) ander feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben bestaan uit het
- tonen van en/of richten van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) aan/op die [slachtoffer 2], en/of
- het zetten van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of
- die [slachtoffer 2] te dwingen al haar kleren uit te trekken, en/of
- dreigend tegen die [slachtoffer 2] te zeggen: "Doe je mond open, doe je mond open" en/of
- ( vervolgens) met geweld brengen en/of houden van zijn, verdachtes, penis in de mond van die [slachtoffer 2];
3.
hij in of omstreeks de periode van 14 juli 2017 tot en met 18 december 2017 te [plaats] en/of [plaats], althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) andere(en), althans alleen, (een) wapen(s) als bedoeld in art. 2 lid 1 Cat. III onder 1 van de Wet Wapens en Munitie, te weten een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3 van die wet in de vorm van een pistool van het merk Tanfoglio, type Gt-28, kaliber 6,35 mm voorhanden heeft gehad;
De in deze tenlastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd;
4.
parketnummer 10-690303-17
hij op of omstreeks 13 juli 2017 te [plaats], althans in Nederland op de openbare weg, te weten [straat B], althans een openbare weg, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
- een (schouder)tas inhoudende:
- een geldbedrag van ongeveer 350 euro, en/of
- 2, althans één of meer armband(en), en/of
- 2, althans één of meer spinner(s) (speelgoed), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het,
- met (een) (gezichts)masker(s) en/of (in elk geval) (een) bedekte gezicht(en))
- aan die [slachtoffer 2] toevoegen van de woorden "Geef alles hier. Geef je je geld en je telefoon", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking, en/of
- op/in het gezicht, althans het hoofd van die [slachtoffer 4] te slaan/stompen, en/of
- vastpakken van die [slachtoffer 4], en/of
- tonen/voorhouden van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) aan die [slachtoffer 4];
hij op of omstreeks 13 juli 2017 te [plaats], althans in Nederland op de openbare weg, te weten [straat B], althans een openbare weg, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 4] heeft gedwongen tot de afgifte van
- een (schouder)tas inhoudende:
- een geldbedrag van ongeveer 350 euro, en/of
- 2, althans één of meer armband(en), en/of
- 2, althans één of meer spinner(s) (speelgoed), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het,
- met (een) (gezichts)masker(s) en/of (in elk geval) (een) bedekte gezicht(en))
- aan die [slachtoffer 4] toevoegen van de woorden "Geef alles hier. Geef je je geld en je telefoon", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking, en/of
- op/in het gezicht, althans het hoofd van die [slachtoffer 4] te slaan/stompen, en/of
- vastpakken van die [slachtoffer 4], en/of
- tonen/voorhouden van een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) aan die [slachtoffer 4].
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaren met aftrek van voorarrest. Voorts heeft de advocaat-generaal gevorderd de maatregel van terbeschikkingstelling met dwangverpleging op te leggen voor ongelimiteerde duur. Subsidiair, voor het geval het hof niet komt tot oplegging van de maatregel van terbeschikkingstelling met dwangverpleging, heeft de advocaat-generaal gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaren met aftrek van voorarrest.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
De verdachte heeft het onder 2 tenlastegelegde ontkend en zijn raadsman heeft vrijspraak bepleit.
Het hof overweegt dat op grond van artikel 342, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering het bewijs dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan niet uitsluitend kan worden aangenomen op basis van de verklaring van één getuige, ook niet in het geval dat het hof geen reden heeft om aan de betrouwbaarheid van die getuige te twijfelen. Om tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit te komen, dient de verklaring van deze getuige voldoende steun te vinden in ander bewijsmateriaal. Voor die andere bronnen geldt dat die niet allemaal moeten zijn terug te voeren tot dezelfde bron, in de regel (de verklaring van) het slachtoffer.
Het hof is van oordeel dat het dossier onvoldoende steunbewijs voor de verklaring van de aangeefster bevat.
Hoewel het hof geen enkele reden heeft om de juistheid van die verklaring in twijfel te trekken, is daarom op grond van de bewijsmiddelen onvoldoende vast te stellen dat het de verdachte is geweest die het onder 2 tenlastegelegde feit heeft gepleegd.
Naar het oordeel van het hof is derhalve niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte onder 2 is tenlastegelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Nadere bewijsoverwegingen
Standpunt van de verdediging
De verdachte heeft een gedeeltelijk bekennende verklaring afgelegd ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde. Ten aanzien van de onderdelen:
- het zetten van een vuurwapen op het hoofd van die [slachtoffer 2]
- het tonen van een mes aan die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]
- de uitlating: “zoek een hamer want ik ga je knokkels kapot slaan”
heeft de raadsman verzocht deze niet bewezen te verklaren omdat deze onderdelen niet voor rekening van de verdachte kunnen komen.
