ECLI:NL:GHDHA:2019:3744
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake ontbinding huurovereenkomst wegens huurachterstand en second opinion procedure
In deze zaak heeft [appellante] hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Leiden, van 23 mei 2018. Het hoger beroep betreft de ontbinding van de huurovereenkomst door de Stichting wegens huurachterstand. Bij tussenarrest van 13 november 2018 is een comparitie van partijen gelast, die op 15 januari 2019 heeft plaatsgevonden. Tijdens deze comparitie hebben beide partijen verzocht om toelating tot de Second Opinion-procedure, wat is toegestaan. Het hof heeft de zaak beoordeeld op basis van de stukken van de eerste aanleg en de daarin betrokken stellingen.
De enige grief van [appellante] is dat de kantonrechter de vorderingen van de Stichting ten onrechte heeft toegewezen. [appellante] stelt dat de huurachterstanden het gevolg zijn van een eerdere uitspraak van de Huurcommissie, die de huur had verlaagd vanwege een gebrek aan de woning. Het hof heeft overwogen dat de Huurcommissie op 7 oktober 2016 heeft beslist dat de huur per 1 augustus 2015 weer op het oude bedrag moest worden gesteld. De kantonrechter heeft in een eerder vonnis geoordeeld dat het gebrek dat aan de huurvermindering ten grondslag lag, op 1 augustus 2015 niet meer aanwezig was, en dat [appellante] dus verplicht was de volledige huur te betalen vanaf die datum.
Het hof heeft de argumenten van [appellante] verworpen en zich verenigd met het oordeel van de kantonrechter. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd en [appellante] veroordeeld in de kosten van de procedure in hoger beroep. De kosten zijn begroot op € 726,-- aan griffierecht en € 1.074,-- aan salaris voor de advocaat.