2.1.De door de kantonrechter in de bestreden vonnissen vastgestelde feiten zijn door partijen niet bestreden, zodat ook het hof daarvan zal uitgaan. Met inachtneming hiervan en van hetgeen beide partijen verder nog onbestreden naar voren hebben gebracht, kan in deze zaak van het volgende worden uitgegaan.
a. MMZ hield zich vanaf haar oprichting in 2011 tot en met 2013 bezig met het aanbieden van thuiszorg, in het bijzonder aan een doelgroep met een allochtone achtergrond, en heeft vestigingen gehad in Den Haag en Utrecht. Zij is voor de vestiging in Den Haag op 2 januari 2013 een huurovereenkomst aangegaan betreffende bedrijfsruimte aan de Hoefkade 316C te Den Haag met verhuurder [verhuurder] Statutair directeur van MMZ (en [verhuurder] ) is [X] (hierna: [X] ). [geïntimeerde] is van 20 september 2011 tot en met 31 december 2013 in dienst geweest van MMZ, laatstelijk als vestigingsmanager van de locatie in Den Haag. In 2014 zijn de activiteiten van MMZ feitelijk beëindigd.
b. Voor het jaar 2013 heeft MMZ geen contractuele afspraken over het leveren van zorg aan cliënten (hierna: zorginkoop) kunnen realiseren met CZ Zorgkantoor Haaglanden (hierna: CZ zorgkantoor). Om toch zorg aan cliënten te kunnen leveren door middel van haar vestiging in Den Haag heeft MMZ in december 2012 als onderaannemer een overeenkomst gesloten met WoonZorgcentra Haaglanden BV (hierna: WZH), die voor 2013 wel zorginkoop had gerealiseerd bij CZ zorgkantoor, als hoofdaannemer. Bij de schriftelijke overeenkomst van onderaanneming heeft WZH MMZ de opdracht gegeven om binnen het werkgebied van het Zorgkantoor Haaglanden “
prestaties op het gebied van zorg en begeleiding te leveren op basis van een zorgleveringsovereenkomst tussen MULTIMAATZORG en desbetreffende cliënt”. In artikel 1.5 van de overeenkomst is bepaald:
“
De cliënten waaraan MULTIMAATZORG diensten verleent onder de werking van deze overeenkomst zijn formeel cliënten van WZH. De cliënten waaraan MULTIMAATZORG voor het aangaan van deze overeenkomst reeds diensten verleende, zijn materieel cliënten van MULTIMAATZORG. De cliënten die gedurende de looptijd en onder de werking van deze overeenkomst worden aangetrokken, kunnen naar eigen keuze bij het beëindigen van deze overeenkomst cliënt van MULTIMAATZORG of cliënt van WZH worden.”
c. In het jaar 2013 is de vestiging van MMZ te Utrecht onder verscherpt toezicht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) gekomen. Inspanningen om onder dat toezicht uit te komen zijn niet succesvol geweest. In de, door [geïntimeerde] opgestelde, notulen van een op 2 september 2013 gehouden vergadering van de Raad van Toezicht van MMZ staat (onder meer) het volgende vermeld:
“
(…)
Momenteel is Multi Maatzorg in afwachting van een aanwijzing van de staatssecretaris. Men gaat van het ergste uit en dat zou inhouden dat Multi Maatzorg binnen 5 dagen de cliënten moet overdragen aan een andere thuiszorgaanbieder.
(…)
Dinsdag 3 september heeft [X] ([X] – toevoeging hof
) een gesprek met Vecht en IJssel over eventuele overnamemogelijkheden betreffende MMZ door Vecht en IJssel (…) [X] denkt dat de waarde van de vestiging Den Haag rond de € 45.000,- zal zijn. Maar als er geen zorginkoop voor Den Haag van de grond komt, is er eigenlijk niets te verkopen.
(…)
[X] geeft aan MMZ als een eenheid te verkopen.(…)[X] geeft aan dat er van een kale kip geen veren geplukt kunnen worden omdat er volgens hem geen middelen meer zijn. (…) De lonen zouden per maand € 100.000,- zijn en inkomsten Den Haag rond de € 50.000,-. (…)
[X] geeft aan weinig vertrouwen te hebben in Utrecht en hoopt op overname. De enige andere optie is een faillissement.[…] vraagt [X] hoe groot deze kans is. [X] denkt 80%, maar verwacht geen vergoeding voor de overname en acht deze ook niet redelijk voor Utrecht.(…)
Conclusie: geen poging meer ondernemen voor continuïteit van MMZ, maar zorgdragen voor goede afwikkeling.
