Uitspraak
1.hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2013 tot en met 30 april 2016 te Rotterdam en/of 's-Gravenhage, althans in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de stichting [benadeelde partij] (meermalen) heeft bewogen tot de afgifte van (een) geldbedrag(en) (van) (in totaal) 104.572,67 euro, (te weten
2.hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2013 tot en met 30 april 2016 te Rotterdam en/of 's-Gravenhage een of meer factu(u)r(en) gedateerd
3.hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 22 februari 2016 tot en met 3 augustus 2016 te Rotterdam en/of 's-Gravenhage en/of Berlijn en/of Pullach en/of Saint-Apollinaire en/of Ruëil Malmaison, althans in Nederland en/of Duitsland en/of Frankrijk, (telkens) opzettelijk een of meer geldbedrag(en), in elk geval (telkens) enig geldbedrag, die/dat (telkens) geheel of ten dele toebehoorde(n) aan de stichting [benadeelde partij], in elk geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk(e) geldbedrag(en) verdachte (telkens) uit hoofde van zijn persoonlijke diensbetrekking bij de stichting [benadeelde partij] of van zijn beroep onder zich had, namelijk als directeur van (een onderdeel van) de stichting [benadeelde partij] (te weten [betrokkene]), althans (telkens) anders dan door misdrijf onder zich had,
4.hij op één of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2013 tot en met 12 december 2016, te Rotterdam en/of 's-Gravenhage, althans in Nederland, (telkens)
externe betrekkingen’ naar ‘
directie en grootboekrekeningen externe deskundige’. De secretaresse van de verdachte, en niet de daarvoor aangewezen medewerker van de financiële administratie, verwerkte deze door de verdachte ingebrachte en goedgekeurde facturen vervolgens. Aan de secretaresse vertelde de verdachte overigens dat een contract ten grondslag lag aan de facturen en de in de facturen vermelde werkzaamheden. Over dit contract verklaart de verdachte ter terechtzitting in hoger beroep dat dit tijdens een bespreking tussen de verschillende directeuren mondeling is besproken en dat dit door de verdachte later, wanneer precies weet de verdachte niet meer maar in ieder geval
náde op deze verklaring genoemde datum, door hem is opgesteld. Het hof stelt vast dat blijkens het onderzoek aan de werkcomputer van de verdachte, dit document is opgemaakt op deze computer vrijwel onmiddellijk nadat bij zijn collega-directeur vragen waren gerezen over de binnengekomen facturen, die zij eerst nadat de verdachte geruime tijd ziek was (geweest) onder ogen kreeg, en dat de verdachte dit – valse – document heeft opgemaakt en van valse handtekeningen heeft voorzien om de door hem ingediende facturen te kunnen verantwoorden. Het hof slaat daarbij ook acht op het gegeven dat de personen die het document zouden hebben geparafeerd, dit document in het geheel niet herkennen en ook van de inhoud daarvan niet op de hoogte waren.
onder 2 tenlastegelegdevan oordeel dat de verdachte geschriften, te weten facturen, bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen valselijk heeft opgemaakt. Gegeven het feit dat de verdachte deze facturen heeft ingediend bij de [BETROKKENE], is naar het oordeel van het hof ook het vereiste oogmerk om het geschrift als echt en onvervalst te gebruiken gegeven.
onder 1 tenlastegelegdeoplichting stelt het hof vast dat voor oplichting in de zin van artikel 326, eerste lid, Sr is vereist dat iemand door een oplichtingsmiddel wordt ‘bewogen’ tot de in die bepaling bedoelde handelingen. Voorts gaat het bij het gebruik van een samenweefsel van verdichtsels in de kern om “gesproken en/of geschreven uitingen die bij die ander een op meer dan een enkele leugenachtige mededeling gebaseerde onjuiste veronderstelling van zaken heeft gepresenteerd”
(vgl. ECLI:NL:HR:2016:2892). Nu de verdachte door zelf deze – valse - facturen op te stellen, in te dienen en goed te keuren en tegen zijn secretaresse te zeggen dat de grondslag voor de facturen een niet bestaande overeenkomst is en daarnaast ook aan haar vraagt de kostenplaats te veranderen waardoor de normale administratieve afhandeling van en controle op deze facturen is omzeild, is het hof van oordeel dat de verdachte door deze valse facturen en leugenachtige mededelingen een onjuiste veronderstelling van de zaken heeft gepresenteerd en zich aldus schuldig heeft gemaakt aan de onder feit 1 tenlastegelegde oplichting.
