Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 1 oktober 2019
[appellant],
de Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten,
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
“Artikel 9: Schadevergoedingen
naastde vennootschap Westhagen – waarvan hij bestuurder en aandeelhouder was – aansprakelijk is jegens SNCU als (externe) schuldeiser van die vennootschap voor het onbetaald en onverhaalbaar blijven van de schadevordering, bestaande uit (met name) de vergoeding van niet-betaalde arbeidsinkomsten van uitzendkrachten. Westhagen is inmiddels door de Kamer van Koophandel ambtshalve ontbonden en biedt geen verhaal. SNCU richt haar pijlen thans op [appellant] in privé.
Aanvulling op koopovereenkomst d.d. 14-10-2015’ kan [appellant] niet baten; hierin is weliswaar bepaald dat [appellant] en [bestuurder X] het volgende in aanmerking nemen: ‘
Dat verkoper, koper heeft ingelicht over de lopende cao controle dat ingesteld is door SNCU en de daaruit voortvloeiende verplichtingen. Tevens verklaart koper op het hoogte te zijn van het eerder afgegeven verklaring aan SCNU op 9 juli 2015, dit is ook als bijlage aan deze aanvulling gehecht.’ [appellant] heeft naar het oordeel van het hof niet kunnen volstaan met deze enkele aanvulling op de koopovereenkomst terwijl de hersteltermijn al geruime tijd was verstreken.