(…)
[geïntimeerde] ([geïntimeerde] –hof
) vraagt [X] dat wanneer overname niet lukt of het er een reële kans is dat [X] en zij met elkaar in gesprek gaan voor overname Den Haag. [X] is overvallen hierdoor, maar geeft aan dit niet te willen.
(…)”
d. Op 12 september 2013 heeft [X] per e-mail het volgende aan [geïntimeerde] geschreven:
“
Afgelopen dinsdag heb ik je gebeld met het verzoek een concreet voorstel te doen voor MMZ Den Haag. Dit voorstel heb ik nog niet van je mogen ontvangen.
Zoals je weet ga ik pas een gesprek met je aan als Vecht en IJssel de onderhandelingen tussentijds staakt. Inmiddels heeft zich een andere kandidaat buiten V&IJ gemeld voor de vestiging Den Haag (…)”
[geïntimeerde] heeft hierop gereageerd met de mededeling: “
(..) echter ben ik er niet uit waar ik op moet bieden.
Ten eerste hebben we geen zorginkoop voor 2014 gekregen, hetgeen het bestaansrecht van MMZ den haag in gevaar brengt. Enige optie is in onderaanneming verder, wat niet bij Wzh kan. (…)”
e. Voor het jaar 2014 heeft MMZ voor de regio Haaglanden evenmin zorginkoop bij CZ zorgkantoor gerealiseerd.
f. De directeur van WZH heeft op 3 oktober 2013 aan [X] geschreven:
“
WZH heeft de overeenkomst onderaanneming (…..) met Multimaatzorg als onderaannemer reeds mondeling opgezegd per 1 januari 2014. (…) Reden is dat onderaannemerschap niet langer past in de bedrijfsfilosofie van WZH.
(…) Onder andere gezien de aanhoudende problemen van Multimaatzorg met de inspectie (…) willen wij aan mogelijke andere vormen van samenwerking verder geen vervolg geven.
Omdat de cliënten momenteel geregistreerd staan bij WZH en Multimaatzorg geen licentie heeft gekregen als zorgaanbieder in de regio Haaglanden willen wij graag z.s.m. doch uiterlijk 15 november a.s. van u een plan van aanpak ontvangen hoe en aan welke zorgaanbieder(s) u deze cliënten wilt gaan overdragen. Dit in verband met onze verantwoordelijkheid als hoofdaannemer ten aanzien van de continuïteit van de zorg van deze cliënten na 1 januari 2014. (…)”
Hierop heeft [X] op 7 oktober 2013, met kopie aan [geïntimeerde] , als volgt gereageerd:
“
(…) Op uw verzoek om voor uiterlijk 15 november te laten weten bij welke zorgaanbieder de cliënten ondergebracht kunnen worden het volgende.
Wij zijn hierover in gesprek.
Of de datum van 15 november die u noemt haalbaar is kan ik u op dit moment niet verzekeren, maar we doen ons uiterste best. In ieder geval zal het geen probleem zijn om het voor 1 januari 2014 geregeld te hebben.
Wij laten u zodra er meer bekend is dit zo snel mogelijk weten.”
g. Op of omstreeks 7 oktober 2013 hebben (verschillende) cliënten die op grond van de onder 2.1.b. bedoelde overeenkomst tussen WZH en MMZ zorg ontvingen van MMZ, een hen ter hand gesteld overdrachtsformulier met de hierna geciteerde tekst voor akkoord getekend.
“
Overdracht Formulier
Naam Cliënt: …………………..
BSN:………………...................
Adres:……………………….....
Woonplaats:…………………...
Cliënt is reeds cliënt bij WZH, echter doordat Multi Maatzorg per 1 januari 2013 in onderaanneming zit bij WZH, regelt Multi Maatzorg de inhoudelijke zorg. Cliënt verklaart langs deze weg cliënt te willen blijven bij WZH.
De zorg zal voorgezet worden door de huidige zorgverleners, aangestuurd door [zorgadviseur] (zorgadviseur) en [geïntimeerde] (vestigingsmanager).”