Voorts heeft de raadsman verzocht zijn cliënt vrij te spreken van hetgeen onder 4 is tenlastegelegd. Daarvoor heeft de raadsman aangevoerd dat de herkenning door verbalisant [verbalisant] onbetrouwbaar moet worden geacht omdat op de foto’s maar een beperkt gedeelte van het hoofd te zien is, zonder duidelijke gezichtsonderscheidende kenmerken.
Voorts heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat het tapgesprek op 21 december 2017 van de moeder van de verdachte met een onbekend gebleven vrouw niet gaat over de beelden die getoond zijn op RTV Rijnmond over de overval op de [straat B].
Tot slot is volgens de raadsman de jas die op de foto’s te zien is, geen jas met veel ritsen, zoals door aangever [slachtoffer 1] ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde feit is beschreven, zodat deze jas niet kan dienen als steunbewijs.
Standpunt van de advocaat-generaal
Ten aanzien van de feiten 1, 3 en 4 heeft de advocaat-generaal het volgende naar voren gebracht:
Door de verdachte wordt pas in hoger beroep een deels bekennende verklaring afgelegd. Dat betekent dat hij daarvoor leugenachtige verklaringen heeft afgelegd. De verklaring van de verdachte kan niet geverifieerd dan wel gefalsificeerd worden nu hij weigert te verklaren wie de andere daders waren. Er moet dus uitgegaan worden van de verklaring van de aangeefster en de andere in de woning aanwezigen.
Ook de verklaring van de verdachte over zijn rol bij de overval is ongeloofwaardig, nu uit de verklaring van [getuige 1] (hof: [getuige 1]) en het voorhanden hebben van de spullen die gebruikt zijn bij de overval blijkt dat de verdachte zijn rol kleiner maakt dan deze was.
Op basis van de verklaring van de verdachte en de overige bewijsmiddelen staat vast dat de verdachte bij de overval op de [straat A] een wit masker met zwarte snor en wenkbrauwen droeg en dat hij gebruik maakte van een zilverkleurig vuurwapen, welk wapen later in een kast in de woning van zijn moeder is gevonden.
Een dag eerder zijn ditzelfde masker en vuurwapen gebruikt bij de overval op [slachtoffer 4] op de [straat B]. Ook wordt de verdachte op de camerabeelden herkend door zowel iemand die een MMA-melding doet, als door verbalisant [verbalisant]. De jas die de verdachte op de beelden draagt is een jas met verschillende ritsen.
Het vonnis van de rechtbank kan ten aanzien van de bewezenverklaring en de gebezigde bewijsmiddelen worden bevestigd.
De overwegingen van het hof
Ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde is het hof van oordeel dat het verweer van de raadsman dient te worden verworpen, reeds omdat bewezen wordt verklaard dat het tenlastegelegde in vereniging is gepleegd.
Ten aanzien van het onder 4 tenlastegelegde overweegt het hof het volgende:
De herkenning van de verdachte
Het hof stelt voorop dat de herkenning door de opsporingsambtenaar [opsporingsambtenaar] met de nodige behoedzaamheid moet worden gebruikt. Daarbij is van belang dat het niet een ‘spontane’ herkenning is, maar dat [opsporingsambtenaar] de beelden is gaan bekijken omdat de verdachte in een MMA-melding als de dader van deze overval is genoemd, nadat zij kort daarvoor nauw betrokken was bij het opsporingsonderzoek naar de verdachte voor het feitencomplex met betrekking tot de overval in de woning aan de [straat A]. Desalniettemin heeft het hof geen reden om te twijfelen aan de herkenning door [opsporingsambtenaar]. Het hof betrekt daarbij dat deze opsporingsambtenaar gedurende langere tijd de verdachte heeft verhoord en hem dus uitgebreid heeft gezien. Het hof heeft de verdachte ter terechtzitting waargenomen en heeft vastgesteld dat er in ieder geval sterke overeenkomsten zijn waar te nemen tussen de persoon op de beelden en de verdachte, met name ten aanzien van de vorm van de neus en de kaaklijn. Er zijn geen uiterlijke kenmerken door het hof waargenomen die een contra-indicatie zouden kunnen opleveren voor een herkenning van de verdachte.
Gezichtsmasker en vuurwapen
Bij de overval op de [straat B] is gebruik gemaakt van gezichtsmaskers en onder meer een zilverkleurig vuurwapen. Ook bij de door de verdachte bekende overval aan de [straat A], die een dag later plaatsvond, is een zilverkleurig vuurwapen gebruikt en werden maskers gebruikt. Voorts is van belang dat een zilverkleurig vuurwapen is aangetroffen in de woning van de moeder van de verdachte. De verdachte heeft bekend dat hij – onder andere – dit wapen daar na de overval aan de [straat A] heeft verstopt.
De aangever [slachtoffer 1] heeft ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde verklaard dat de lange overvaller een soort motorjack met veel ritsen erop droeg. Een jas die daarop lijkt wordt gedragen door de man die te zien is op de camerabeelden gemaakt in de omgeving van de [straat B].
