2.4De deskundige heeft de vragen als volgt beantwoord.
1.
Lijdt betrokkene aan een geestelijke stoornis of aandoening? Zo ja, welke?
Ja, er is sprake van een beperkte neurocognitieve stoornis door traumatisch hersenletsel: zonder gedragsstoornissen.
2.
Is bij betrokkene – al dan niet als gevolg van voormelde stoornis - sprake van een zodanige lichamelijke of geestelijke toestand waardoor zij tijdelijk of duurzaam niet in staat is om haar belangen behoorlijk waar te nemen of waardoor zij haar veiligheid of die van anderen in gevaar brengt?
Nee. Zij is ondanks deze stoornis wel in staat haar eigen belangen te behartigen zonder de veiligheid van haar zelf of van anderen in gevaar te brengen. Eerder was betrokkene afhankelijk van zorg en huisvestiging van haar ouders en liet zij zich hierdoor gemakkelijker beïnvloeden door haar ouders. Hierdoor konden haar ouders misbruik maken van haar financiële situatie. Inmiddels woont betrokkene zelfstandig (zonder hulp van derden) en is zij niet meer afhankelijk van zorg. De stoornis beïnvloedt niet haar vermogens om haar eigen belangen waar te nemen. Wel is zij nog beïnvloedbaar door haar ouders en verdere familie. Deze beïnvloeding komt echter niet voort uit haar stoornis, maar eerder uit haar opvoeding, leeftijd, cultuur en beperkte sociale netwerk. Haar sociale netwerk bestaat voornamelijk uit haar ouders en verdere familie. Betrokkene zou gebaat zijn bij het opbouwen van een gezondere sociale netwerk buiten haar ouders en familie om. Zij zou zich nog meer assertiever moeten gaan opstellen ten opzichte van haar familie.
3.
Zo ja, in welke mate?
Niet van toepassing.
4.
Kan een voldoende behartiging van die belangen met een meer passende en minder verstrekkende voorziening (beschermingsmaatregel) dan curatele worden bewerkstelligd, zoals mentorschap en/of onderbewindstelling?
Ja, een minder verstrekkende maatregel – zoals bewindvoering (met een beperkte duur) of mentorschap – is meer passend. Er dient een onafhankelijk persoon te worden aangesteld. Het is mogelijk dat betrokkene op dit moment nog onder invloed staat van haar ouders en/of verdere familie, maar zij is weerbaarder geworden en niet meer afhankelijk van haar familie voor huisvesting en zorg. Ook heeft zij duidelijke toekomstplannen waarbij zij meer haar eigen leven zal oppakken en wenst meer assertief te worden tegenover haar familie. Zoals het volgen van onderwijs, het behalen van haar rijbewijs en omgang met anderen buiten haar familie om.
5.
In hoeverre komen er uit het onderzoek bevindingen naar voren die niet aan de orde zijn gekomen in de onderzoeksvragen, maar die wel van belang zijn in de onderhavige zaak?
[vennootschap voor bewindvoering en curatele] maakt zich zorgen dat de familie van betrokkene bij een beëindiging van de curatele betrokkene weer zal proberen te beïnvloeden en haar geld afhandig zullen proberen te maken. [vennootschap voor bewindvoering en curatele] is van mening dat bij een minder ingrijpende maatregel, zoals onderbewindstelling of mentorschap, betrokkene onvoldoende beschermd zal zijn tegen deze invloeden.