[geïntimeerde] is [geïntimeerde] .
h. Op of omstreeks 11 oktober 2013 heeft [X] namens MMZ ondertekend een “
intentieverklaring tot intensivering van de samenwerking en overname”tussen MMZ en de stichting Vecht en IJssel te Utrecht (hierna: VenIJ). Daarin is, met de opmerking dat het hier betreft op 6 september 2013 gemaakte afspraken, onder meer het volgend vermeld:
“Doel van de afspraken is
*Te komen tot overname van alle zorgactiviteiten zowel in Utrecht als Den Haag, waarin begrepen het Gezondheidscentrum, door VenIJ. (…)
De afspraken
*In de komende drie maanden te komen tot een (Plan van) Overname (…)
*Een Stuurgroep in het leven te roepen bestaande uit (…). Met als doel dat binnen een doorlooptijd van drie maanden de overname in ieder geval materieel een feit is. (…)
DUE DILIGENCEHet instellen van een Due Diligence en waardebepaling van MMZ, inclusief het Gezondheidscentrum in Den Haag waarin grote investeringen zijn gedaan.(…)
Ten slotte
*VenIJ zal zich per heden -6 september 2013- binnen de mogelijkheden die de organisatie heeft, zich gedragen als overnemende partij. (…)
Alle afspraken die nu middels deze overeenkomst worden voorbereid en om urgentieredenen al ten uitvoer worden gelegd, behoeven conform de bepalingen van respectievelijke statuten toestemming dan wel goedkeuring van de respectievelijke Raden van Toezicht. Hiervan zijn bestuurders zich nadrukkelijk bewust. (…)”
VenIJ heeft deze intentieverklaring niet ondertekend.
i. Per half oktober 2013 is [bestuurder VenIJ] (hierna: [bestuurder VenIJ] ), bestuurder van VenIJ, in verband met ziekte van [X] (mede) gaan optreden als interim bestuurder van MMZ. [bestuurder VenIJ] heeft daarover op 11 november 2013 onder meer het volgende aan [geïntimeerde] geschreven: “
(…) [X] is en blijft eigenaar bestuurder van Multi Maatzorg. In die zin is en blijft hij bevoegd tot het tekenen van alles en nog wat (…). De raad van toezicht heeft hem zijn bevoegdheden ontnomen als het gaat om de dagelijkse gang van zaken van het going concern. Hij bemoeit zich niet meer met de operatie, maar is en blijft eindverantwoordelijke. Ik ben door de raad van toezicht gemandateerd om het going concen, dus de dagelijkse gang van zaken te regelen.”
j. Op of omstreeks 31 oktober 2013 hebben MMZ en HVP Zorg B.V. (hierna: HVP Zorg of HVP) een intentieverklaring getekend waarin onder meer is bepaald:
“
1. dat Multi Maatzorg en HVP Zorg een verzoek zullen indienen bij het zorgkantoor CZ om de productiecapaciteit van Multi Maatzorg in overeenstemming met de geldende procedures in 2013 vanaf 4-11-13 over te laten nemen door HVP Zorg.
2. dat er op geen enkele wijze een compensatie aan Multi Maatzorg is of wordt betaald ten gevolge van deze overname. (….)
4. dat HVP Zorg en Multi Maatzorg uitsluitend vervolgstappen zetten die leiden tot het overnemen van de thans -via ondernemerschap met WZH- geldende productieafspraken, na instemming van het zorgkantoor CZ.
5. dat in de komende twee maanden en met instemming van het zorgkantoor er stappen zullen worden gezet die leiden tot een formele overname van het personeel (voor zover passend) en de cliënten van Multi Maatzorg, locatie Den Haag (…)
7. dat de definitieve formalisering ervan uitsluitend plaatsvindt na instemming door de raden van toezicht van Multi Maatzorg en HVP Zorg, de inspraakorganen en de zorgverzekeraar CZ.”
