Voorts heeft het hof acht geslagen op het reclasserings-advies d.d. 27 december 2019.
De reclassering schetst een beeld van verdachte als
een getergde man zonder probleembesef, die zijn onrecht boven alles stelt, egocentrisch van aard is en geen eigen verantwoordelijkheid neemt voor het eigen probleemgedrag. Ten aanzien van de behandelgeschiedenis van verdachte blijkt uit het reclasseringsadvies dat verdachte eerder een behandelverplichting is opgelegd, maar dat zijn behandeling bij De Waag niet van de grond is gekomen omdat verdachte erkenning wilde voor zijn gevoelens
van frustratie en geen behandeling wenste voor zijn probleemgedrag. Verdachte lijkt nog steeds in deze houding te volharden.
Verdachte heeft in detentie een brief van de Raad voor
de Kinderbescherming ontvangen waarin de impact werd beschreven van het delict op één van zijn dochters. Hierdoor heeft verdachte een toenemend schuld- en
verantwoordelijkheidsgevoel en heeft hij aangegeven te willen werken aan emotie- en agressieregulatie.
De reclassering merkt op dat de houding van verdachte op langere termijn niet is vast te stellen, indien hij wederom stress ervaart doordat hij zijn kinderen niet ziet. Het risico op recidive, letselschade en onttrekking aan voorwaarden wordt door de reclassering ingeschat als hoog. De reclassering heeft voor de toekomst een uitgebreid behandelplan opgesteld en uitgewerkt door middel van verschillende voorwaarden, waarbij
wordt aangegeven dat langdurig toezicht aangewezen is.
De reclassering stelt vast dat te zijner tijd als voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling, begeleid wonen en een contact- en locatieverbod nodig zijn om het risico op recidive te
kunnen beperken.
Omdat het hof met de rechtbank van oordeel is dat de kans aanwezig is dat het recidiverisico na ommekomst van de gevangenisstraf nog niet tot een aanvaardbaar niveau is teruggedrongen, zal het hof ook de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking als bedoeld in artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht opleggen, zoals de reclassering heeft geadviseerd en de advocaat-generaal heeft geëist. Er is voldaan aan de formele eisen die de wet stelt voor het opleggen van deze maatregel. Het hof acht het opleggen van deze maatregel aangewezen ter bescherming van de algemene veiligheid van personen en goederen.