ECLI:NL:GHDHA:2020:2270
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing schorsingsverzoek wegens niet naleven van schorsingsvoorwaarden in strafzaak
Op 26 november 2020 heeft het Gerechtshof Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van de verdachte X, geboren op 10 december 1973 te ’s-Gravenhage, die thans niet gedetineerd is. Het hof behandelde een verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis, dat op 9 oktober 2020 was ingediend. De verdachte was niet verschenen in de raadkamer, waar de gemachtigd advocaat mr. E.C. Kerkhoven en de advocaat-generaal mr. I.J.E.H. Degeling aanwezig waren. Het hof heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en de relevante stukken met betrekking tot de voorlopige hechtenis van de verdachte.
De beoordeling van het verzoek tot schorsing werd bemoeilijkt door het feit dat de verdachte zich niet had gehouden aan de schorsingsvoorwaarden, waaronder de verplichting om op oproep van justitie of politie te verschijnen. Het hof oordeelde dat er ernstige bezwaren aanwezig waren, mede gezien het veroordelend vonnis van de rechtbank Den Haag van 4 september 2020. De verdachte had aangevoerd dat hij zijn baan dreigde te verliezen en dat dit zou leiden tot grotere problemen, gezien zijn schuldenproblematiek en de gevolgen voor zijn huisvesting.
Desondanks oordeelde het hof dat het belang van de strafvordering zwaarder woog dan de persoonlijke belangen van de verdachte. Het verzoek om schorsing van de voorlopige hechtenis werd dan ook afgewezen. De beschikking werd ondertekend door de voorzitter mr. M.P.J.G. Göbbels en de griffier mr. D.D.A. Hoyinck, en is ter kennis gebracht van de verdachte door de advocaat-generaal.