k. In een gespreksverslag opgemaakt van een bespreking van 12 november 2013 waar aanwezig waren [A] verbonden aan CZ zorgkantoor (hierna: [A] ), [B] van WZH alsmede [C] en [D] van HVP Zorg is onder meer vermeld:
“
Het is voor CZ belangrijk dat de zorgverlening aan haar cliënten wordt gecontinueerd en de kwaliteit is gewaarborgd. Daarbij moet de zorgverlener uiteraard voldoen aan de eisen die CZ stelt. CZ zorgkantoor is van mening dat het belang van de cliënt centraal dient te staan. WZH geeft aan dat zij de zorg aan de cliënten kunnen blijven borgen en geeft ook aan dat zij bereid zijn het personeel over te nemen. CZ is van mening dat, gegeven het feit dat de ABG code bij WZH rust en de kwaliteit en regelgeving hier nu ook al geborgd is, het niet logisch lijkt om de cliëntenzorg nu over te hevelen naar HVP. Voorlopige conclusie: Gelet op de huidige situatie lijkt het meest voor de hand te liggen dat de zorg wordt gecontinueerd door WZH”
l. Op 27 november 2013 heeft [geïntimeerde] aan personen die zij aanduidt als “
beste Collega’s” het volgende geschreven:
“
Komende dagen krijgen onze cliënten een brief vanuit onze Raad van Toezicht. In deze brief mogen zij de keuze maken om voor WZH of HVP te kiezen, om hun zorg te ontvangen. Nu hebben onze cliënten reeds getekend voor hun keuze om bij WZH te blijven en door jullie de zorg te ontvangen. Dus voor de cliënt gaat er NA 1 januari NIETS veranderen.
Wanneer cliënten vragen stellen kan je hiernaar verwijzen en zeggen dat er voor hun niets verandert en dat als ze vragen hebben even bellen naar [zorgadviseur] of mij.
Wij kunnen ze dan even uitleggen hoe het zit! Maar stel de cliënt vooral gerust dat alles blijft zoals het is!!”
m. Op 18 december 2013 heeft [bestuurder VenIJ] het volgende aan [geïntimeerde] bericht:
“
Beste [geïntimeerde] , dank voor het delen. Het lastige voor mij is dat ik echt een buitenstaander ben van MMz. Ik word met van alles geconfronteerd en heb inmiddels zo mijn eigen beeld. Het spijt mij oprecht dat jou dit overkomt ervan uitgaande dat jij alleen maar goede intenties hebt en hebt gehad. Ik heb dit in mijn 45 jaar werkervaring in de gezondheidszorg nog nooit meegemaakt! Het is niet te bedenken wat ik tegen kom, maar dat zeg ik ook, ook naar [X] en […] . Mijn hele inzet is absoluut zonder bijbedoelingen. Ik doe alles om niet en doe dit vooral vanuit het menselijke, ik heb zeer te doen met de situatie van [X] . Hij respecteert mij enorm, dat merk ik, weet ik en dat doet […] ook. Het menselijke aspect is de reden dat ik er in gestapt ben en met veel vertrouwen, als ik alles geweten had van te voren, maar dat is in het leven wel vaker, dan had ik me nog wel een keer bedacht. Misschien heeft het ook wel te maken met verschil in cultuur, daar begin ik steeds meer in te geloven. Ik wil op geen enkele wijze discriminerend zijn, dat past niet in mijn leven en leefstijl, maar zie wel de grote verschillen in bejegening, in verantwoordelijkheid etc.
(…)”
n. Per 1 januari 2014 is [geïntimeerde] uit dienst getreden bij MMZ en per diezelfde datum is zij in dienst getreden bij WZH.
o. [de accountant] , verbonden aan […] registeraccountants en belastingadviseurs (hierna: [de accountant] ) heeft op 15 januari 2014 aan MMZ ( [X] ) het volgende bericht:
“
(…)
Uit de eerste analyse van de financiële administratie over het boekjaar 2013 blijkt een verlies van € 123.000. (…)
Het werkkapitaal is op balansdatum 2013 € 25.000 negatief, de current ratio bedraagt 0.8. Deze kengetallen bevestigen uw gegevens waaruit blijkt dat u niet aan uw huidige verplichtingen kunt voldoen. (…)”
p. [bestuurder VenIJ] heeft in december 2015 schriftelijk het navolgende verklaard:
“
Ondergetekende (…) verklaart hierbij dat Vecht en IJssel serieuze gesprekken heeft gevoerd en ook interesse had om zowel de locatie Utrecht als de locatie Den Haag van MultiMaatZorg (=MMZ) over te nemen. In 2012 is gestart met een vorm van samenwerking. De eerste gesprekken daarover hebben plaatsgevonden op het terrein van opleidingen, kwaliteitsondersteuning ed. Ook een initiatief om intramuraal een voorziening te realiseren voor de Turkse en Marokkaanse gemeenschap is aan de orde geweest.
