Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
of omstreeks10 april 2020 te 's-Gravenhage [slachtoffer] heeft mishandeld door haar:
(met kracht
)beet te pakken bij haar polo/t-shirt (ter hoogte van de kraag) en
/of
(met kracht
)naar voren te trekken
, in elk geval aan haar kleding en/of lichaam te trekken,ten gevolge waarvan
hetslachtoffer
van haar stoel af viel en/of op de grond viel en/of (met kracht
)met haar hoofd
, in elk geval haar lichaam,tegen een plaat plexiglas aan kwam en
/of
(nogmaals
) (met kracht
)aan het lichaam te trekken, ten gevolge waarvan
hetslachtoffer met haar schouder
, in elk geval haar lichaam,tegen de
/hetkassa
(hokje)aankwam, terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel, te weten een
(gecompliceerde) breuk en/ofdispositie van de schouder/arm (arm uit de kom) ten gevolge heeft gehad.
Mishandeling, terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolg heeft.
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
50 (vijftig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.
25 (vijfentwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
12 (twaalf) dagenhechtenis, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.