In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 25 september 2019 een tussenbeschikking gegeven in een hoger beroep betreffende de zorgregeling voor een minderjarige. De zaak betreft een verzoek van de moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. I.Th.L. Ubaghs, tegen de vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.J.A. Nijssen. Het hof heeft de raad voor de kinderbescherming, regio Haaglanden, ingeschakeld om advies te geven over de zorg- en opvoedingstaken van de minderjarige, geboren in 2014. De raad heeft geadviseerd om de ouders te verwijzen naar het traject 'Kinderen uit de Knel' om de zorgregeling te verbeteren en een overnachting bij de vader mogelijk te maken na drie sessies. Het hof heeft besloten om de huidige zorgregeling voorlopig te handhaven, waarbij de minderjarige eenmaal in de veertien dagen bij de vader verblijft van zaterdag 10:00 uur tot zondag 17:00 uur, en heeft verdere beslissingen aangehouden tot het verloop van het traject. De moeder heeft kanttekeningen geplaatst bij het advies van de raad en verzoekt om een eindbeschikking, terwijl de vader het belang van het traject onderstreept maar teleurgesteld is over de vertraging in de uitbreiding van het contact met de minderjarige. Het hof heeft geconcludeerd dat het in het belang van de minderjarige is om het advies van de raad te volgen en de ouders te ondersteunen in hun samenwerking.