In 2013 bleek dat de IGZ ingeschakeld moest worden vanwege een audit die uitgevoerd was met een negatieve uitslag. Vanaf dat moment werd de ondersteuning intensiever. Het is ook de periode waarin MMZ in Den Haag haar activiteiten volop gestart is. Het is in deze periode geweest dat er een verzoek van MMZ kwam om te komen tot een intensieve samenwerking (een concept overeenkomst is aanwezig), die mogelijk kon leiden tot een overname van MMZ Utrecht en Multi Gezondheids Centrum Den Haag. In deze periode is ook bureau HICT hierbij betrokken geraakt. Door externe factoren zoals tegenwerking van enkele medewerkers van MMZ en de deadline waarop de drie tekortkomingen van IGZ opgeheven moesten worden is de overname Utrecht en Den Haag, tijdelijk aangehouden. In juli 2013 werd de heer [X] helaas getroffen door een herseninfarct. Op verzoek van hem, maar ook van de raad van toezicht van MMZ, heeft ondergetekende als bestuurder de werkzaamheden overgenomen van de heer [X] . Het werd toen de periode waarin een keuze gemaakt moest worden om wellicht de activiteiten te beëindigen voor Utrecht. De overname van locatie Den Haag is ook tussentijds gestaakt wegens een interventie van WZH en de vestigingsmanager [geïntimeerde] , die zonder medeweten van de bestuurder de heer [X] en ondergetekende als waarnemer de cliënten ondergebracht had bij WZH.
Uiteindelijk heeft dit alles ertoe geleid dat MMZ zowel in Utrecht als in Den Haag hun activiteiten hebben moeten beëindigen en kon er helaas geen overname gerealiseerd worden door Vecht en IJssel.”
q. Op 27 maart 2016 heeft [A] , voor zover relevant, het volgende bericht aan [geïntimeerde] :
“
(…) Kort na de novemberronde 2013 bij de NZA ontving CZ zorgkantoor van HVP een intentieverklaring dat HVP Multimaatzorg (regio Den Haag) wilde gaan overnemen. CZ zorgkantoor had in dat lopende jaar geen overeenkomst voor de levering van AWBZ zorg met Multimaatzorg. (..) In verband met de continuering van zorg had CZ zorgkantoor WZH eerder voor 1 jaar toestemming gegeven om als hoofdaannemer van Multimaatzorg te fungeren. Alle cliënten van Multimaatzorg waren derhalve overgeschreven naar de AGB-code van WZH. Hierdoor waren deze cliënten juridisch gezien de cliënten van WZH geworden omdat WZH wel een AWBZ overeenkomst met het zorgkantoor had. WZH had voor dat jaar een onderaannemingsovereenkomst met Multimaatzorg gesloten.
CZ zorgkantoor heeft in de telefoongesprekken met HVP en met WZH haar standpunt inzake de voorgenomen overname uitgelegd en in een gesprek op 13 november 2013 bij WZH haar standpunt nog een keer mondeling toegelicht. CZ zorgkantoor zou niet meewerken aan een overname van Multimaatzorg door HVP omdat de cliënten die Multimaatzorg bediende juridisch gezien de cliënten van WZH waren.
Het was voor CZ zorgkantoor belangrijk dat de zorgverlening aan haar verzekerden werd gecontinueerd en dat de kwaliteit gewaarborgd was. Daarbij moest de zorgaanbieder uiteraard ook voldoen aan de eisen die het zorgkantoor stelt. CZ zorgkantoor was en is van mening dat het belang van de cliënt centraal dient te staan. WZH gaf aan dat zij de continuïteit en kwaliteit van zorgverlening aan de cliënten konden borgen en gaf ook aan dat zij bereid was het personeel dat deze zorg leverde, over te nemen. Het zorgkantoor was van mening dat daarmee, gegeven het feit dat de cliënten al op de AGB code bij WZH stonden, de gevraagde kwaliteit van zorg was geborgd. (…)
CZ zorgkantoor heeft WZH toen verzocht de desbetreffende cliënten via een brief te informeren over de beëindiging van de onderaanneming en welke keuze de cliënten daarbij hadden. Bij mijn weten is deze brief samen met HVP opgesteld. Veel cliënten hebben gekozen voor WZH omdat WZH het personeel van Multimaatzorg overnam. (…) CZ zorgkantoor heeft na deze periode gekeken hoeveel cliënten wel de overstap hadden gemaakt. Dat waren er volgens mij ongeveer 20. Deze cliënten hebben, naar ik aanneem, na ontvangst van de brief er voor gekozen om van zorgaanbieder te veranderen en naar HVP over te stappen. (…)”
r. In een rapport gedateerd op 1 december 2016 gericht aan “ [verhuurder] ” (hierna: het rapport [de accountant] ) heeft [de accountant] een uiteenzetting gegeven over de waarde van de activiteiten van MMZ in Den Haag. Daarin is, voor zover nu relevant, het volgende opgenomen:
“
(..) Op uw verzoek hebben wij de waarde van de activiteiten in Den Haag bepaald, waarmee u een onderbouwing heeft van de bedragen die destijds indicatief in de onderhandelingen genoemd zijn. (…)
De waarde van een onderneming wordt bepaald door een inschatting te maken van de contante waarde van de toekomstige overwinsten.Er zijn meerdere methoden om deze waarde te bepalen. In de gegeven omstandigheden hebben wij gekozen voor de methodiek van genormaliseerd resultaat vermenigvuldigd met een factor. Het voordeel van deze methodiek is dat deze inzichtelijk is en aansluit bij de voorgenomen activa-passiva transactie.
Het genormaliseerde resultaat hebben wij bepaald op basis van de boekjaren 2012 en 2013. Hiermee zijn de gerealiseerde resultaten over de laatste jaren inzichtelijk gemaakt en worden de grondslagen voor de toekomstige winstpotentie inzichtelijk gemaakt. De groeipotentie maakt een wezenlijk onderdeel uit van de verkoopprijs en wordt verwerkt in een vermenigvuldigingsfactor van het resultaat. (…) Het jaar 2011 was een startjaar, dit jaar vormt geen goed uitgangspunt voor analyses.(…) De omzet is in drie jaar tijd opgebouwd tot € 557.607. Dit is een jaarlijkse groei van ongeveer 70%. (…) De verwachting was dat de omzet in de jaren na 2013 verder zou groeien. Multi Maatzorg had een concept ontwikkeld waarmee thuiszorg bereikbaar werd voor allochtone doelgroepen. Voor veel andere aanbieders was dit een nieuwe markt die zij graag wilden betreden. De voorsprong die Multi Maatzorg hierin had was een interessant overnamegegeven. (…)
Bedrijfsresultaat 2012 € 23.5687% (..)
Bedrijfsresultaat 2013 € 37.2657% (..)
Geconcludeerd kan worden dat de kosten evenredig met de omzet meegroeien, waardoor het bedrijfsresultaat 7% van de gerealiseerde omzet bedraagt. (…)
De goodwill bij dit type ondernemingen bedraagt doorgaans een factor 3 tot 5 van de overwinst. In dit geval betekent dit dat de goodwill, gebaseerd op de resultaten van 2013, tussen € 111.000 en € 186.000 zal bedragen. Het laatste geval is meer waarschijnlijk, gelet op:
-
De onderhandelingswaarde van de nieuwe markt die betreden kon worden en
-
de verwachte toekomstige groei en
-
de hogere omzet die gerealiseerd kan worden, doordat de overnemende partij als hoofdaannemer hogere uurtarieven in rekening kan brengen.
Aan dit bedrag moet de waarde van de inventaris worden toegevoegd die op moment van overname aanwezig was. De boekwaarde ultimo 2013 bedroeg € 47.110, gebaseerd op een afschrijvingsperiode van 5 jaar zonder restwaarde. Dit is ongeveer gelijk aan de gebruiksperiode en het is gebruikelijk dat de boekwaarde gehanteerd[wordt-Hof]
in de overnameprijs.
De totale overdrachtswaarde van de onderneming bedraagt daarmee € 186.000,-- voor de goodwill en € 47.000,-- voor de inventaris, tezamen € 233.000,--.