onder 1, 2, 3 en 4ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.hij op één of meertijdstip(pen)in of omstreeksde periode van 1 februari 2013 tot en met 30 april 2016 te Rotterdam en/of 's-Gravenhage, althans in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een anderwederrechtelijk te bevoordelen door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de stichting [benadeelde partij] (meermalen)heeft bewogen tot de afgifte van (een)geldbedrag(en) (van) (in totaal)104.5725,67 euro, (te weten
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
/of
en/of in strijd met de waarheidin zijn hoedanigheid van directeur van de [betrokkene],
althans (een onderdeel van) de stichting [benadeelde partij],opdracht gegeven meerdere
(valse
en/of vervalste)facturen uit te
(laten
)betalen, waardoor de stichting [benadeelde partij] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
2.hij op één of meertijdstip(pen)in of omstreeksde periode van 1 februari 2013 tot en met 30 april 2016 te Rotterdam en/of 's-Gravenhage een of meerfactu(u)r(en)gedateerd 7 februari 2013, 19 april 2014, 10 mei 2014, 26 mei 2014, 19 juni 2014, 9 juli 2014, 15 juli 2014, 8 augustus 2014, 30 augustus 2014, 19 september 2014, 3 oktober 2014, 23 oktober 2014, 24 november 2014, 13 december 2014, 13 januari 2015, 13 februari 2015, 13 maart 2015, 15 april 2015, 11 mei 2015, 15 juni 2015, 5 juli 2015, 15 september 2015, 14 oktober 2015, 12 november 2015, 7 december 2015, 20 januari 2016, 15 februari 2016 en 2 april 2016
(elk
)zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen -,
(telkens
)valselijk heeft opgemaakt
of vervalst, met het oogmerk om die
/datgeschrift
(en
)als echt en onvervalst te gebruiken
of door anderen te doen gebruiken, door opzettelijk valselijk en
/ofin strijd met de waarheid in die factu
(u)r
(en
)op te nemen dat door
/voorde
(buitenlandse
)rechtspersoon [rechtspersoon 1]
en/of de rechtspersoon [rechtspersoon 2]werkzaamheden en
/ofdiensten zijn verricht ten behoeve van de [betrokkene], zijnde een onderdeel van de stichting [benadeelde partij], terwijl in werkelijkheid de in die factu
(u)r
(en
)genoemde werkzaamheden en
/ofdiensten niet zijn verricht;
3.hij op één of meerderetijdstip(pen)in of omstreeksde periode van 22 februari 2016 tot en met 3 augustus 2016 te Rotterdam en/of 's-Gravenhage en/of Berlijn en/of Pullach en/of Saint-Apollinaire en/of Ruëil Malmaison, althansin Nederland en/of Duitsland en/of Frankrijk, (telkens)opzettelijk een of meergeldbedrag(en), in elk geval (telkens) enig geldbedrag,die/dat (telkens)geheel of ten deletoebehoorde(n)aan de stichting [benadeelde partij], in elk geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte,welk(e)geldbedrag(en)verdachte (telkens)uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking bij de stichting [benadeelde partij] of van zijn beroeponder zich had, namelijk als directeur van (een onderdeel van)de stichting [benadeelde partij] (te weten [betrokkene]), althans (telkens) anders dan door misdrijf onder zich had,
)wederrechtelijk zich heeft toegeëigend,
of omsteeks22 februari 2016 en/of 3 maart 2016 een bedrag van 288 euro (betaald aan Arabel Design Apartment) en
/of
of omstreeks27 februari 2016 en/of 3 april 2016 een bedrag van 518 euro (betaald aan Sixt Car Rental)
en/of
(telkens
)door verdachte gedane privé-uitgaven
en/of betalingen ten eigen bate, welke verdachte met gebruikmaking van een creditcard behorende bij
/vaneen rekening van de stichting [benadeelde partij] heeft uitgevoerd en dusdoende
(telkens
)ten laste van
(een bankrekening van
)de stichting [benadeelde partij] heeft gebracht;
4.hij op één of meerderetijdstip(pen)in of omstreeksde periode van 1 februari 2013 tot en met 12 december 2016, te Rotterdam en/of 's-Gravenhage, althansin Nederland, (telkens)
a) van een of meerdere voorwerpen, te weten een of meerdere geldbedrag(en) tot een totaal van 104.572,67 euro of daaromtrent, althans (telkens) een of meerdere geldbedrag(en), de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbenden op dit voorwerp/deze voorwerpen is/zijn en/of heeft verborgen en/of verhuld wie voorwerpen voorhanden heeft/hebben gehad dan wel
(en
)tot een totaal van 104.57
25,67 euro
of daaromtrent, althans (telkens) een of meerdere geldbedrag(en),heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen
en/of heeft omgezeten
/ofvan
een of meerdere voorwerp(en), te weten een of meerderegeldbedrag
(en
)tot een totaal van 104.57
25,67 euro
of daaromtrent, althans (telkens) een of meerdere geldbedrag(en),gebruik heeft gemaakt,
(telkens
)die
/datgeldbedrag
(en
)die
/dat (telkens
) (op de bankrekening op naam van [rechtspersoon 2]
)ontvangen
was/waren, onder zich genomen en/of gehouden en/of uitgegeven voor privé-doeleinden en/of gestort op een of meerdere (privé) bankrekening(en), terwijl hij wist dat bovenomschreven
voorwerp(en)/geldbedrag
(en
) (telkens
)geheel of gedeeltelijk, - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf,
/ofhij van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt.
onder 1, 2, 3ten laste gelegde, tot een bedrag van € 110.395,37.
onder 1, 2, 3 bewezen verklaarde. De vordering van de benadeelde partij zal derhalve in zoverre worden toegewezen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente over dit bedrag vanaf
10 augustus 2017tot aan de dag der algehele voldoening. Het hof zal bepalen dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering tot vergoeding van de geleden schade. Deze kan in zoverre bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
0 (nul)dagen
onder 1, 2, 3 en 4ten laste gelegde heeft begaan.
onder 1, 2, 3 en 4bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
onder 1, 2, 3bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 105.381,67 (honderdvijfduizend driehonderd eenentachtig euro en zevenenzestig cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
het onder 1, 2, 3bewezen verklaarde een bedrag te betalen van
€ 105.381,67 (honderdvijfduizend driehonderdeenentachtig euro en zevenenzestig cent)als vergoeding voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
0 (nul)dagen. Bepaalt dat indien en voor zover de verdachte aan een van beide betalingsverplichtingen heeft voldaan, de andere vervalt.
10 augustus 2017.