[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1986,
adres: [adres}
thans gedetineerd in [adres].
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van veertig maanden met aftrek van voorarrest, waarvan acht maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren onder oplegging van de bijzondere voorwaarden in de vorm van een meldplicht, gedragsinterventie en een behandelverplichting.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 juli 2019 tot en met 9 november 2019 te Schiedam, althans in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer], door
- veelvuldig, althans meermalen, telefonisch contact te zoeken met die [slachtoffer] en/of hun/haar zoon en/of,
- veelvuldig, althans meermalen, sms berichten en/of what's app berichten te sturen naar die [slachtoffer] en/of hun/haar zoon en/of
- meermalen, althans eenmaal, zich op te houden bij de woning van die [slachtoffer], met het oogmerk die [slachtoffer], te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen;
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks 1 juli 2019 tot en met 28 oktober 2019 te Schiedam, althans in Nederland [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer] dreigend de woorden toe te voegen
- " ik zou jou letterlijk braden en opeten",
- " stukje snijden en braden" en/of
- " ik zou je levend laten en je zou zien hoe ik een stukje van je snij en op de braadpan zet" en/of
- " ik geef je tot 7 november om met mij om de tafel te zitten anders ga ik je onverwachts pakken" en/of
- " Ik geef je tot 7 november als je dan niet met mij om tafel gaat zitten en gaat praten dan ga ik je bont en blauw slaan", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
3.
hij op of omstreeks 9 november 2019 te Schiedam opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 6791,1 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA, zijnde 3,4-methyleendioxymethamfetamine/MDMA en/of ongeveer 6036 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij in
of omstreeksde periode van 1 juli 2019 tot en met 9 november 2019 te Schiedam,
althans in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten
die van [slachtoffer], door
- veelvuldig
, althans meermalen,telefonisch contact te zoeken met die [slachtoffer] en
/of hun/haar zoon en
/of,
- veelvuldig
, althans meermalen,sms berichten en
/ofwhat’s app berichten te sturen naar die [slachtoffer]
en/of hun/haar zoonen
/of
- meermalen
, althans eenmaal,zich op te houden bij de woning van die [slachtoffer], met het oogmerk die [slachtoffer], te dwingen iets
te doen, niet te doen,te dulden en
/ofvrees aan te jagen;
2
hij
op één of meer tijdstippenin
of omstreeksde periode van1 juli 2019 tot en met 28 oktober 2019 te Schiedam,
althans in Nederland[slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en
/ofmet zware mishandeling, door die [slachtoffer] dreigend de woorden toe te voegen
- “ ik zou jou letterlijk braden en opeten”,
- “ stukje snijden en braden” en
/of
- “ ik zou je levend laten en je zou zien hoe ik een stukje van je snij en op de braadpan zet” en
/of
- “ ik geef je tot 7 november om met mij om de tafel te zitten anders ga ik je onverwachts pakken” en
/of
- “ Ik geef je tot 7 november als je dan niet met mij om tafel gaat zitten en gaat praten dan ga ikje bont en blauw slaan”
, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
3
hij op
of omstreeks9 november 2019 te Schiedam
opzettelijk aanwezig heeft gehad
ongeveer6791,1 gram,
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattendeMDMA, zijnde 3,4-methyleendioxymethamfetamine/MDMA
en
/of ongeveer6036 gram,
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattendeAmfetamine, zijnde Amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1
,dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op: