Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
- ruiken aan en/of (met de mond) aanraken van de (al dan niet door kleding bedekte) vagina en/of schaamstreek en/of buik van die [slachtoffer] en/of
- wrijven en/of houden van zijn, verdachtes, penis over/tegen/op de (al dan niet door kleding bedekte) vagina en/of schaamstreek van die [slachtoffer].
op één of meer tijdstip(pen) gelegenin
of omstreeksde periode van
3 december
20132015tot en met
3
althans in Nederland,meermalen,
althans éénmaal (telkens)met de aan zijn zorg en
/ofwaakzaamheid toevertrouwde minderjarige [slachtoffer](geboren op
[geboortedag]2011), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt
een of meerontuchtige handeling
(en
)heeft gepleegd, bestaande die ontuchtige handeling
(en
)uit het
- ruiken aan
- wrijven en/of houden van zijn, verdachtes, penis over/tegen/op de (al dan niet door kleding bedekte) vagina
€ 1.518,-;Totaal advocaatkosten: € 2.440,-;
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
20 (twintig) maanden.
8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van
3 (drie) jarenten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 6.014,04 (zesduizend veertien euro en vier cent) bestaande uit € 14,04 (veertien euro en vier cent) materiële schade en
€ 2.478,47 (tweeduizend vierhonderdachtenzeventig euro en zevenenveertig cent).
€ 6.014,04 (zesduizend veertien euro en vier cent) bestaande uit € 14,04 (veertien euro en vier cent) materiële schade en € 6.000,00 (zesduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
65 (vijfenzestig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.