Misgelopen opbrengst huur
Uw persoonlijke holding [verhuurder] was eigenaar van de kantoorruimte Hoefkade 361-B. U verhuurde deze kantoorruimte aan Multi Maatzorg BV. Onderdeel van de overname zou zijn een huurovereenkomst van 5 jaar voor dit pand. Met een jaarlijks huur van € 20.400,-- zou dit een opbrengst betekenen van € 102.000,--.
De totale opbrengst van de overname van Multi Maatzorg Den Haag aan Vecht & IJssel zou zijn:
Goodwill € 186.000
Overname inventaris € 47.000
Huurcontract Hoefkade 361-B € 102.000
s. In januari 2017 heeft [bestuurder VenIJ] , onder vermelding dat hij tot 1 oktober 2016 directeur van VenIJ is geweest, schriftelijk het volgende verklaard:
“
27 augustus 2013 heeft de heer [X] (..) contact gezocht om de organisatie MultiMaatzorg, zowel in Utrecht als Den Haag in het geheel over te laten nemen door Vecht en IJssel, voor die tijd was er al sprake van samenwerking op het gebied van scholing, kwaliteit en mogelijke inzet van medewerkers van MultiMaatzorg.
Vanaf het begin van het proces van de overname zijn externe deskundigen (HICT) betrokken geweest en helaas door het herseninfarct van de heer [X] , mede op zijn verzoek en het verzoek van de Raad van Toezicht van MultiMaatzorg heeft ondergetekende tijdelijk als waarnemend directeur waargenomen.
In die periode heb ik zowel sturing gegeven aan MultiMaatzorg voor de locaties in Utrecht als in Den Haag. Naarmate de tijd vorderde en het duidelijk werd dat MultiMaatzorg overgenomen zou worden door Vecht en IJssel, voor zowel Utrecht als Den Haag, werden daartoe de nodige voorbereidingen getroffen. Een actie was om zicht te krijgen op de cliënten, hun indicaties, de personele inzet, overhead, kantoorhuur etc. om mede aan de hand daarvan een overnamesom vast te kunnen stellen. In dit proces met Den Haag bleek al snel dat geheel op eigen initiatief van [geïntimeerde] zij al concrete afspraken gemaakt had met WZH over de overname van cliënten en sommige medewerkers waaronder zij zelf. Dit heeft ze gedaan geheel op eigen initiatief, zonder medeweten van de eigenaar van MultiMaatzorg, zonder overleg met de waarnemend directeur, in casu ondergetekende. Terwijl het nog helemaal niet duidelijk was wat de overgangsdatum zou zijn, waren de cliëntdossiers en alle overige informatie al overgedragen ver voor de overdrachtsdatum. Hierdoor bleek het al bijna schier onmogelijk om de waarde nog te kunnen bepalen voor de overname. Door de accountant van MultiMaatzorg is een waarde bepaald en de uiteenzetting daarvan kwam ons als reëel over. Het bedrag is destijds gesteld op € 335.000,00.
Helaas bleek deze illegale praktijk van [geïntimeerde] in nauwe samenwerking met WZH niet meer terug te draaien, ook omdat het zorgkantoor zich hierin niet kon en wilde mengen. De cliënten waren, met medeweten van de cliënten, overgedragen aan WZH en hadden daarvoor ook getekend, dus met toestemming van de cliënt en daarmee was de kous af voor het zorgkantoor. Zij gingen zich niet mengen in de ontstane situatie. Hierdoor leek het dat [geïntimeerde] en WZH geheel straffeloos dit kon doen en ook gedaan hebben.
De bereidheid is door deze transactie van WZH en [geïntimeerde] verloren geraakt, omdat de cliënten, die in onze perceptie met name de waarde van MultiMaatzorg vertegenwoordigden, inmiddels waren overgenomen door WZH. Als gevolg van de overgang van de cliënten naar WZH, waren er geen inkomsten meer voor MultiMaatzorg en daarmee was er voor Vecht en IJssel geen sprake meer van een reële waarde, dat is ook de reden geweest dat wij helaas hebben moeten besluiten om af te zien van een overname, hetgeen voor de organisatie Vecht en IJssel tot een behoorlijke strategische bijstelling heeft geleid. (…)”