Uitspraak
1. [appellante ],
2. [appellant ],
beiden handelende onder de naam van de vennootschap onder firma “[naam]” gevestigd te [vestigingsplaats]”.
mw. [appellante ] en dhr. [appellant ]” en de vof is daarbij niet als partij genoemd, terwijl de vof in het bestreden vonnis wel uitdrukkelijk als een van de drie afzonderlijke procespartijen staat vermeld. De mededeling in de appeldagvaarding dat [appellante ] en [appellant ] handelen onder de naam van de vof maakt de vof zelf nog geen procespartij. Het was ook niet de bedoeling dat de vof als partij in hoger beroep kwam, zo blijkt uit de verklaring ter comparitie in hoger beroep aan de zijde van [appellanten] (
“Wij zijn als vennoten van de vof in hoger beroep gegaan, maar niet de vof apart (…)”),en zo is het ook niet door [geïntimeerde] begrepen (zie memorie van antwoord onder 7 e.v.).
IV.Akkoordverklaring algemene voorwaarden
(…) Met ondertekening van deze overeenkomst bevestigd u de hiervoor genoemde algemene voorwaarden geaccepteerd en akkoord bevonden te hebben. De onder punt II genoemde opdrachtgever verklaart dat de kosten voor omschreven evenement onder punt I gefactureerd mogen worden aan opdrachtgever en dat door tekenbevoegde garant wordt gestaan voor de betaling. (…)”
[...] Horeca Exploitatiezou zijn zodat geen zaalhuur is verschuldigd.