In het voorgaande is een aantal overeenkomsten benoemd tussen de onder 1 en 4 tenlastegelegde overvallen, die daags na elkaar zijn gepleegd. Het hof is van oordeel dat die overeenkomsten, in onderling verband en in samenhang met het overige bewijsmateriaal beschouwd, bijdragen aan het bewijs dat de verdachte ook een van de daders is van de overval op [slachtoffer 4].
Daarbij past dat in een getapt gesprek van 19 december 2017 tegen de moeder van de verdachte door een onbekend gebleven vrouw gezegd wordt dat ze bang is dat hij op Opsporing Verzocht zit en dat hij nu ‘ook al op politie Rijnmond zit’. De beelden van de overval aan de [straat B] zijn op [datum], ruim twee weken voor het getapte gesprek, getoond in een aflevering van het opsporingsprogramma Bureau Rijnmond. Dat het in het tapgesprek ging over de verdachte blijkt uit het feit dat zijn moeder spreekt over ‘de rechter’ en over ‘dat gedoe met [getuige 1]’. Naar het oordeel van het hof is niet aannemelijk geworden dat in dit gesprek over andere beelden dan van de overval op [slachtoffer 4] wordt gesproken.
Het hof komt gelet op het voorgaande tot de conclusie dat de verdachte als medepleger betrokken is geweest bij de overval op de [straat B].
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij op
of omstreeks14 juli 2017 te [plaats] in
/uiteen woning gelegen aan de [straat A], tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
-
(een)telefoon
(s
)(merk: Huawei en Alcatel), en
/of
- een notebook (merk: Toshiba), en
/of
- een horloge
(merk: Rolex), en
/of
- een portemonnee (met inhoud), en
/of
-
eengeldbedrag van
(ongeveer)100,00 euro, en
/of
- een telefoon (merk: Samsung),
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders,welke diefstal werd voorafgegaan en
/ofvergezeld
en/of gevolgdvan geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken
en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond
(en)uit het met
(een) (gezichts
)masker
(s
) en/of
(in elk geval) (een
)bedekt
egezicht
(en))
- tonen van en/of richten van een
(op een)vuurwapen
(gelijkend voorwerp)aan/op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], en
/of
- slaan met een
(op een)vuurwapen
(gelijkend voorwerp) op/tegen het hoofd en
/ofgezicht van die [slachtoffer 1] en
/of- zetten van een
(op een)vuurwapen
(gelijkend voorwerp)op
/tegenhet hoofd van die [slachtoffer 2] en
/of
- tonen van een mes
, althans een scherp en/of puntig voorwerpaan die [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]en
/of
- aan die [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]toevoegen van de woorden "Als we niet krijgen wat we willen, schieten we jullie dood" en
/of"Zoek een hamer, want ik ga je knokkels kapot slaan", althans woorden van gelijke bedreigende aard of strekking, en
/of
-
(meermalen
)slaan
/stompen in/op/tegen
het gezicht, althanshet hoofd en/of lichaam van die [slachtoffer 1];
3.
hij in
of omstreeksde periode van 14 juli 2017 tot en met 18 december 2017 te [plaats] en
/of[plaats],
althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) andere(en), althans alleen, (een
)wapen
(s)als bedoeld in art. 2 lid 1 Cat. III onder 1 van de Wet Wapens en Munitie, te weten een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3 van die wet in de vorm van een pistool van het merk Tanfoglio, type Gt-28, kaliber 6,35 mm voorhanden heeft gehad;
4.
parketnummer 10-690303-17
hij op
of omstreeks13 juli 2017 te [plaats],
althans in Nederlandop de openbare weg, te weten
de[straat B],
althans een openbare weg,tezamen en in vereniging met een ander
of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en
/ofbedreiging met geweld [slachtoffer 4] heeft gedwongen tot de afgifte van
- een
(schouder
)tas inhoudende:
- een geldbedrag van ongeveer 350 euro, en
/of
- 2
, althans één of meerarmband
(en
), en
/of
- 2
, althans één of meerspinner
(s
)(speelgoed),
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 4]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het
,
- met
(een) (gezichts
)masker
(s
) en/of (in elk geval) (een)bedekte gezicht
(en
))
- aan die [slachtoffer 4] toevoegen van de woorden "Geef alles hier. Geef je
jegeld en je telefoon",
althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking,en
/of
-
op/in het gezicht
, althans het hoofdvan die [slachtoffer 4] te slaan
/stompen, en
/of
- vastpakken van die [slachtoffer 4], en
/of
- tonen
/voorhoudenvan een
(op een)vuurwapen
(gelijkend voorwerp)aan die [slachtoffer 4].
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 bewezenverklaarde levert op:
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Het onder 3 bewezenverklaarde levert op:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III.
Het onder 4 bewezenverklaarde levert op: